Gierzwaluwbescherming

 

Gierzwaluwnieuws 2023

 Overige gierzwaluwpagina's - Contact         

 

 

Houd de luchten levend !

 

Van de oorspronkelijke, natuurlijke soortenrijkdom is in Nederland nog maar 15 % over en de biodiversiteit in Nederland daalt sneller dan waar ook (zie: Biodiversiteit bij CLO.)

Er zijn sterke vermoedens dat sinds de jaren zeventig van de vorige eeuw de populatie gierzwaluwen in Nederland mogelijk met meer dan de helft is afgenomen. IN Amsterdam is dat b.v. heel aanemelijk gemaakt. Vooral door sloop en renovatie van gebouwen en woningen vindt schadelijke verstoring plaats en verdwijnen teveel broedgelegenheden. Door volstrekt ontoereikende compensatie (kwantiteit en kwaliteit) met kunstnesten, zeker tot voor kort, resteren onvoldoende broedlocaties. Dat proces gaat momenteel flink versneld verder met de geplande verduurzaming van de woning- en gebouwenvoorraad in het kader van "klimaatneutraal" en "van het gas af". Wel is sindsdien de beschermingswetgeving sterk verbeterd maar aanwijzingen voor herstel van de populatie zijn er nog steeds niet. Ze is hoogstens stabiel te noemen op grond van tellingen van rondvliegende vogels (MUS). Op uitgebreide schaal en systematisch toepassen van kunstnesten zou de soort kunnen helpen.

 

Andere bedreigingen zijn, naast de beschikbaarheid van broedplaatsen,  waarschijnlijk de effecten van klimaatontwrichting, insectensterfte, oude en nieuwe pesticiden en het verdwijnen van voedselgebieden in de Afrikaanse overwinteringgebieden.

 

De Radboud Universiteit Nijmegen en Sovon hebben ontdekt dat hoe hoger het gehalte imidacloprid in het oppervlaktewater, hoe sneller de achteruitgang van 15 soorten insecten etende broedvogels is (statistisch verband, niet oorzakelijk). Zie artikel in Sovon Nieuws 2016.

 

In 2008 zijn bij gierzwaluwen in Rome de restanten van zes soorten insecticiden in het vogellichaam geanalyseerd. Er zit zoveel in dat de vogels een indicator kunnen zijn voor de mate van chemische vervuiling in het foerageergebied. Zie deze paper (E.)

 

 

Geen overlast maar veel genot

 

U ondervindt van gierzwaluwnesten geen hinder. Uw huis wordt er niet door beschadigd of vervuild. De ouders eten de meeste poepjes van de jongen op en ze gebruiken nauwelijks nestmateriaal. Alleen als u er direct onder slaapt hoort u (tot ca. 23 u.) soms wat zacht gepiep en af en toe een schreeuw als er een concurrent langs de broedplaats vliegt of bij de aflossing voor het broeden. Er is geen enkele reden om nestelen te belemmeren. Maar wel alle redenen om ook een kolonie rond uw huis te bouwen zodat u drie maand kunt genieten van het stuntvliegen. Word ook gierzwaluwpensionhouder !

 

Bescherm de nestplaatsen

 

Als de steigers tegen de muur staan is het voor bijsturen van onvoldoende gierzwaluwbescherming meestal te laat. Er is een vergunning met voorwaarden, het bouwplan is gemaakt, tijd is geld en vervangende nestplaatsen kunnen niet meer ingepast worden. Broedplaatsen van Gierzwaluwen moeten dus vroegtijdig bekend zijn. Met name bij kleinere projecten (een particuliere woningen) weten renoveerders meestal niet dat er Gierzwaluwen in het spel zijn en gemeenten controleren het niet. Op grote schaal wordt er "illegaal" (zonder naleving van de Wet Natuurbescherming) geïsoleerd waarbij vooral veel vleermuisverblijven maar ook gierzwaluwnesten ongecompenseerd verloren gaan. Het kan dus helpen om gevonden broedplaatsen in de nationale databank in te voeren (waarneming.nl) en te melden bij de bewoners, eigenaar, bouwbedrijf, woningcorporatie en ecologisch adviseur. Zie tips voor zoeken van nestplaatsen.

