Gierzwaluw - trekroutes
|
Sinds 2009 zijn in meer dan twaalf landen vele honderden gierzwaluwen voorzien van geo-locators (GLS = Geolocation Light Sensors) waarmee de trekroutes ontdekt kunnen worden.
Gierzwaluw met geolocator
Het op de rug of stuit bevestigde mini-apparaatje van 0,7 - 1,3 gram registreert opkomst en ondergang van de zon en de datum. Als de vogel bij terugkomst uit het Afrikaanse winterverblijf op de broedplaats wordt terug gevangen wordt de chip uitgelezen en kan met de gegevens worden berekend waar de gierzwaluw ongeveer is geweest (nauwkeurigheid 100 -150 kilometer). De nieuwste systemen kunnen ook luchtdruk, temperatuur, vochtigheid, 3d bewegingen en versnellingen registreren. De BBC maakte een filmpje van het vangen en de bevestiging.
Spectaculaire ontdekkingen Compleet nieuwe trekroutes, winterverblijven en foerageergebieden werden ontdekt. De prestaties van de gierzwaluw blijken imponerend. Zo vliegen ze 2.000 km over de Oceaan (Golf van Guinee) en doen ze over de 5.000 km van Liberia naar Engeland minder dan 7 dagen. In het winterverblijf in Afrika vliegen ze zeven maand dag en nacht door. Gierzwaluwen zonder nest vliegen ook in de broedgebieden het hele seizoen dag en nacht door, maar dat was al veel langer bekend.
Twee tot drie jaar non-stop Het was eigenlijk al heel lang bekend maar is nu ook bewezen: buiten het broedseizoen vliegen gierzwaluwen in de Afrikaanse overwinteringsgebieden negen tot tien maanden dag en nacht onafgebroken door. Nachtelijke opstijging naar grote hoogte wordt daar ook gedaan. In de broedgebieden was dat al bekend. Een en ander is aangetoond met behulp van geolocators bij Zweedse gierzwaluwen die ook versnellingen, 3d bewegingen en lichaamsposities registreren. Er werden in 2013 en 2014 19 vogels met bruikbare gegevens op de broedplaats teruggevangen, waaronder vijf stuks met data van twee jaar. Zie het artikel in de De Volkskrant van 28 oktober 2016. Het onderzoeksverslag werd gepubliceerd in Current Biology. En ook een bericht in Newscientist.com. Wat de Volkskrant niet meldt is dat de niet-broedvogels zonder nest ook tijdens de drie maanden in de broedgebieden dag en nacht doorvliegen. Uitgevlogen jongen broeden pas in het 2e of 3e jaar en vliegen dus niet tien maand maar wel 3-4 jaar onafgebroken door, dag en nacht en 2-3 maal op en neer naar zuidelijk Afrika. Uitgevlogen jonge vogels komen na de eerste winter in Afrika eigenlijk nooit terug naar het nest van geboorte en kunnen dus niet teruggevangen worden met de gegevens van een geolocator. Echt bewijs voor 3-4 jaar onafgebroken vliegen is vooralsnog dus niet mogelijk. Maar ook met tien maand is en blijft de gierzwaluw ruimschoots wereldkampioen non-stop vliegen. - "Nacht- en klimvliegen", geschiedenis van de ontdekking
De zenders die gebruikt worden bij satellietsystemen zijn nog te zwaar voor kleinere vogels. Daarom wordt ook gewerkt aan een systeem met minizenders en lokale ontvangsstations waar de signalen direct kunnen worden opgevangen. Terugvangen van de vogels is dan niet meer nodig. Zie Motus Wildlife Tracking.
Nu live te volgen met mini-trackers Het Duitse Max Planck Instituut heeft einde 2020 een superkleine tracker ontwikkelt (project Icarus, zie nieuwsbericht ) die nu nog maar 1,3 gram weegt en het mogelijk maakt om ook de kleinere vogels zoals de gierzwaluw live te volgen via satellieten. Er werd eerst gebruik gemaakt van een 3 meter lange antenne op het ruimtestation ISS. De tracker slaat de data tijdelijk op en stuurt ze naar ISS als het overvliegt. Als het station boven de ontvanger komt kan die ze downloaden. Door de oorlog in Oekraïne werd het project stopgezet (het was een samenwerking met Russen) maar sinds juli dit jaar is een alternatief gevonden met een andere satelliet (zie nieuwsbericht van het project).
