Gierzwaluwnieuws 2023

Oud nieuws:  2022   2021   2020   2019   2018   2017   2016   2015  2014   2013

 

Twee jonkies, Woudsend, 28 juli 2015.

 

 

Overige gierzwaluwpagina's

100 soorten  Bescherming

Broedvogelbestand

Camera in nestkast

Fenologie In Fryslân   GBN

Kunstnesten   Leefwijze

Lokgeluiden

Maarssen, broedbestand, nestkasten

Nachtvliegen Nesten zoeken 

Opvang  Tillen  Trekroutes 

Utrecht, nestkastbezetting '18-'23

Utrecht, projectpagina 95 neststenen Rivierenwijk

Utrecht, gierzwaluwen, overig

Webcams   Weblinks

Wet- en regelgeving

Woudsend, broedbestand, nestkasten

 

Contact: jaaplangenbach@ziggo.nl   06 -3849 7474.

Willemstraat 38, 3511 RK, Utrecht.  Twitter:  @ApusapusNL

 

 

 

Gierzwaluwtillen bieden geen soelaas

 

23 mei 2023

In 2022 waren er 22 gierzwaluwtillen en 7 faunatorens met totaal 1.029 nestkasten voor de gierzwaluw beschikbaar. In zeven deels bezette tillen/torens waren totaal ca. 19 kasten bezet.

Het ziet er niet naar uit dat dit type voorziening een efficiënte oplossing zal zijn voor het verlies van 'natuurlijke' broedplaatsen door sloop, renovatie of na-isolatie. De kosten zijn hoog, er vindt zelden bezetting plaats en het percentage bezette kasten per bezette til blijft waarschijnlijk erg laag.

 

Bezetting gierzwaluwtillen en faunatorens 2013 - 2022

 

Er waren in 2022 17 tillen "in bedrijf" in het kader van wet- en regelgeving, zoals voor compensatie van verlies van broedplaatsen door sloop en renovatie. Daarvan waren twee tillen deels bezet met 7 bezette kasten, van de 659.

 

Er zijn 10 tillen als tijdelijke maatregel ingezet, in afwachting van definitieve voorzieningen zoals neststenen in te renoveren woningen of in nieuwbouw. Slechts twee daarvan hebben op die wijze (tot nu toe) gefunctioneerd in Zutphen met een paar bezette kasten. Maar ze zijn toch uit gebruik genomen. Tijdelijke maatregelen worden in het nieuwe Kennisdocument dan ook volkomen terecht niet meer toegestaan.

 

De overige twaalf tillen zijn gebouwd (veelal zelf) door "liefhebbers". De eerste in Den Helder in 2013 en de laatste in 2020 in Heemskerk. Van deze tillen was die in IJlst (middenin een bestaande kolonie met veel "zoekers") tot nu toe de succesvolste met 5 (in 2021) van de 36 kasten bezet. Maar Heemskerk (pal naast 3-4 bezette nestkasten die wegens slijtage verwijderd werden) heeft ook nog potentie met nu 4 van de 18 bezet in 2023. In Neede en Joure bleef het beperkt tot een enkele bezette kast en de overige tien bleven ongebruikt.

 

Dit was de laatste maal dat we hebben geprobeerd de cijfers bij elkaar te sprokkelen. Dat was weer een hele klus. Inmiddels is wat mij betreft de trend wel duidelijk. Op de tillenpagina zijn de paragrafen met tips voor succes maar weggelaten. En ook voor de wet- en regelgever lijkt het wel duidelijk want de gierzwaluwtil zal niet voorkomen in de 'maatregelencatalogus' van de aanstaande Kennisdocumenten (Gierzwaluw en Na-isolatie).

 

Alle details op de tillenpagina.

 

Nestkastpetitie 10-7 in UK parlement

 

18 mei 2023

Het is gelukt ! De Engelse petitie met bijna 110.000 handtekeningen voor het verplicht stellen van gierzwaluwnestkasten in alle nieuw- en verbouw zal op 10 juli in het Engelse Parlement behandeld worden. Dat zal de rode lijst status van de gierzwaluw in de UK en wat daar aan gedaan kan worden, goed op de kaart zetten.

Meer bij petities voor verplichte nestkasten UK en NL.

 

 

Enorm gierzwaluwcentrum in Tel Aviv

 

17 mei 2023

In Tel Aviv is onlangs een gigantisch nestkast- en opvangcentrum voor gierzwaluwen gereed gekomen. Er werd al sinds 2018 aan gewerkt en is gevestigd in een kinderopvang. Rondom het gebouw zijn in de rand van de balkonoverkapping 222 nestkasten ingebouwd. In 2019 werd er voor het eerst gebroed en inmiddels zijn minstens 15 kasten bezet. Een aantal kan live gevolgd worden via webcams.

De kasten worden ook gebruikt om wezen, die elders uit het nest raakten, op te vangen. Die worden bij nesten met 1 of 2 jongen geplaatst en worden dan ook 'natuurlijk' grootgebracht door de ouders.

- Invliegers, beeld uit nestkast en droneopname rondom (Youtube)

 

Nestcontrole met gierzwaluwgeluid

 

15 mei 2023

Je kunt uren besteden aan het wachten op invliegers bij bekende nesten om de bezetting te controleren. Maar met een gierzwaluwschreeuw op je telefoon kun je veel uurtjes besparen. Als je bij het te controleren nest dat gierzwaluwgeluid laat horen zal de bewoner gevaar door indringers en nestovername vrezen en terugschreeuwen:  "rot op, bezet !".  Dat weet jij dan ook.