 

Nestlocaties kunnen worden ingevoerd op http://www.waarneming.nl. Deze gegevens worden overgenomen door de Nationale Databank Flora en Fauna (NDFF). Die wordt op haar beurt geraadpleegd door ecologisch onderzoekers en vergunningverleners bij werkzaamheden zoals bouwen, renoveren en slopen van gebouwen. Bij raadpleging van de NDFF komen de gierzwaluwbroedplaatsen boven water en kunnen betrokken worden bij compenserende voorzieningen.

Voor grotere projecten van woningbouwcoöperaties e.d. is het inmiddels algemeen bekend dat er vooraf ecologisch onderzoek moet worden gedaan. Maar illegale sloop van nesten komt toch nog steeds voor.

 

Renovatie en sloop volgens de wettelijke voorgeschreven regels betekent overigens niet dat de uitvoering altijd goed verloopt. En het resultaat van de compenserende maatregelen is vaak onbekend en veelal onvoldoende.  Veel kunstnesten staan leeg. Er worden nog altijd fouten gemaakt bij de te nemen maatregelen en bij de uitvoering. Plaatselijke gierzwaluwbeschermers kunnen nog steeds belangrijk werk doen door verleende vergunningen en ontheffingen kritisch te bekijken, de uitvoering te bewaken en waar nodig bij te sturen.

 

Geen verstoring van broedplaatsen

 

Open nooit een nestkast waar een gierzwaluw in zou kunnen huizen. Controleer alleen met gebruikmaking van niet verstorende camerabewaking. Met mini-camera's bij nesten is alles te zien op TV of PC. (zie: Camerabewaking ).

 

Met nu al vele honderden geo-locators komen we bijna alles te weten over de trekroute, dus lukraak ringen is overbodig.  Overigens ondervinden gierzwaluwen ook hinder van geo-locators, o.a. ca. 10% verlies van vliegvermogen. (zie: geo-locatoronderzoek).

 

Onderzoek is overigens voor bescherming niet dringend noodzakelijk; we weten meer dan voldoende van het leven van de gierzwaluw om ze veel beter te beschermen.

 

 

Gierzwaluwen en de wet

 

update 28-1-2023

Alle in het wild levende vogelsoorten in de EU, dus ook de Gierzwaluw, zijn beschermd. De vogels en hun nesten mogen niet verstoord, verwijderd of beschadigd worden. In Nederland is dat sinds 1-1-2017 vastgelegd in de Wet natuurbescherming (Wnb). Deze verving de Flora- en Faunawet, de Boswet en de Natuurbeschermingswet. Op 1 januari 2024 wordt de Wnb opgenomen in de nieuwe Omgevingswet. Wnb en Omgevingswet  bevatten o.a. ook de nationale uitwerking van de Europese regelgeving in de Vogelrichtlijn en de Habitatrichtlijn.

 

Gierzwaluwnesten zijn het hele jaar beschermd

De gierzwaluw komt elk jaar terug naar het nest van het jaar daarvoor. Als een broedplaats verloren gaat hebben ze 1-2 seizoenen nodig om een nieuwe te ontdekken en in gebruik te nemen. Voor de meeste betekent nestverlies een jaar voortplanting overslaan en voor een deel zelfs einde voortplanting want de gemiddelde levensduur is maar 6 jaar. Daarom zijn de nesten jaarrond, dus ook buiten het broedseizoen, beschermd. Dat werd op 18 december 2007 van kracht d.m.v. een aanpassing van art. 11 in de Flora- en Faunawet van 2002. (Nu opgenomen in Bijlage II van de Vogelrichtlijn en als categorie 2 (van de 4) van jaarrond beschermde nesten).