De tracker wordt op de rug gelijmd (geen tuigje nodig) en de vogel hoeft dus niet te worden teruggevangen voor het aflezen van de data (zoals bij de geo-locators). De lijm vergaat langzaam en de tracker laat los (na hoeveel tijd ?). Iedereen kan de posities van vele soorten vogels (en andere dieren) volgen met de app Animal Tracker voor je mobieltje. Even een account aanmaken is heel makkelijk. Eind juli 2023 waren er enige tijd vijf gierzwaluwen te zien van een project in noordwest Italië.
De Itiaanse tracker
Kies in het menu links boven bij "species" voor "common swift". Op de kaart zie je dan nu (22-7-'23) vijf posities van een gierzwaluw. Drie in noordwest Italië bij Varese, eentje onder Milaan en eentje is al in Zuid-Spanje bij Almeria. Klik op de locatie en dan op "activity" en je ziet de afgelegde route. Nr. 0120B682 onder Milaan loopt van 8 juli t/m heden (22-7). Die bij Almeria begon op 2-7 ook in Italië en lijkt op weg naar Afrika maar de route stopt op 19 juli (batterij leeg? lijm los?).
De techniek opent fantastische mogelijkheden om eindelijk meer te weten te komen over de vliegroutes tijdens het broedseizoen. Waar foerageren ze, verschillen tussen man en vrouw, wat doen ze bij slecht weer, wat doen ze als bij terugkomst uit Afrika blijkt dat het nest is verdwenen, waar gaan de uitgevlogen jongen heen, etc. Er lopen vast al vele projecten die, na de spectaculaire ontdekkingen met de geolocators, weer vele verassingen gaan opleveren.
Meer over de app Animal Tracker. Project Icarus: https://www.icarus.mpg.de/en Artikel in de Volkskrant - wetenschap van 22-8-2020 .
Ringen Met het ringen van gierzwaluwen (27.811 stuks in NL, 944 terugmeldingen = 2,4%) is weinig tot niets bekend geworden over het winterverblijf. Er staan in de vogeltrekatlas alleen een paar terugmeldingen uit noordelijk Afrika. In Fryslân werden met het ringen van in netten met geluid gelokte vogels bij broedkolonies wel interessante ontdekkingen gedaan over lokale trekbewegingen en leeftijdverdeling van kolonies en niet-broeders (v.d Wetering). Hier staan alle terugmeldingen van in NL geringde gierzwaluwen: Vogeltrekatlas.nl - gierzwaluw
- H.N. Leys: Ringonderzoek '54-'69, het Vogeljaar 1988 - Ringonderzoek in Fryslân 1998-2007, v.d. Wetering en Jukema (v.d. Wetering ringde in 2020 ook weer gierzwaluwen bij Pingjum-Fr. in eigen tuin. t/m 16-7 werden 133 stuks geringd en 1 teruggevangen, zie: trektellen.org - post Pingjum) - BTO: terugmeldingen Gierzwaluw per land met kaartje (UK) - Action for Swifts: analyse nut van ringen en geolocators
Drie aankomstgolven; hoe jonger hoe later Bernard Genton deed in Zwitserland vele jaren ringonderzoek aan zijn kolonie, ook aan de terugkomst van geringde nestjongen. Dat gaat in drie golven. Eerst komen de trouwe broedvogels van voorgaand jaar aan (eind april tot half mei), dan vanaf half mei tot in juni de jongere vogels (2e-3e kalenderjaar jongen, de zgn 'bangers') en tenslotte komen vanaf half juni tot wel half juli de allerjongsten van 1 jaar oud aan. Ze komen even kijken om een groot gebied rond de geboorteregio te verkennen en gaan na een paar weken alweer terug. In het 2e jaar gaan ze gerichter naar een nestplek zoeken in een bepaalde kolonie. De overgrote meerderheid van jonge vogels broedt pas in het 3e-4e levensjaar voor het eerst. In het 2e levensjaar broeden lijkt een grote uitzondering. Zie Samenvatting (E) paper 2014 (Frans) van Bernard Genton. Uitgevlogen jongen vertrekken volgens onderzoek met radiozenders van Erich Kaiser vrijwel direct richting Afrika en vliegen hoogstens een paar dagen mee met de nachtelijke klimvluchten van andere daklozen. Ze bezoeken de geboortekolonie of het geboortenest niet meer. Zie publicatie in Ibis (E), 2008: Waar blijven de jongen na het uitvliegen ?