Henk Schreuders in Hattem kon zo in een paar dagen al tientallen nesten die hij van eerdere zoektochten kende, opnieuw "bezet verklaren". Maar je kunt er ook nieuwe nesten mee vinden als je met het geluid langs de gevels loopt waar kans op nesten is. Verder natuurlijk zeer geschikt voor de controle van nestkast- en neststeenprojecten. Hiermee zou er veel meer aan broodnodige monitoring van kunstnestprojecten gedaan kunnen worden.

 

Er zijn ook beperkingen: bij heel hoog hangende kasten en als ze dicht bij elkaar hangen hoor je de reactie niet of niet uit welke kast het geluid komt (zeker niet met mijn gehoorkwaliteit). Daarvoor moet nog wat apparatuur voor in een drone ontwikkeld worden. En doe het niet onnodig (langdurig). Het is in feite een verstoring van de broedbiotoop en we weten niet of ze er last van hebben.

 

Ik heb er een (voorlopige) paragraaf met wat tips en suggesties over gemaakt op de pagina "nesten zoeken", zie nestcontrole met 'uitlokgeluid'. Je kunt daar ook de geluiden downloaden.

Het is er nu van 6 - 7 ' s morgens in ieder geval een goede tijd voor. De vogels zitten dan nog op het nest, er is nog weinig verkeerslawaai en er zijn ook nog geen storende 'bangers'. Maar het hele jaar zijn er wel mogelijkheden voor deze methode. Ik hoor graag over je ervaringen, er is nog veel over te ontdekken.

 

 

Rommelige aankomst nog niet voltooid

 

Laatste update 25 mei 2023

Er worden al veel giervluchten en nestkastbezettingen bij de kolonies gemeld en de eerste paartjes broeden al. Ik schat dat nu wel 90% van de broedvogels ia aangekomen maar de bangers (niet- broeders) laten nog op zich wachten en zijn aan de late kant. Het begin van broeden (dus de helft van de paartjes vliegt niet rond) en het uitblijven van bangers betekent dat er nog relatief weinig vogels boven de kolonies vliegen. En het ontbreken van de "lawaaimakers" maakt dat het nog wat "stilletjes" aanvoelt.

Ad van Uchelen in Mijdrecht zag in zijn camerabewaakte kolonie met nu 9 paartjes het eerste ei al op 4 mei. De koekeloerders bij het gierzwaluwnest van Beleef de Lente keken gespannen uit naar het 2e ei, dat op 14 mei kwam. Er is begonnen met broeden maar op 18 mei  werd onverwacht (normaal wordt om de twee dagen gelegd) toch nog een 3e eitje ontdekt.

Over de kolonie met 24 camera bewaakte kasten in Oisterwijk meldt Hannie Nilsen een erg rommelige aankomst. Het verloop wordt zeer nauwkeurig bijgehouden. De eerste was erg vroeg (22-4), maar verder een zeer gespreide aankomst. Er waren meer vechtpartijen dan normaal, wisselende overnachting en een laatkomer die uit een eerder nest vier ! eitjes verwijderde ! Van de 24 vorig jaar bezette nesten waren er op 20 mei 15 bezet met een paartje en een of meer eitjes. Maar van de 35 eitjes zijn er 7 gesneuveld. Zie hieronder meer over deze kolonie met o.a. jaarverslag 2022.

 

Gierzwaluw verwijderd eieren uit kast 21 van kolonie Oisterwijk.

Foto van Hannie Nilsen (gierzwaluwwerkgroep Oisterwijk)

Opmerkelijk: het nest is niet in de voorgevormde nestkom gemaakt (te dicht bij de ingang?)

 

 

Harm Peters in Arcen heeft een zeer grote kolonie aan huis met wel 25 broedparen en meldt op 25 mei dat alles er wel zo'n beetje is. Maar nog geen bangers aangekomen. Nogal wat nesten zijn ingepikt door huismussen en daar is dan wel veel strijd gaande als de gierzwaluwen terug komen. Veel kasten zijn niet bereikbaar om tijdelijk, tot eind april, proppen in de ingangen te stoppen.

 

Op de telpost Falaise de Leucate , oostkant Pyreneeën, werd op 18 mei een aankomstgolf gezien van ruim 32.000 gierzwaluwen.

 

Maar er lijkt nog steeds wat stagnatie in de aankomst te zitten. Er zijn nog flink minder waarnemingen dan in 2020 en 2021. Henk Schreuders in Hattem loopt 's morgens tussen 6 en 7 uur en ook 's middags met lokgeluidjes op z'n telefoon door de straten waar hij van weet dat er bezette nesten zitten en schat dat er rond 15 mei ongeveer bij 50 % gereageerd wordt. Bekijk hier zijn vele vondsten op waarneming.nl.

 

Op de webcampagina is van de 50 online nesten nu (23 mei) ruim 85% bezet met minstens 1 vogel.

 

Het leek er aanvankelijk op dat ze dit jaar op tijd terug waren, vergelijkbaar met 2021, maar de aantallen volgens waarneming.nl begonnen rond 23 april flink achterop te raken. In het weekend van 30 april waren er weer erg veel meldingen en het niveau lag tot 6/7 mei ongeveer gelijk aan 2021. Maar in de 2e week van mei zakte het toch weer in. Regenachtige dagen (minder waarnemers/waarnemingen) verklaren een deel van de lagere aantallen maar ook in diverse kolonies lieten broeders nog op zich wachten. Op trektellen steeg het niveau dankzij een enorm piek van ruim 16.000 op 4 mei maar daarna werd er niet veel meer gemeld.