Het nest van de gierzwaluw en de functionele omgeving mag niet verstoord, laat staan verwijderd of onbruikbaar gemaakt worden. Dat mag alleen na een door de provincie (sinds 2017 bevoegd gezag voor het thema soortenbescherming van de Wnb) verleende ontheffing of vrijstelling van de verbodsbepalingen in de Wet natuurbescherming (Wnb) of volgens de regelgeving van een gedragscode of een soortenmanagementplan (SMP).

In de ontheffing staan o.a. voorschriften voor het vervangen van de verdwenen nesten en de perioden waarin de werkzaamheden mogen worden uitgevoerd. De jaarrond beschermde neststatus mag overigens sinds enige tijd door de provincies worden  vastgesteld. Die hanteren echter nog steeds allemaal categorie 2.

 

Meer bij RVO: De Wet natuurbescherming.

- volledig tekst van de Wet natuurbescherming.

- lijst met jaarrond beschermde nesten (categorieën 1 t/m 4)

 

Handhaving wordt vaak uitgevoerd door een regionale "Omgevingsdienst" of "Regionale Uitvoeringsdienst", zoals de Handhaving door RUD Utrecht.

Kennisdocument gierzwaluw

In het Kennisdocument Gierzwaluw, juli 2017 (voorheen "Soortenstandaard" van 2014) staat de basiskennis over de gierzwaluw en hoe in de praktijk zodanig met de wet- en regelgeving moet worden omgegaan dat de wet niet overtreden wordt. De Kennisdocumenten worden in opdracht van het IPO (interprovinciaal Overleg) beheerd en geactualiseerd door uitvoeringsinstantie Bij 12 .

Eind april 2022 was de verwachting dat de nieuwe herziening, na aanzienlijke vertraging, in september 2022 gepubliceerd zou worden. Dat is ook niet gelukt. Er wordt nu nog gewerkt aan het beantwoorden van veel vragen van de provincies en gehoopt wordt nu op publicatie in februari 2023.

 

Door RVO/LNV wordt met een groep specialisten "uit het veld" ook nog gewerkt aan een apart "kennisdocument na-isolatie en renovatie" met o.a. minimaal te nemen maatregelen die hun effectiviteit hebben bewezen of zeer kansrijk zijn. Er komt verder nog een gebiedenprotocol voor inventarisaties in grotere gebieden (stad, wijk, dorp), een monitoringsprotocol, een protocol voor het ongeschikt maken van broed- en verblijfplaatsen en een catalogus met voorbeelden van effectieve en kansrijke maatregelen. Ook worden diverse onderzoeken opgestart, o.a. naar de effectiviteit van maatregelen en naar nieuwe producten die daken na renovatie weer geschikt maken voor huismus en gierzwaluw. Er wordt voor gezorgd dat deze nieuwe documenten niet strijdig zijn met het kennisdocument gierzwaluw.

 

- BIJ 12 kennisdocumenten-ontheffingen-wet-natuurbescherming

- Herziening kennisdocument gierzwaluw 2023

- Zoek hier verleende ontheffingen Wnb, in officiële bekendmakingen

- Factsheet gierzwaluw van Vogelbescherming

 

Nul Op de Meter

Voor renovaties met het NOM - keurmerk (Nul Op de Meter) moest met een speciaal daarvoor ontwikkelde gedragscode gewerkt worden: "Gedragscode Natuurinclusief renoveren".

Meer: Gierzwaluwen en gedragscode NOM-keur.

Maar de code is op 21 april 2021 op non-actief gesteld. De Raad van State besliste in hoger beroep van Stichting MUS en Sevon dat de code ten onrechte is goedgekeurd door de minister van LNV. Zie bericht 23-4-2021.