Op topsnelheid tijdens voorjaarsmigratie
21 mei 2021 In Lapland broedende gierzwaluwen blijken tijdens de voorjaarsmigratie veel sneller te vliegen dan tot nu toe werd verwacht. Dat blijkt uit de verzamelde vluchtgegevens van geolocators die werden aangebracht bij twintig vogels in nestkasten van holle boomstam.
Uit eerder migratieonderzoek resulteerden voor Europese gierzwaluwen dagelijks afgelegde afstanden van 500 kilometer. Maar bij nadere bestudering van verschillen tussen noordelijk en zuidelijker broedende vogels blijkt dat de noordelijke tot wel 832 km/dag gemiddeld over 9 dagen halen. Het gemiddelde bedraagt ca. 570 km/dag. Ze maken daarvoor gebruik van weinig maar snelle opvetlocaties, gunstige rugwinden en foerageren tijdens het vliegen. Statistische analyses wijzen erop dat ze gunstige windrichtingen kunnen voorspellen aan de hand van peiling van luchtdruk en weersystemen. Daarmee wordt een relatief gunstig vertrekmoment gekozen. In het voorjaar 'scoren' ze 20% meer rugwind dan tijdens de najaarstrek naar Afrika.
Gemiddeld over de 20 onderzochte vogels verbleven ze tijdens de najaarstrek vanaf Lapland tot de zuidelijke Sahara 22 dagen op tussenliggende stopplaatsen en tijdens de voorjaarstrek vanaf de zuidelijke Sahara maar op vijf. Drie vogels vlogen zelfs non-stop in een ruk door naar Zweeds Lapland. De gemiddelde duur van de trek in het najaar was 42 dagen en in het voorjaar slechts 15 dagen. Het is dus een supersnelle sprint waardoor ze toch ongeveer tegelijk met de zuidelijker broedende soortgenoten aan het broedseizoen kunnen beginnen.
Publicatie 20-5-2021 in Iscience.
Elk jaar dezelfde trekroute Onderzoekers van de Universiteit in Siegen doen al sinds 2009 onderzoek aan een grote kolonie in een betonnen autoviaduct over de Biggesee bij Olpe (Noordrein-Westfalen). In 2012 en 2013 werden 10 vogels van een geolocator voorzien. Van drie vogels is nu de reisroute van twee achtereenvolgende jaren achterhaald. Daaruit blijkt dat drie individuele vogels routetrouw zijn; ze volgen elk jaar nagenoeg dezelfde route. Maar verschillende individuen van dezelfde kolonie hebben een sterk verschillende route. Ook man en vrouw nemen verschillende routes maar jaarlijks wel dezelfde.Van een paartje had de man vier verblijfplaatsen tot in Tanzania maar het vrouwtje had vijf, heel andere verblijfplaatsen en kwam tot in Zuid-Afrika. Bij kieviten is hetzelfde geconstateerd. Een Friese man ging ´ s winters naar Ierland en zijn vrouwtje naar Portugal. In 2017 zijn een aantal vogels voorzien van geolocators die ook luchtdruk en luchtvochtigheid meten. Als die volgend jaar terugkomen hoopt men ook een antwoord te krijgen op de veronderstelling dat de vogels in Afrika het verloop van de regengebieden volgen. Want waar het regent groeit de natuur en zijn de insecten. Ook versnellingen in de vlucht worden gemeten. Daarmee moet iets duidelijk worden over de wijze van vliegen; glijdend op luchtstromen en/of actief vliegend. Krantenartikel in Wirsiegen.de Publicatie in Journal of Avian Biology (samenvatting, rest betaalmuur)
Mark Walker publiceerde in 2016 een boek over ander onderzoek in de viaductkolonie: Swift Summers, 142 p.
'Live' trek op europees portaal Het intrekpatroon is 'live' (globaal, teltotalen per week) te volgen op een nieuw Europees platform. Zie Eurobirdportal.org - gierzwaluw en boerenzwaluw. Als je op timeline klikt ze je onderaan mooi hoe de gierzwaluw bijna twee maand eerder vertrekt dan de boerenzwaluw. Kies links in het menu twee andere soorten (of eentje voor volledig scherm). Zie ook Nature Today - over Eurobird.org
Bevindingen met geolocators per land
Europa In september 2020 publiceerde Susanne Åkesson met een keur aan onderzoekers de (voorlopig) laatste grote geolocatorstudie. Ditmaal lag de focus op verschillen in trekgedrag (en speuren naar de verklaringen daarvoor) tussen kolonies in elf Europese regio's, uiteenlopend van Noord Zweden en Finland tot in Spanje. In een periode van 2009 t/m 2016 werden totaal 102 vogels een jaar met een geolocator gevolgd.