 

De intocht van broedvogels kan erg variëren met tijdelijke stagnatie en plotselinge pieken. In de 4e  week van mei komen dan vervolgens de niet-broeders weer het bekende spektakel maken. Die aankomst is zichtbaar in de trektellengrafiek maar niet bij waarneming.nl . (omdat de meesten de eerste dan al wel hebben gemeld?).

 

 

Totaal van alle Nederlandse trektelposten

 

- Alle gierzwaluwwaarnemingen 2023

- Aantallen per dag / per jaar op trektelposten

 

Pieken op K-dagen

Op K-dag werden zoals gebruikelijk weer veel gierzwaluwwaarnemingen gemeld. Voor veel liefhebbers is het de dag om de eerste van het jaar te scoren. Het was mooi weer en het aantal was aan de hoge kant, maar toch niet zoveel als in de coronajaren 2020 en 2021, toen er tijd was omhoog te  kijken in plaats van naar de rommel op straat. Gemiddeld over de laatste 13 jaar werden op K-dag 45% meer waarnemingen gemeld dan op de dag ervoor en op de dag erna. De dag van de week en het weer speelt natuurlijk een rol. En het aantal waarnemers neemt nog steeds flink toe. Waarom moeten we dit weten, zul je vragen? Klopt, het gaat eigenlijk nergens over maar het zijn wel cijfers over gierzwaluwen.

 

 

 

De eerste meldingen

Op 17 april werd uit Frankrijk een flinke doortrek gemeld met 15.512 vogels op telpost Falaise de Leucate aan de westkant van de Pyreneeën . Op 24 april werden er daar 4.900 geteld. De post is 2.000 km van hier en dat doen ze in 2-3 dagen. Op 19 april hoorde ik van de eerste aankomst bij een nestkast in Noord-Ierland en op 20/21 april werden er in Nederland ruim 250 gemeld op waarneming.nl .

 

Eric Elzinga meldde op waarneming.nl dat hij op 1 april zijn eerste gierzwaluw van het jaar heeft gezien. Dat zou ook de eerste voor Nederland zijn. HIj is niet scheutig met details en de administratie vraagt zich af of het niet de alpengierzwaluw was die hier een paar dagen rondzwierf (zie hieronder). Maar het is een ervaren vogelaar, hij heeft de alpengierzwaluw ook gezien en ik geloof hem wel. Zie de melding op waarneming.nl .

De tweede melding op 3 april in Beuningen leek correct want er zat een duidelijke foto van de vogel bij, maar de controle denkt dat een vale gierzwaluw niet is uitgesloten. Even later was de melding op "onbekend" gezet.

Maar er diende zich een nieuwe aan van Marga in Heelsum (Gld.) met de toelichting "vanuit het zuiden. Overvliegend. Naar noord". Maar het was haar eerste gierzwaluw ooit op het platform, dus ook hier twijfels.

 

Op 7 april werden er 5 gezien langs de Waal bij Neerijnen, vlakbij de kolonie met 100+ paartjes van kasteel Waardenburg, waar ook het nest van Beleef de Lente met de camera zit (zie bericht hieronder).

Op 9 april werd de eerste op een trektelpost, noordwaarts trekkend gezien, post Berkheide bij Wassenaar. En op 10 april (2e paasdag) passeerde er eentje op trektelpost Breskens en werden ze ook op diverse andere locaties gezien.

 

Vorig jaar waren ze erg laat (zie verslag) maar Diet Groothuis werd alsnog helemaal gelukkig toen ze, na vruchteloos zoeken vanaf 27 april, de eersten eindelijk zag op 15 mei. Ze deed er melding van op de fenollijn van Vroege Vogels en won er de Frater Willibrordusprijs 2023 mee. Beluister de melding van Diet en zie het bericht erover op Nature Today.

 

Welkomstlied

Gierzwaluwkenner Evert Pellenkoft uit Amsterdam ontdekte een erg mooi welkomstlied. Claudia de Breij zou er vast een mooie NL-variant van kunnen maken.

"Spin world spin, swifts are here again" , Rachel Newton. (Youtube)

De tekst staat hier.

 

Zolang ze er niet zijn:

"het dak is stil, de lucht onbewogen

de wachter wacht, het geschenk niet gegeven"

 

 

 

 

Mooi verhaal van Karel Knip over later

 

5 mei 2023

Karel Knip noteert al sinds 1973 de datum van de eerste aankomst van de gierzwaluw en vraagt zich af of ze steeds vroeger of later komen. Dat is geen moeilijke wetenschap. Ze LIJKEN de laatste jaren later aan te komen maar dat komt omdat er nog maar weinig over zijn, want de aankomstdatum is niet meer dan een trefkans.

 

En inderdaad, ze komen niet een week later aan, zoals zijn statistiek lijkt aan te geven, maar sinds 1997 een paar dagen eerder, zoals blijkt uit de statistiek van de datum van eerste eileg.

 

"Nog maar een handjevol", Karel Knip in NRC, 3-5-2023.

 Hier meer over vroeger of later

 

 

Hulde voor de pioniers

 

30 april 2023

Wim de Bock in het Belgische Essen en Marjos Mourmans, nu in Roosendaal, horen bij de nog steeds actieve pioniers van de gierzwaluwbescherming. Het Belgische Noordernieuws maakte er een leuk artikel over. Zie De Bock en Mourmans.

 

 

Kolonie Maarssen voor 2e maal overhoop

 

30 april 2023, update 12 mei. (sorry, ik had weer geen tijd om het kort te houden).