- Meer over vrijstellingen op basis van gedragscodes bij RVO

 

Gedragscodes en SMP's

Woningcorporaties en gemeenten kunnen tijd en geld besparen door het vaststellen van een Gedragscode of een Soortenmanagementplan (SMP) met generieke vrijstellingen van de bepalingen in de Wnb voor een groter gebied en voor een langere periode, meestal 10 jaar. Een gemeente kan b.v. een SMP laten maken voor al haar eigen gebouwen en voor alle bouw op door de gemeente uitgegeven gronden (waar voorwaarden aan de bebouwing kunnen worden gesteld). Een woningbouwcorporatie kan een SMP laten maken voor al haar bezit (of in een bepaald gebied).  Als aan de voorwaarden van de SMP-bepalingen wordt voldaan hoeft er bijvoorbeeld niet aan alle gebouwen onderzoek naar de aanwezigheid van soorten te worden gedaan. De provincie moet SMP's goedkeuren.

 

Pre- SMP

De vaststelling van een SMP kost geruime tijd, vaak meer dan 2 jaar. Omdat er momenteel veel ongelukken gebeuren (dode vleermuizen door spouwmuurisolatie en jonge gierzwaluwen op straat) bij vooral isolatiewerk aan particulier eigendom heeft de provincie Utrecht (als eerste provincie) de mogelijkheid ontwikkeld voor verantwoord isoleren tijdens twee jaar "pre-SMP. In de gemeente Leusden loopt nu de pilot.  Ook andere provincie tonen belangstelling voor deze aanpak. Overijssel maakt dit jaar een start.

Het is een gebiedsgerichte ontheffing voor alleen particuliere grondgebonden woningen met een energielabel C t/m G en gebouwd voor 1992. De regelgeving betreft de isolatie van spouw, binnen- en buitenmuren, borstwering en dak en het plaatsen van zonnepanelen. Het PRE loopt vooruit op een volwaardig SMP en heeft een looptijd van maximaal 2 jaar. Voor een SMP is dat meestal 10 jaar.

Het Pre-SMP is vooral bedoeld om snel meer bescherming te kunnen bieden aan soorten als vleermuis, huismus en gierzwaluw en toch de voor de klimaatdoelen broodnodige verhoging van het isolatietempo te kunnen maken. Er wordt  momenteel heel veel "illegaal" (zonder te voldoen aan Wnb-regelgeving) geïsoleerd. De RUD van Utrecht heeft in het kader van handhaving van de Wnb  een boete uitgedeeld aan een na-isolatiebdrijf  voor het nalaten van onderzoek naar de aanwezigheid van vleermuizen.

 

Voor het werken volgens een pre-SMP geldt o.a. dat het isoleerbedrijf de "handreiking natuurvriendelijk isoleren" hanteert. Een van de voorschriften is verder dat als een dak bij isolatie aan de buitenkant niet meer toegankelijk gehouden kan worden voor vogels, er op de woning minstens vier nestkasten voor huismus/gierzwaluw "aan de schaduwzijde" geplaatst moeten worden. Als de spouw toegankelijk was voor vogels, maar na isolatie niet meer, moeten er twee vogelvoorzieningen per woning geplaatst worden. De regels gelden voorts per CBS-buurt waarin tijdens de twee jaar looptijd niet meer dan 30% van de woningen aan de regeling mogen meedoen.  Zie verder de spelregels "natuurvriendelijk isoleren".

En hier een aardig verslagje over de (moeizame) totstandkoming "om een werkbare oplossing te vinden die bevredigend is voor de ecologen, de juristen, maar ook voor de isolatiebranche". Ook de belangenbehartigers van vleermuizen hebben zich er mee bemoeid.

 

- info en links over Pre-SMP in bericht van provincie Utrecht

- Particuliere woningisolatie onder pre-SMP, 22-2-2022

- "Handreiking natuurvriendelijk isoleren" van pre-SMP Utrecht

- Soortenmanagementplan gemeente Utrecht 2016.pdf 

 

Andere voorbeelden van SMP's:

Het allereerste SMP werd in augustus 2016 goedgekeurd door het ministerie van EZ voor Soortenmanagementplan Oude Stad Tilburg.