Het bleek dat de noordelijkst broedende vogels het meest noordelijk overwinteren, rond Liberia, Ivoorkust en Kameroen, Gabon. De zuidelijker broedende vogels (ook de Nederlandse) trekken verder zuidoostelijk naar Congo tot in Mozambique. De noordelijke broeders vertrekken een maand later naar het zuiden dan de broeders in Spanje en Italië en komen in het voorjaar ca. 5 weken later terug in het broedgebied dan de broeders in Zuid-Europa. Verder bleek dat de vogels groter zijn (gemeten naar vleugellengte en gewicht) naarmate zij zuidelijker in Europa broeden. Ook de legselgrootte bleek groter naarmate er zuidelijker wordt gebroed.
Zie de publicatie bij Wiley: Evolution of chain migration .... Apus apus.
De gierzwaluw heeft een uniek migratiegedrag dat "chain migration" wordt genoemd. Slechts twee andere vogelsoorten doen dat ook, een haviksoort en de Jan van Gent. Andere vogels volgen een "leap-frog" migratiepatroon. De achtergrond is dat gierzwaluwen gedurende het winterverblijf negen maand lang niet aan de grond komen en dus alle vrijheid hebben om de gebieden te bezoeken waar het makkelijkst en meeste voedsel is te vinden. Ze bezetten dus geen locaties als gevolg waarvan latere aankomers er 'overheen moeten springen' en verder doorvliegen. De term "chain migration" wordt ook gebruikt bij mensen, een sociaal proces waar mensen de voorgangers als in een ketting volgen naar hetzelfde gebied. Verondersteld wordt dat de grotere, zuidelijker broedende gierzwaluwen zuidelijker vliegen en door dit "overwicht" in staat zijn de kleinere noordelijke broeders tegen te houden, mede omdat ze een week of 4-5 eerder aankomen. In Science Daily 15-9-2020 wordt n.a.v. bovenstaande studie e.e.a. uitgelegd.
Nederland In 2010 en 2011 zijn elk jaar zes vogels in nestkasten van Henk Klaassen in Groesbeek voorzien van geolocators. In 2011 werden ze alle zes teruggevangen en in 2012 kwamen er vier van de zes terug. De vogels blijken te overwinteren in de regio Congo, Mozambique, Zuid-Afrika. De trekroute lijkt veel op die van de Engelse vogels.
Trekroute van NL-gierzwaluw A261. (Klik voor vergroting Bron © Raymond Klaassen, Rijksuniversiteit Groningen.
Op de heenreis wordt er over de totale afstand gemiddeld 220 km per dag afgelegd, maar op echte "reisdagen", exclusief de dagen op stopover plaatsen is dat ruim 400 km per dag. Op de terugreis wordt er beduidend sneller gevlogen, 320 km gemiddeld en 780 km per dag op reisdagen. Dat is ongeveer dubbel zo snel als bij andere zangvogels.
- Startbericht geo-projecten 2010 op Vogeltrekstation. - Art. themanummer tracking van Limosa nr. 87, dec. 2014, p. 173-181. - Veranderingen herfsttrek van 37 soorten, w.o. gierzwaluw (E) - Aantallen 2018 op Nederlandse trektelposten
Trekrecord Breskens Op zaterdag 26 mei 2012 werd op de trektelpost Breskens in Zeeuwsch-Vlaanderen een nieuw dagrecord voor de doortrek van Gierzwaluwen gevestigd. Maar liefst 41.365 vogels werden er geturfd. Het vorige dagrecord stond op 20.605 in 1981. Zie: Trektellen Breskens.
China
In mei 2014 zijn in Beijing, bij een kolonie van ca. 100 paartjes gierzwaluw
(Apus apus pekinensis, een ondersoort van onze gierzwaluw), 31 geolocators aangebracht.