In 2019 was er een plan van woningcorporatie Portaal voor de renovatie van 48 woningen in de Dichterswijk in Maarssen naar een NOM-project (Nul op de Meter). Er zit een grote kolonie van 30+ gierzwaluwpaartjes.

Om nestelen te voorkomen waren de nestingangen al dichtgemaakt in de ene helft van de wijk (de andere helft zou een jaar later aan de beurt komen). Maar de bewoners verwierpen het plan en half juni 2019 werden de dichtgepurde openingen weer opengekrabd. Hier meer over deze 1e renovatiepoging.

 

Portaal heeft een nieuw ontwerp gemaakt (zonder in de tuin geplaatste warmtepompen) dat wel werd geaccepteerd. Voor de tweede keer moesten er compenserende broedplaatsen gerealiseerd worden. In het faunaonderzoek werden 30 gierzwaluwbroedplaatsen gevonden. (In mei 2020 had ik er 33 in mijn overzicht staan, zie lijst broedplaatsen in Maarssen.)

 

In februari 2022 werden 60 nestkasten als "gewenningsperiode" onder dakgoten opgehangen maar die zijn natuurlijk niet of nauwelijks in dat jaar benut omdat de oude, vertrouwde nesten nog beschikbaar waren. Hoogstens zal er een nestzoekende puber in terecht zijn gekomen. Maar ook die kans is niet groot want ze zoeken bijna uitsluitend nabij bezette nesten naar een plek en die zaten op de kopgevels. De renovatie startte in januari 2022, de dakrenovatie met de gierzwaluwnesten na het broedseizoen. Er zijn 60 nestkasten opgehangen, in de 24 kopgevels zijn openingen vrijgehouden voor broeden op de spouwmuur, er is een optie voor nestelen op het dakbeschot boven de dakgoten en onder de kantpannen. Geen van de vier opties deugt.

 

Geen  neststenen mogelijk ?

Bijna alle nesten zitten aan de kopse kanten van de woonblokken, en dan vooral bij het einde van de dakgoot, hier en daar ook langs de kantpannen en verder een paar onder lood naast uitlaten en dakkapellen. De beste oplossing is dus neststenen inmetselen op de geschikte kopgevels, in ieder geval nabij de nesten bij de dakgootuiteinden. Maar omdat de spouw smal is konden (volgens de ontheffing) geen neststenen worden ingemetseld. Het is nu 41 jaar geleden dat de eerste neststeen voor gierzwaluwen beschikbaar kwam. Het is toch wel erg treurig dat er kennelijk nog steeds niet een iets minder diep model beschikbaar is voor de oudere, wat smallere spouwmuur.

 

Vier neststenen M.H. Trompstraat 20. Ingemetseld bij renovatie 2019.

 

Soms gaat het net maar dan steken ze aan de voorkant wat uit, zie foto.  Deze neststeen b.v. is maar 16,5 cm diep en zou hier maar krap 2 cm uitsteken, zie tekening verderop. Het zal toch niet zo zijn dat  de  bepaling in het Kennisdocument (minimaal 15 cm binnenmaatdiepte) hier een fantastische oplossing om zeep heeft geholpen? In het binnenkort ? te publiceren nieuwe Kennisdocument wordt dit overigens minimaal 13 cm. binnenmaat. Niet dat het ideaal is voor het opgroeien van jongen, maar gierzwaluwen broeden maar al te vaak in nog veel nauwere ruimtes. Portaal wilde geen uitleg geven en zegt het ecologisch advies te hebben gevolgd.

 

 

Broeden op de spouw ?

Er is een alternatief bedacht met een ruimte van 30 mm achter de afdekplank onder de kantpannen, waarachter de vogels via gaten in de bevestigingslat de bovenkant van de buitenmuur zouden kunnen bereiken om een nest op te bouwen.

 

Uit de ontheffing Wnb, p.15.: spouw met gaten in lat achter afdekplank. Klik voor vergroting.

 

De constructie is mij nog niet helemaal duidelijk maar uit onderstaande moge duidelijk worden dat ze zeker niet behoort tot de groep "bewezen effectief" in de in ontwerp zijnde 'maatregelencatalogus'. 

 

De constructie geeft op 24 kopgevels volgens de ontheffing Wnb vier ruimtes per kopgevel en totaal 96 potentiële  broedplaatsen.

 

P.C. Hoofstraat 34. Verdwenen ? nestingang zat in ronde cirkel achter onderste kantpan. Nieuwe ingangen via latgaten achter de plank bij de pijlen.

 

In de lat achter de plank is per kopgevel op minstens vier, maar ook wel op zes plaatsen een gat gemaakt waardoor ze achter de plank kunnen komen. (Bij zes gevels is dat bij de kop mogelijk gemaakt voor de laatvlieger, een vleermuissoort). Als ik het goed zie moeten ze dan ca. 18 cm omhoog kruipen om op de spouwmuur te kunnen komen. Voor een vleermuis misschien te doen maar voor een gierzwaluw erg lastig en 30 mm is krap. Per gevel zijn vier 'plateaus' op de spouw gemaakt. Het is niet duidelijk of die keurig ter hoogte van de invlieggaten zitten en zijn het er zes bij zes gaten? Bij het einde van de dakgoot zat wel een ruimte/horizontaal stuk waarop genesteld kon worden.

 

Het is zeer de vraag of er na de isolatie / renovatie op de spouw  voldoende ventilatie voor afkoeling zal zijn. Zes kopgevels zijn zelfs op het zuidwesten georiënteerd. Maar ook bij vier gevels op het noordwesten kan dat een probleem zijn en zelfs bij vier gevels op het zuidoosten tijdens een aantal hete dagen.