 

- SMP Apeldoorn 12-3-2019 en een video over het SMP

(in juni '22 al 900 gierzwaluwkasten geplaatst)

 

- Vechtdal Wonen SMP voor Hardenberg e.o. nov. 2020

- Stichting Nijestee voor Groningen en Hoogkerk, juli 2019

- SMP Wijk bij Duurstede, Cothen en Langbroek; bericht in Wijksnieuws.nl

- SMP Zeist (+ kaart met gierzwaluwnestlocaties, blauw vierkant)

 

Omgevingswet

Op 1-1-'23 en toen op 1 juli 2023 zou de Wet Natuurbescherming, samen met 26 andere wetten, opgaan in de nieuwe Omgevingswet. Maar op 26-1-'23 werd de invoering door minister de Jonge opnieuw uitgesteld naar 1 januari 2024. Gemeenten en provincies willen meer tijd voor de invoering.  De eerdere technische/digitale problemen zijn nu wel opgelost. Zie bericht bij VNG 14-10-22 / brief aan 1e Kamer en bericht nu.nl, 26-1-2023.

 

In plaats van bestemmingsplannen moeten gemeente dan een omgevingsvisie en omgevingsplannen maken. Ze zijn er al volop mee bezig. Daarin moet ook veel voor flora en fauna geregeld worden. Er wordt ruimte aan burgers en organisaties geboden om de visies en plannen in te vullen. Dat is wel ingewikkeld omdat provincies en gemeenten heel veel eigen invulling kunnen geven aan voorschriften, normen en vereisten. En er wordt gevreesd dat de wet teveel is gericht op het versoepelen van procedures ten dienste van de efficiënte voortgang van projecten, vooral in het kader van de energietransitie (verduurzaming van gebouwde omgeving). Dat gebeurt nu ook al, vooral door middel van (pre) soortenmanagementplannen.

 

Arnold van Vliet bij Vroege Vogels op 27-11-'21: “In de nieuwe Omgevingswet bepaalt een projectontwikkelaar bijvoorbeeld zelf of het wel nodig is te onderzoeken of er beschermde plant- en diersoorten voorkomen in het terrein waar hij wil gaan bouwen”. En Jaap Dirkmaat van Nederland Cultuurlandschap is nog stelliger en kondigt alvast diverse gangen naar de rechter aan: “iedereen moet nu wakker worden en opstaan, want we krijgen een krakkemikkige wet”.

(Beluister Vroege Vogels 27-11-'21. Oomgevingswet zorgelijk voor natuur)

 

Nog meer werk aan de winkel dus voor lokale gierzwaluwbeschermers. Zie voor tips de website "Samen voor onze leefomgeving" van de natuur- en milieuorganisaties. Vereniging Milieudefensie schreef een uitstekende Actie-toolkit - Omgevingswet 2023 met informatie over effectief bijsturen van de plannen door lokale groepen.

 

Overtredingen

Als u (vermoedelijke) overtredingen van de wet constateert zijn er diverse mogelijkheden:

 

- Melden van overtredingen of verzoeken tot handhaving op basis van de Wet natuurbescherming bij de provincie (of Rijksoverheid bij Rijksgronden) of telefoon 0800- 0225510. Provincies brengen het aanvragen van ontheffingen en de handhaving vaak onder bij een "Omgevingsdienst" o.i.d.

 

Bij acuut gevaar door (vermoedens van) illegale sloop of verbouwing tijdens het broedseizoen:

- de Dierenpolitie bellen op 114

- de situatie melden op  http://www.144redeendier.nl 

- aangifte doen bij de plaatselijke politie.

 

Ook kun je bezwaren/zienswijzen indienen tegen geplande omgevingsvergunningen van de gemeente (ook als je eerder daartegen geen zienswijze had ingediend, zie: uitspraak Raad van State.) en bij de provincie tegen ontwerp ontheffingen of SMP's volgens de Wnb.

Opvang en verzorging

 

Als het uitvliegen is mislukt, bij verstoring door mens of kat, of bij problemen in het nest (hitte, ondervoeding) worden te jonge vogels soms in de buurt van de nestplek gevonden. Een jonge vogel is te herkennen aan witte zomen langs de vleugelveren, wit op voorhoofd en te korte vleugels.