Ze broeden daar sinds 1417. Dit moest de
vraag beantwoorden of het vermoeden juist is dat deze vogels (net als andere
gierzwaluwen) in Afrika
overwinteren en via welke route dan wel. In mei 2015 werden nog eens 25 nieuwe geo's aangebracht. Op 24 mei 2015 werden 13 vogels met geo
teruggevangen en in mei 2016 10 stuks, eentje met onbruikbare data, 3 vogels
van 2014 en 6 van 2015. In 2016 werden 46 nieuwe loggers van verschillend
type geplaatst. Zie
update 23 mei 2016
en de animatie van de
Uit de analyses blijkt dat de Chinese gierzwaluwen
jaarlijks 30.000 km vliegen om in zuidelijk Afrika te kunnen overwinteren. Ze geraken daar via
Mongolië, Iran en Saoedi-Arabië.
De
Siberische gierzwaluw,
die meer noordelijk broedt, kiest een kortere route naar een winterverblijf in
Zuidoost Azië en Australië.
- Paper 2022 over de trekroute.pdf
- Wereldkaart met trekroute
Chinese en Engelse gierzwaluw
- Bericht in
The Guardian-environment 25 mei
2015
Zweden
Op 18 juli 2012 is een eerste
wetenschappelijk artikel (Engels) over de resultaten van 6 van de 8 in 2009 in Zweden gemerkte
en in 2010 terug gevangen vogels gepubliceerd:
http://www.plosone.org
.
De zes vogels overwinterden
zes
maand in de regio Kameroen-Congo. Liberia was een belangrijke stop- en
opvetlocatie op de terugweg. In 2012 werden acht van de negen vogels met geo's
teruggevangen. De Zweedse vogels komen ongeveer twee weken later aan in het
Congo-bekken dan de Nederlandse en vertrekken er twee weken later voor de
terugreis.
In Current Biology werd een artikel gepubliceerd
met de resultaten van geolocatoronderzoek dat speciaal was gericht op de vraag
of de vogels aan de grond komen of dag en nacht doorvliegen. Dat laatste bleek
het geval. Er was zelfs een vogel bij die 10 maanden doorvloog. Eerder was het
continue doorvliegen al aangetoond bij Zwitserse alpengierzwaluwen.
Voorjaarsprint naar Zweeds Lapland
Uit een nadere detailstudie door Susanne Åkesson
en haar team aan 20 broedvogels in
Zweeds Lapland bleek dat die in het voorjaar in supersprint naar het noorden
komen. In het najaar waren 42 dagen voor de totale trek nodig van Lapland naar
zuidelijk Sahara, in het voorjaar maar 15. Ze weten slim gebruik te maken
van snel opvetten op een paar stopplaatsen, gunstige rugwinden en eten tijdens
het vliegen.
Publicatie 20-5-2021 in Iscience.
UK
In 2012 werden 4 van de 10 locatorvogels teruggevangen. Een vogel kreeg voor het 3e achtereenvolgende jaar
een nieuwe locator. Bij een andere kolonie in Norfolk werden er 4 van de 7 in 2012 en 6
van de 7 in 2011 teruggevangen.
Dit fraaie resultaat staat in schril contrast met de resultaten
van meer dan 100 jaar ringonderzoek in UK. Van de 185.000 geringde gierzwaluwen
sinds 1909 werd slechts 1,7% teruggemeld (waarvan 96% uit Engeland) en er werden er maar 65 uit Afrika teruggemeld.
Daarvan 27 uit Marokko en geen enkele tussen Marokko en Congo. En juist daar,
blijkt nu uit het geo-onderzoek, verblijven de giertjes massaal voor tussentijds
opvetten. Je kunt uit dat ringen dus wel concluderen dat de Gierzwaluw in
Afrika overwintert, maar waar, hoe lang en met welke route bleef tot voor kort
volstrekt onduidelijk.
Artikel in BTO-News juni 2012 met o.a. een kaartje van de
trekroute van nr. A 320:
Geolocatoronderzoek UK.
BBC-video: Autumnwatch over vangen, deel 1: min.
9-13
Filmpjes van o.a. een op het nest terugkomende gierzwaluw met geo-locator
en andere info over resultaten van de geolocators in UK.:
Action for Swifts-geolocators.
In Noord-Ierland worden giertjes tijdens het broedseizoen
gevolgd. Ze blijken b.v. van Belfast heen en weer te vliegen naar een groot
meer, Lough Neagh, om daar de muggenoogst te halen. Zie bericht en kaartje van de
route bij
Springwatch.