 

Een probleem is waarschijnlijk ook dat er in het echt geen pijlen bij de openingen staan. De invliegopeningen, zwarte lat, donker gat, zijn ook van dichtbij nauwelijks te zien. Zullen ze in staat zijn zoveel ervaring op te bouwen met het invliegen dat ze de juiste locatie nauwkeurig genoeg weten in te schatten? Ze vliegen altijd het liefst met grote snelheid in een keer de invliegopening in.

 

Als kleine jongen uit het nest raken en op de 'gatenlat' belanden kunnen ze niet meer terug en sterven want jongen worden buiten het nest niet gevoerd. Ook voor grotere jongen, die kort voor het uitvliegen "aan de wandel" gaan, lijkt de weg terug lastig.

Bij de invliegopeningen voor de laatvlieger is de spouw aan de bovenkant open gehouden. Daar zullen dan eieren in vallen.

En hoe zal het gaan met het uitvliegen van de jongen? Ze kunnen niet naar buiten koekeloeren om de route te verkennen. Komen ze klem te zitten?

 

Op de foto is ook te zien dat de nestkast nogal in de weg zit om achter de plank te kunnen kruipen. De ingang naar het verdwenen nest zat in de zwarte cirkel. Daar zullen ze naar de verdwenen broedplaats zoeken. Kunnen ze daar niet meer naar binnen en (bij toeval) de nestkast vinden? Er hangen maar vijf kasten op de kopgevels bij het einde van de dakgoot, dus deze variant biedt ook weinig soelaas.

 

Als het werkt op de spouw zouden er nog vele jaren veel te weinig vogels zijn om alle broedruimtes te benutten en zijn de 60 nestkasten overbodig. Maar huismussen en spreeuwen weten daar wel raad mee. Er zijn al heel wat mussenpaartjes aan het nestelen, ook in de voor gierzwaluw bedoelde kasten. Die lopen dus groot gevaar als de gierzwaluwen ze in de gaten krijgen. Onder de dakgoten hadden uitsluitend mussenkasten gehangen moeten worden met kleine ronde openingen. (De spreeuwen zitten vooral in de gierzwaluwkasten in het al eerder gerenoveerde en naburige Schilderskwartier, zie Maarssen, project Schilderskwartier. Daar zijn ze op 4 van de 5 gevels de baas).

 

Maar de achtergrond van deze zeer twijfelachtige voorziening achter de kopgevelplank is om het gewenste totaal van 30 (verdwenen nesten) x 5 (opschaalfactor) = 150 voorzieningen te kunnen halen. Want 60 tijdelijke kasten hingen er al sinds februari '22. Zie hieronder. Maar 1 : 5 is een overdreven verhouding die nergens wordt voorgeschreven en komt voort uit de veel voorkomende, onjuiste aanname, ook in deze ontheffing, dat "hoe meer alternatieven worden aangeboden, hoe groter de kans op succes". Wie heeft het onderzoek dat dit aantoont? Als gierzwaluwen geen trek hebben in vijf foute / onbekende kasten hebben ze ook geen trek in 25 foute / onbekende kasten.

 

Tweede optie niet beschikbaar

De ontheffing voorziet een tweede broedplaatsoptie op het dakbeschot onder de onderste pannen boven de dakgoten. Maar er zit geen spleet tussen dakgoot en (spiegelgladde) afdekplank. En de ruimte tussen afdekplank en muur is afgesloten door een langslat aan de onderkant. Ze zouden dus direct onder de onderste pan moeten invliegen maar die hangt deels tot in de dakgoot. Een huismus lukt dat wel maar voor de gierzwaluw ondoenlijk. Er zaten, behalve bij het dakgootuiteinde, overigens geen nesten langs de goten dus daar zal niet gezocht, en niet gevonden worden.

 

 

 

 

 

 

 

 

Derde optie met ondeugdelijke nestkasten op foute locaties

In februari 2022 zijn 60 nestkasten bijna allemaal in rijen onder de dakgoten (waar geen nesten zaten) opgehangen.

In de ontheffing Wnb, staat "zo dicht mogelijk bij de oorspronkelijke locatie (van de verdwenen nesten)", maar dat wordt gespecificeerd als binnen 200 meter! De ontheffingverlener begrijpt kennelijk de schaal en het belang van "zo dicht mogelijk bij" niet.  "Zo dicht mogelijk bij..." is op de kopgevels waar de broedplaatsen waren. Er wordt niet aangegeven waarom hier vanaf wordt geweken.

Het Kennisdocument Gierzwaluw geeft overigens ook alle ruimte met "bij voorkeur binnen 100 à 200 meter". De praktijk is echter dat bij verder dan 10 meter de vindkans al aanzienlijk kleiner wordt. Op de Dr. Ariënslaan werkte het wel, op minder dan een meter van de verdwenen nesten, maar zelfs daar duurde het weken voordat ze de kasten in de gaten hadden. Bewoners vertelden dat de locaties zijn bepaald door de dienstdoende timmerman en bewoners die ze wel of niet wilden hebben.

Bijna alle kasten hangen overigens ook nog eens zonder extra bescherming tegen de zon op het noordwesten en zuidoosten (teveel kans op hittestress) terwijl noord of noordoost het voorschrift is. Dit (afstand en zonbelasting) is strijdig met de voorschriften in de ontheffing.  Daarom heb ik op 10 mei een handhavingsverzoek ingediend bij RUD Utrecht .