 

Jonge gierzwaluw, klik voor vergroting

 

Volwassen vogels zijn helemaal donker bruin, behalve wat wit op de keel. Als de vleugelpunten langs het lichaam gehouden 3 cm verder dan de staart reiken zijn ze groot genoeg om weg te vliegen.

 

 

 

Gevonden vogels laten wegvliegen

Als de vogel volgroeid, gezond en niet gewond lijkt, laat hem dan eerst een uurtje tot rust komen in een gesloten kartonnen doos. Niet voeren, een beetje water toedienen met wattenstaafje o.i.d. helpt soms maar is niet echt nodig. Even wegen en bij minstens 40 gram en als de vleugels minstens 3 cm buiten de staart uitsteken ermee naar de rand van open terrein gaan, (weiland, flink grasveld in een park, of een groot plein) met minstens 50 meter ruimte zonder obstakels. Houd de hond even vast, let op katten in de buurt en zet de vogel op uw schuin naar boven uitgestoken vlakke hand. Niet opgooien; als hij kan dan zal hij uit zichzelf wegvliegen. De vogel vliegt horizontaal of eerst wat dalend weg en heeft dan enige tientallen meters nodig om hoger te klimmen. Zie dit filmpje.

 

Niet opgooien maar van de vlakke hand zelf laten wegvliegen, hier door Judith Wakelam.

 

Als hij/zij niet wegvliegt nog een uurtje rust geven en nog eens proberen. Als het toch niet lukt dan is er wat aan de hand: misschien toch te jong of gewond, ziek of ondervoed. Dan naar een vogelopvang brengen (ook duidelijk te jonge vogels) want groot brengen is specialistenwerk en u mag wilde vogels niet zelf thuis houden. Bij ernstige verwonding (en piepkleine nog blinde jongen, maar ook daar kun je anders over denken) uit het lijden verlossen.

 

Vereniging GBN heeft een speciale infobrochure over de opvang van gierzwaluwen voor opvangcentra: info@gierzwaluwbescherming.nl of telefoon 020-645 1130 of  06-645 5207.

 

 

 

"Koppie aaien", zoals hier in België, vinden gierzwaluwen niet leuk.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Oud opvangbericht

In Het Vogeljaar 1968 nr. 3 staat een heel oud opvangbericht. Een gierzwaluw met gebroken vleugel wordt twee jaar gevoerd met meelwormen maar wil geen water drinken. Zie het Vogeljaar jrg. 16 nr. 3- 1968 p. 563 (.pdf)

 

- Vogelopvangcentra Nederland

 

Vogelopvang Utrecht zoekt voederouders,

ook voor gierzwaluwen.

 

- Marjos Mourmans vervangt slagpennen (Filmpje)

- Nesthitte.pdf over slachtoffers van te hete broedplaatsen

- Foto's van jongen om de leeftijd te schatten

- Hongerig jong in opvang eet gretig een worm, Youtube

- Eerste hulp en tips op een Engelse site

 

Katten

 

Huiskatten zijn heerlijke beesten maar een gevaar voor de biodiversiteit en ze doden in Nederland o.a. 3 miljoen vogels per jaar.

 

 

Gierzwaluwen weten ze ook te pakken; ik heb het diverse malen gezien.  Ze liggen in de dakgoot op de loer (in de aan- en uitvliegroute) of bij een nestingang en plukken de vogels uit de lucht. Jongen worden achter de pannen uit het nest geklauwd. In Noordwijk werd gezien hoe een kat in een steeg een laag uitvliegende gierzwaluw met een grote sprong uit de lucht viste. En Aad van Uffelen zag in Naaldwijk een kat op de nokpan die invliegers probeert te vangen.