De tent uit gevochten
Een gierzwaluw met geolocator komt (vertraagd)
terug op 22 mei 2016 en ziet dat zijn/haar echtgenoot een nieuwe partner heeft
gevonden en al twee eitjes heeft. Hij/zij verjaagd in een 3 uur durend
gevecht de nieuwkomer, zie filmpje
van binnenkomst vogel met geo-locator
(de geo-locator op de rug is na 45 sec te
zien). 20 minuten na einde gevecht worden de 2 eitjes gedumpt en wordt er
opnieuw gebroed.
V.S.
In Amerika werd met deze methode voor het eerst het winterverblijf van de
geheimzinnige Zwarte Gierzwaluw (Black Swift) ontdekt.
Die broedt achter nauwelijks toegankelijke watervallen in Colorado. Drie van de vier in 2009
gemarkeerde
vogels kwamen in 2010 terug op de broedplaats.
Ze bleken alle drie nagenoeg dezelfde trekroute gevolgd te hebben naar het
westelijk Amazonegebied in Brazilië. Zie:
Trekroutes Black Swift .
België
In het Belgische Melsele werden 7 vogels voorzien van een
geo-locator. In 2011 werden er 3 teruggevangen. Eentje daarvan werd opnieuw
voorzien en in 2012 ook weer teruggevangen. De route blijkt erg vergelijkbaar te
zijn met de die van de Nederlandse en Engelse vogels. Ze geraakten tot in
Zuid-Afrika. Men berekende dat de totale route heen en terug (20.000
km) in 10-12 actieve vliegdagen werd afgelegd. Onderweg waren er diverse
stopplaatsen met langer verblijf voor opvetten, met name in Liberia en Congo.
Resultaten met een routekaart van vogel nr. 255 werden gepubliceerd in
het tijdschrift Mens en Vogel nr. 3-2012 van
Vogelbescherming Vlaanderen.
Voor info over gierzwaluwen in Belgie, Brussel zie o.a.
weblog van Martine Wauters
(FR.)
De route van man en vrouw in februari 2012 in zuidelijk Afrika, klik
voor vergroting.
Zwitserland
Met een minuscule datachip op een Zwitserse alpengierzwaluw is in 2013 bewezen
dat deze vogels minimaal 200 dagen non-stop dag en nacht doorvliegen tijdens
het winterverblijf in Afrika. Deze chip registreert niet alleen dag en nacht
maar ook de vliegrichting (omhoog, omlaag of horizontaal). Dit onderzoek was
de eerste toepassing.
Zie artikel bij
Smithsonian.com.
Israël
Op 27 mei 2016 zijn in Israël, bij een kolonie van de Bar Ilan universiteit in
de buitenwijken van Tel-Aviv, twaalf gierzwaluwen van geolocators en ringen
voorzien. Het project heeft vermoedelijk geen resultaten opgeleverd.
Spanje
In Spanje zijn sinds 2012 maar liefst 139 geo-locators geplaatst,
en maar 39 terug gevangen. Twee broedvogels uit Madrid bleken ongeveer dezelfde route te volgen als de
vogels uit Nederland en Engeland.
Vale gierzwaluwen vanuit Gibraltar
In twee seizoenen 2018-2019 werden 7 van de 22 vale
gierzwaluwen met een geolocator teruggevangen in hun broedkolonie in het Nationaal Museum van
Gibraltar. Sommige vogels
passeren
de Sahara in een dag. De overwinteringsgebieden liggen in Soedan
en Guinee. Ook bij deze vogels werd niet gezien dat zij tijdens het
winterverblijf aan de grond komen. Zie publicatie november 2021 in
Plosone.
Over de Sahara
Op basis van 72 trekroutes die met een geo-locator werden
vastgelegd bleek bij de passage over de Sahara dat de gierzwaluwen vooral een
westelijke route volgden.
Zie onderzoeksverslag
(E).
-
Volledige paper over Sahara
passages
Madeira, Canarische eilanden
De Madeiragierzwaluw (Plain Swift, Apus unicolor) broedt uitsluitend op Madeira
(Portugal) met ca. 1.500 broedparen en de Canarische eilanden (Spanje). In 2014
werden 16 vogels in een kolonie in Tenerife voorzien van geolocators. Twee
werden het jaar daarop terug gevangen, Ze bleken in westelijk Afrika, vooral In
Liberia te zijn geweest. Zie:
overwinteringsroutes
(samenvatting) en
volledig paper.