 

De kwaliteit van de nestkasten (type GZT1 van Unitura ) is twijfelachtig en wordt ook door de leverancier als "tijdelijke kast" aangeduid. Hij is niet van duurzaam hout-beton maar van multiplex (watervast verlijmd?) en het dak is niet schuin genoeg. Dat geeft andere vogels kans er op te zitten en sommigen zullen er zelfs op kunnen gaan nestelen, en dat vindt de gierzwaluw niet prettig. (Model Voordorp van hout-beton, zoals b.v. deze NKGZ08 van Vivara, wordt alom erkend als een universeel toe te passen goed ontwerp voor permanente toepassing). Opmerkelijk is dat in de ontheffing de zin "de kasten gelden tevens als permanente mitigatie" is doorgestreept. De verklaring staat op p. 9 punt 13: "de kasten worden meegenomen in het onderhoudsplan van de woningen en worden vervangen door duurzame kasten als de maximale levensduur bereikt is". Er wordt niet bij vermeld na hoeveel jaar er vervangen moet worden en mag Portaal dat bepalen? En is er een nieuwe ontheffing nodig als de kasten bezet blijken te zijn?

 

Het is een raadsel waarom er niet direct definitieve , duurzame kasten (als neststenen echt niet mogelijk waren) op de kopgevels zijn geplaatst. Leveringsprobleem? Gokje van adviserend ecoloog Regelink  en Portaal op goedkeuring voor de gootkasten door de provincie? Ze werden zeven maand voor het verlenen van de ontheffing opgehangen. Maar de provincie vond de kasten op zich onvoldoende.

 

Acht kasten per acht kopgevels op het noordoosten zou al voldoende zijn voor een ruime verdubbeling (op termijn) van de kolonie. Eventueel zouden ook nog de vier kopgevels op het zuidoosten benut kunnen worden, als deze extra beschermd worden tegen de zon, met een dubbel dak b.v. Zie foto.

 

 

Houtbetonnen kast met dubbel dak voor zonniger locaties, maar niet op zuid of zuidwest!

 

Details op: Model Maastricht.pdf . (Variant op Voordorp). Kan besteld worden bij marjosmourmans@zwaluwen.info en 0165- 535 810.

 

 

Vervanging (van bezette kasten) betekent in feite nogmaals een flinke verstoring van de kolonie. En zou voor vervanging van bezette kasten niet opnieuw een ontheffing aangevraagd moeten worden?

 

Provincie zet streep door "tijdelijk".

De provincie Utrecht gaf op onze vragen aan dat zij inmiddels heeft besloten geen tijdelijke voorzieningen meer te accepteren !  Dat is hele mooie winst en verdient navolging elders. Ze komen in heel veel ontheffingen voor. Tijdelijke voorzieningen zijn de gierzwaluw al vele jaren een gruwel. Ze zijn eeuwige rotsen gewend.

 

Ook de provincie heeft zo haar twijfels over de effectiviteit van het project en heeft daarom vanaf 2023 drie jaar monitoring voorgeschreven en kan nadere maatregelen voorschrijven als er onvoldoende bezetting is. We mogen hopen, en ik zal er op aandringen, dat dat niet alleen het noteren van invliegers zal betreffen en het daarmee "bezet" verklaren van voorzieningen, maar dat er ook zal worden gespeurd naar tekenen van broedsucces, zoals het controleren op achtergebleven dode eieren en jongen aan de achterkant van de afdekplanken op de kopgevels en van de inhoud van de tijdelijke nestkasten op de te zonnige gevels.

 

Veel broedparen zullen een jaar, of misschien wel twee moeten overslaan omdat ze niet tijdig een nieuwe plek weten te vinden. Voor veel paartjes zal dat einde voortplanting betekenen want ze worden maar 6-7 jaar en ze broeden pas in het 2e-3e levensjaar. We weten eigenlijk niet hoe ze een nieuwe plek vinden.  Gaan man en vrouw samen op zoek naar een nieuw nest of doen ze dat apart en moet ieder dus ook een nieuwe partner vinden die naar de nieuwe broedplaats gelokt moet worden?

 

Zoveel is zeker, 2023 wordt weer een dramatisch seizoen voor de gierzwaluw in de Dichterswijk. Op 30 april zag ik er al 15 vergeefs aanhaken bij voormalige nestingangen. Wekenlang zullen ze proberen om de bekende broedplaats te bereiken en afwisselend 'panisch' door de buurt vliegen. En volgend jaar opnieuw, als er geen nieuwe broedplaats kon worden gevonden.

Bewoners hadden in seizoenen '20-'22, na de eerste renovatiepoging, al duidelijk het idee dat de kolonie flink is uitgedund. Er vliegen 's avonds veel minder vogels in de bekende verzamelvluchten boven de wijk.

 

Gaan ze voor de kasten ?

Een aantal zal hier en daar op den duur wel een gaatje weten te vinden.  Er was al een mooie illustratie van het vereiste dat nieuwe broedplaatsen dicht bij de oude moeten zitten en ook een aanwijzing voor enige flexibiliteit maar de 'keuze' voor de kasten lijkt gemaakt. Yvonne aan de Jacob Catsstraat kreeg naast haar eigen, al sinds 2018 bezette kast, ook een nieuwe van Portaal en die raakte vorig jaar al bezet. Maar ze weet niet zeker of er ook gebroed werd. Haar eigen kast (type Voordorp) liet ze vervangen door een kast van Portaal (die wilde wat "eenheid in het beeld") en raakte ook bezet. Dat was op zich een bijzonder experiment. Sommige 'kolonie-exploitanten' zijn al bang dat ze niet meer terugkomen als een ronde opening door een ovale wordt vervangen.