 

 

Kat met niet lang meer levende gierzwaluw

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Aan de Molestrjitte in Woudsend heb ik kippengaas geplaatst om de weg naar de goot te versperren. De kat daar had er al drie te pakken gehad. Dat zit nu ook bij de dakgoot van Bewaarskoallesteech 1. Daar zagen we een kat met een gierzwaluw in de bek naar huis vluchten en de buren hebben er in 2009 een kat jongen achter de dakpan zien wegpakken.

 

Miljoenen slachtoffers

Volgens de huisdierenbranche telde Nederland in 2019 2,9 miljoen katten, zie Dibevo.

De NRC checkte het aantal vogelslachtoffers uit een artikel van Koos Dijksterhuis in Trouw van 16-1-2018. Conclusie: huiskatten in Nederland maken jaarlijks ongeveer 3 miljoen vogelslachtoffers (voor NL omgerekend op basis van Amerikaans onderzoek), zie: NRC checkt, 6 febr. 2018. En in een recenter artikel van 4-6-2021 komt de NRC op 17 miljoen per jaar!

 

Het totaal aantal prooien (vogels, vlinders, libellen, vliegen, reptielen, mollen, (vleer)muizen, konijnen, eekhoorns, wezels, etc.) wordt in een onderzoek van de Nederlandse jagersvereniging berekend op 141 miljoen per jaar, zie Natuureffecten van huiskatten.pdf.

 

In Amerika verslinden ze jaarlijks 12,3 miljard zoogdieren en 2,4 miljard vogels, zie  Katten doden miljarden beesten in de VS. In UK wordt het op 50 miljoen vogelslachtoffers per jaar geschat, zie: vogelslachtoffers van katten in UK. 

 

Gevaar voor biodiversiteit

De wetenschap acht huiskatten inmiddels een belangrijke bedreiging voor de biodiversiteit. Pete Maraa schreef er een boek over: Cat Wars, zie interview met hem in de NRC van 3 oktober 2016  en Interview in National Geographic en een onderzoek in artikel NRC 26 oktober 2016 .

 

Kat bedreigt de natuur en EU-regelgeving - paper nov . 2019

 

Proefproces

In najaar 2020 werd een proefproces aangekondigd om te bereiken dat katten niet meer onaangelijnd buiten mogen worden gelaten. Het is volgens alle wetgeving (NL en Europees) verboden om vogels te doden of verwonden of nesten te verstoren en dat wordt in feite willens en wetens gedaan door katten buiten los te laten.

 

Op Texel wordt ernaar gehandeld

Op Texel broeden maar een paar gierzwaluwen (3 paar gemeld in 2020, 2 in Den Burg en 1 in de kerk van Oosterend). Maar katten doden er jaarlijks 50.000 andere dieren dan vogels. Er lopen naar schatting 200 verwilderde huiskatten rond die volgens Natuurmonumenten een ernstige bedreiging voor de biodiversiteit vormen. In oktober 2020 is daar een vangcampagne gestart. Inwoners kunnen hun katten laten steriliseren en van een chip laten voorzien zodat zij bij de eigenaar in geval van vangst terug gebracht kunnen worden. Zie : bericht bij NOS.

 

Begin er niet aan en houd uw kat binnen

Neem geen huiskat, er zijn zoveel leuke dieren in de natuur. En als u er al eentje heeft, houd ze dan zo veel mogelijk binnen, het hele jaar. Graag aangelijnd uitlaten en anders in ieder geval met een belletje om de nek.

Het aantal vogelslachtoffers door katten is in de VS ruim 10.000 maal hoger dan door windmolens, zie Trump vecht tegen  windmolens.

 

 

 

 

 

 

Gierzwaluw gevoelig voor verstoring

 

Het is bekend dat de Gierzwaluw behoorlijk gevoelig is voor verstoring. Ouders kunnen de jongen of eieren definitief in de steek laten en jongen kunnen het nest te vroeg verlaten. Dat betekent veelal de dood want ze moeten top-fit zijn: na uitvliegen gaan ze vrijwel direct door naar zuidelijk Afrika om daar negen maand, dag en nacht doorvliegend, onze winter door te komen.