Aziatische gierzwaluw landt in Canada
De huisgierzwaluw broedt en overwintert in zuidoost Azië (zie
kaart leefgebied
) maar in zomer 2017 werd er
eentje uitgemergeld en dood gevonden aan de Canadese westkust. Nooit eerder werd deze
vogel (de House Swift, Apus Nipalensis) buiten Azië aangetroffen.
De vogel is in een museum in Vancouver te zien. Zie
Nederlands bericht. En bericht in
Science Daily.com
.
Slechts een keer belandde een Europese gierzwaluw, Apus apus
in Zuid-Amerika en wel in Suriname,
zie het bericht.
Hinder door geo-locators en andere "tracking-tags"
De invloed van drie typen geo-locators op de
vliegcapaciteit van gierzwaluwen is door Lund-Universitiet in Zweden onderzocht in een windtunnel met een model gierzwaluw zonder vleugels. Er blijkt invloed te zijn op de vliegcapaciteit (ca.
10%). De invloed is het kleinst als de geo op de stuit (en niet op de rug) wordt
bevestigd. Hoe platter de geo, hoe kleiner de invloed. De geolocator weegt ca.
0,7 gram, inclusief het tuigje van 0,1 gram, waarmee het aan het lichaam wordt
gebonden. Het totaal is 1,5% van het lichaamsgewicht van 46 gram, dus vergelijkbaar
met een kilo voor een mens van 75 kg.
Een tweede studie (2018) aan totaal 290 vogels met
diverse typen geolocator bij gierzwaluw en vale gierzwaluw uit 14 verschillende
kolonies vergeleek de kans op terugkeer (minder naar het nest terugkerende
vogels wordt geïnterpreteerd als lagere overlevingskans) met een controle-aantal
van 316 ongezenderde vogels. Hieruit bleek dat de kans
op terugkeer lager was bij de vogels met geo's maar dat dit niet werd
veroorzaakt door het gewicht van de GLS (allen minder dan 3% van het
lichaamsgewicht), maar door de verminderde aerodynamica, vooral bij GLS die
voorzien zijn van een "light-stalk" (een steel om afdekking door veren te
voorkomen). Hoe groot de effecten precies zijn wordt in statistische termen aangegeven
en zijn voor mij onvoldoende te volgen.
Zie de paper:
Overlevingskansen-GEO-2018.pdf
In 2016 werd in Noord-Ierland het nest door een
gierzwaluw verlaten nadat een geplaatste GPS-tag voor uitlezing
verwijderd was. Maar na 25 dagen keerde hij/zij terug:
filmpje
.
Filmpje (2015) van Ierse nestkast met
geolocator op de rug van gierzwaluw.
Hinder bij boerenzwaluwen
Uit een grootscheeps statistisch onderzoek aan 640 boerenzwaluwen met geo-locators
in 2010 en 2011 (twee types) blijkt dat de overlevingskans behoorlijk
afneemt door het effect van de apparaatjes (0,9 gram in 2011).
De overlevingskans bij de controlegroep zonder locators (399 vogels)
varieert van 19- 63 %. Die kans daalde bij de geo-vogels tot 8-40 %.
Vrouwtjes hebben er meer last van dan mannetjes. Het broedbegin van het
eerste legsel werd bij de geo's vertraagd met 12 dagen en het eerste
legsel bevatte gemiddeld 30% minder eieren. Zie
Onlinelibrary.wiley.com
In een studie uit 2016 aan levende boerenzwaluwen in windtunnels werd
geconcludeerd dat de GLS voor de korte termijn althans geen effect op het
vliegvermogen hebben. Zie:
Boerenzwaluw in windtunneltest.
Hinder bij azuurzanger
In Amerika is bij een test met geolocators bij 49 azuurzangers (een kleine
zangvogel) gebleken dat de kans op terugkeer uit het winterverblijf halveerde
van 35 naar 16%.
http://www.bioone.org/doi/abs/10.1650/CONDOR-16-180.1
Apparatuur
RFID-chips om vliegroutes te traceren en af te lezen / evalueren worden o.a. geleverd door:
Path Track heeft ze van 1,03 gram. ---------------------
Jaap Langenbach 06 - 3849 7474 Willemstraat 38, 3511 RK Utrecht
|