Op 5 mei waren er bij de buren ook al invliegers gezien, dus totaal al vier bezette kasten. Maar er is flinke concurrentie met huismussen (vorig jaar werden huismusjongen er door de later aankomende rechthebbende gierzwaluwen uitgegooid) en ook met andere gierzwaluwen. Bedenk dat nu 30+ paartjes dakloos rondzwerven die geleidelijk allemaal de bezette kasten in de peiling krijgen. Bij buurman Willem op nr. 7 leidde dit ' s morgens tot een gevecht. Dat eindigde ermee dat een gierzwaluw nog vastzittend aan de ander uit de kast hing. Willem pakte de ladder en was er snel, maar net te laat bij om hem los te maken. De vogel raakte al los, Willem ving hem op en liet hem vanaf zijn hand wegvliegen.

 

Zie de door de provincie verleende ontheffing Wet natuurbescherming, 22-9-2022 met o.a. voorschriften voor de uitvoering.

 

 

 

Gierzwaluwen weer in beeld

 

27 april 2023

De allereerste gierzwaluwen zijn weer op het vertrouwde nest teruggekeerd. Vogelbescherming heeft haar camera op Beleef de Lente - weer aangezet bij nest nr. 100 in de grote kolonie van kasteel Waardenburg, dat ook vorig jaar werd gevolgd.

Hier alles over kolonie Waardenburg. De 1e broedvogel arriveerde op K-dag op nest-100. Als er niets te zien is is deze fraaie compilatie van broedseizoen 2022 de moeite waard.Commentaar bij de gebeurtenissen wordt weer geleverd door Jochem Kühnen, die zelf ook 11 paartjes in nestkasten aan huis heeft.

 

Al geruime tijd jongen in Israël

Er worden nog veel meer gierzwaluwnesten met camera' in de gaten gehouden, zie mijn pagina met ruim 40 webcams in Europa. Daarvan zijn er nu ca. 16 on-line maar op nog maar een stuk of 5-6 nesten zijn de broedvogels terug.

 

In Milaan, nr. 23 met erg fraai beeld, liggen twee eitjes in het nest.

 

In Israël kun je vier webcams in Givatayim bekijken bij bezette nesten die al een paar weken jongen of eieren hebben. Op 8 februari, nota bene tijdens de zware storm Barbara met hagel en 100 km/u., werden de eerste gierzwaluwen boven Tel Aviv waargenomen. Een week later werd de aankomst bij de nestkastkolonie van Amnonn Hahn op film vastgelegd. Zie filmpje van het invliegen en de aankomst op het nest. Op 31 maart waren er drie jongen in kast A6. Op 2 april kwam in kast A6 een indringer naar binnen die snel werd verjaagd, zie filmpje op Yutube.

In kast B6 was een vreselijk gevecht met een indringer dat 13,5 uur duurde en niet goed afliep. De indringer lag een tijdje dood rechts onder in beeld maar is inmiddels verwijderd. Het komt ook voor dat de indringer het wint en een nieuw legsel begint, nadat eventueel eerder gelegde eieren eruit zijn gegooid.

 

 

Gedragscode voor Aedes goedgekeurd

 

25 april 2023

Voor het soepeler kunnen renoveren en na-isoleren van haar woningvoorraad kreeg de koepel van woningbouwcorporaties Aedes goedkeuring voor een gedragscode soortenbescherming. Wie zich aan de voorschriften van de code houdt (de lid-corporaties van Aedes en hun uitvoerders) wordt vrijgesteld van het vragen van ontheffing van verboden in de Wet natuurbescherming, zoals het vernielen van gierzwaluwnesten. De code geldt alleen voor "kleinschalige ingrepen met een voorzienbaar effect" zoals renovatie, verduurzaming en onderhoud. De code is van toepassing  bij een klein aantal nesten maar niet voor een gierzwaluwkolonie (5 of meer nesten binnen een straal van 50 meter vanaf het centrum van de kolonie, p.14 en 42).

 

Compensatie van broedplaatsverlies

De voorschriften voor compensatie van gierzwaluwnesten die verloren gaan bij renovatie, verduurzaming en isolatie, met name aan daken, is niet erg helder (p. 35). "De ecoloog bepaalt het aantal te plaatsen alternatieve voorzieningen" en "bij elke voor de gierzwaluw geschikte woning of wooneenheid moet minimaal 1 alternatieve voorziening worden teruggebracht". Ongeacht het aantal verdwenen nesten ? Per CBS-buurt dienen minimaal twee typen voorzieningen beschikbaar te zijn. Hoeveel van elk? En wat is daar het bedoelde effect van?

 

Broedplaatsvereisten

Op o.a. pagina 84 staan vereisten voor de aan te brengen nieuwe broedplaatsen of te handhaven oude broedplaatsen. Die staan op p. 67-200 van de maatregelencatalogus (welke ook deel III gaat vormen van het nog te verschijnen "Kennisdocument na-isolatie en renovatie van woningen en gebouwen") die al wel bij deze gedragscode van Aedis gehanteerd moet worden. Diverse typen voorzieningen worden als "bewezen effectief" aangemerkt. Dit moet mijns inziens (ongeveer) gelezen worden als "ooit of soms of regelmatig door gierzwaluwen benut" maar niet dat ze dat ook op elke locatie / bij elk project zullen doen, verre van dat. Hier staat een interessant artikel over de problematiek van "bewezen effectief" (16. p.)