Onderzoek door middel van visuele inspectie van nestkasten is dus voor de gierzwaluw zinloos want de resultaten zijn onbetrouwbaar omdat ze (in onbekende mate) beïnvloed worden door het onderzoek.

 

Vogelonderzoeksorganisatie Sovon organiseert al vele jaren onderzoek naar broedsucces van vogelsoorten, waaronder de Gierzwaluw. Voor de gierzwaluw worden nestkasten visueel geïnspecteerd (soms gecombineerd met ringen, meten, wegen etc. voor het Vogeltrekstation). Ook worden de gegevens verkregen door met een camera het nest te volgen.

 

Beleidswijziging Sovon

In oktober 2012 heeft Sovon haar beleid enigszins aangepast. In de lijst van te onderzoeken soorten is nu aangegeven welke soorten als "verstoringsgevoelig" worden aangemerkt, waaronder de gierzwaluw.  Bij de Gierzwaluw wordt vermeld dat het onderzoek "bij voorkeur d.m.v. camerabewaking" moet worden uitgevoerd. Maar instructies aan de nestkastinspecteurs over het voorkomen van de ergste verstoringen, ontbreken helaas. In het verleden zijn die door schade (en schande) soms wel wat wijzer geworden.

De wijziging is een verbetering want iedereen kan nu plaatselijk actieve groepen, die zich nog niet bewust zijn van de zinloosheid en risico's van het onderzoek, op dit standpunt van Sovon wijzen. Maar consequent zou zijn als "bij voorkeur" werd vervangen door "uitsluitend".  Dat zou de helderheid geven die nodig is om dit soort onderzoek (door burgers; voor wetenschappelijke doeleinden zijn uiteraard uitzonderingen mogelijk) uit te bannen.

 

Praktijkgeval

In Bennekom doen ze het nog steeds elk jaar. Op 7 juli 2018 werden vooral kinderen weer opgeroepen naar de nestkasten te komen waar de jonge vogels uit het nest worden gehaald, geringd en geshowd (aaien over kopje, u weet hoe dat gaat). De organisatie zegt dat de jongen daarna weer geaccepteerd worden door de ouders maar ze weet natuurlijk weinig of niets van het uiteindelijke broedresultaat. Dat is trouwens erg beperkt en neemt af (althans, afgaande op de situatie tijdens de kastenopening).

 

Na 30 jaar zijn er van de 24 kasten de laatste jaren nog maar zes bezet en in 2018 maar vijf.  Normaal raken na verloop van tijd steeds meer kasten bezet in een kolonie, zie ontwikkeling bij diverse kolonies in NL en UK.

Meer over ontwikkeling nestkastkolonie Bennekom '88-'18.

 

 

Op meer plaatsen worden nog steeds nestkasten intern visueel gecontroleerd, o.a. in Losser.

 

Ook in de beroemde kolonie in Oxford, waar David Lack zijn onderzoek deed, was na zijn overlijden, waarschijnlijk door teveel verstorend onderzoek, sprake van sterke afname van de kastbezetting, zie kolonieherstel in Oxford.

 

Gierzwaluwvereniging GBN heeft een artikel in haar statuten dat bepaalt dat leden zich niet mogen inlaten met handelingen "die het belang van de individuele gierzwaluw kunnen schaden, zoals het verstoren van broedvogels op de nesten".

 

Bewijzen van broedgevallen is verhuisd naar Nesten zoeken.

 

Weblinks nestverstoring

- Effecten van ringen op broedresultaat (. pdf - Gory)

- Nestkaartproject SOVON, prioritaire soorten

- Datum 1e eileg vlgs. nestkaartproject en volgens GBN

- Verstoring door openen nestkasten, M. Mourmans, Het Vogeljaar 2001-1

- Statuten GBN (art 3.2)

 

+++++++++++++++

 

Jaap Langenbach

jaaplangenbach@ziggo.nl

Willemstraat 38, 3511 RK Utrecht

06 -3849 7474

  Begin pagina