  • Het lijkt erop dat de minimale hoogte van de invliegopening is verhoogd van 3 meter (Kennisdocument) naar 5 meter. Maar helemaal duidelijk is het niet want er moet 3 meter ruimte boven obstakels zijn.

  • "Op voor de gierzwaluw onbekende locaties kan het afspelen van gierzwaluwgeluiden leiden tot versnelde vestiging". Dat is onvoldoende aanmoediging voor het toepassen ervan en zal leiden tot onnodig lange leegstand van veel projecten.

  • "Nestkasten mogen dicht naast elkaar worden geplaatst omdat de soort een koloniebroeder is" is een misleidend voorschrift want het argument klopt niet. Ze houden juist van enige afstand, blijkt uit onderzoek in verband met o.a. "burenruzie" en "invliegvergissingen". De afstand tussen de invliegopeningen zou meer dan 75 cm moeten zijn om de meeste problemen te voorkomen. Hier wat nuances over dit probleem.

  • "De afstand tussen invliegopening en verblijfplaats < 5 cm". Het werkwoord ontbreekt in de zin. Waarschijnlijk wordt broedplaats bedoeld i.p.v. verblijfplaats en groter i.p.v kleiner dan. En van 5 cm zou dan 15-20 cm gemaakt moeten worden. Ze broeden graag in het donker, op afstand van de invliegopening.

  • De voorschriften voor de afmetingen van kasten verschillen met het Kennnisdocument. Voor de invliegopening worden twee maten genoemd, resp. 70/65 mm breed en 35/30 mm hoog. Mogen we kiezen?

  • Op p. 162 verschijnt toch nog de (in feite allang verboden) gierzwaluwpan als optie om onder de loodslab bij een schoorsteen te plaatsen. Onduidelijk is of dit wordt aanbevolen / geadviseerd. Er staat alleen een onderschrift bij een tekening uit 2005.

Detailchaos

Een probleem voor de adviserende ecoloog lijkt me ook hier weer dat er een gigantische brei van details wordt voorgeschreven voor de uitvoering van allerlei maatregelen. Die staan ook, maar dan weer net iets anders, in soortenmanagementplannen, in andere gedragscodes, in de Pre-SMP's en in het Kennisdocument. Ik kan er geen wijs meer uit. Is het nou echt niet mogelijk dat overal wordt verwezen naar eenzelfde standaard? Er wordt aan gewerkt begrijp ik. Er staat een nieuw Kennisdocument (al heel lang) op punt  van verschijnen en bovengenoemd nieuwe "Kennisdocument na-isolatie ....." gaat hopelijk snel wat meer eenheid geven.

 

Gaat het slechter?

Over de staat van instandhouding staat op p. 16 een verontrustende passage: "de huidige totale staat van instandhouding zal vanwege de zeer ongunstige populatietrend naar verwachting op ongunstig uitkomen". Ik kon geen bron voor deze mededeling vinden.

Het is ook daarom erg jammer dat er nog steeds geen landelijk onderzoek is gestart naar de effectiviteit van kunstnesten voor gierzwaluwen, zoals dat wel gebeurt voor huismus en vleermuizen.

 

De goedkeuring is geldig tot 1 juni 2023. Dan worden alle gedragscodes mogelijk aangepast in het kader van het project "gedragscodes, hoe verder?" en vervolgens worden ze in de omgevingswet van 1-1-2024 ingepast. Daarna zijn alle gedragscodes uit de Wnb vijf jaar van kracht binnen de Omgevingswet.

Eenieder kan nog tot in de eerste week van juni bezwaar maken tegen de goedkeuring.

 

- Gedragscode en goedkeuringsbesluit soortenbescherming Woningcorporaties

- Zienswijze van Netwerk Groene Bureaus op de ontwerp gedragscode

 

 

Tijd voor nestkasten !?

 

15 april 2023

De allereerste gierzwaluwen zijn weer in het land maar u hoeft nog niet echt haast te maken met de installatie van kunstnesten, maar wel met de voorbereidingen. De hoofdmacht van de broedvogels komt pas begin mei. De meesten hebben al een nest, als het niet door sloop of na-isolatie is verdwenen, en zullen niet naar een nestkast zoeken. Ze hebben er geen behoefte aan zolang het oude nest beschikbaar is.

 

De jonge vogels die nog niet gebroed hebben komen later in de tweede helft van mei, soms pas eind mei. Ze kunnen nog tot begin juli een nieuwe broedplaats in gebruik nemen. Als dat niet voor half juni lukt komen ze volgend jaar terug om er het eerste broedsel te maken. Er is dus nog alle tijd om een nestkast beschikbaar te stellen.

 

Jan Tinholt in Dedemsvaart startte in 1993 met 4 kasten. Alle 32 kasten zijn nu bezet en hij is gestopt met het bijplaatsen van nog meer kasten.

 

 

Maar mijn pagina over kunstnesten heeft niet voor niets te titel "goede bedoelingen zijn niet genoeg". Als je echt de gierzwaluw wilt helpen met een kunstnest is een goede voorbereiding nodig, want succes is niet verzekerd en hangt af van details. In Utrecht waren in 2022 van de 221 nestkasten aan woonhuizen, die min of meer willekeurig werden opgehangen, slechts 22 bezet. Daarvan hangen er 18 (in de loop van 16 jaar bezet geraakt) in een deskundig begeleid wijkproject. (Zie kunstnestbezetting '18 - '22) . Maar het kan wel als je alles goed doet. Er zijn vele florerende kolonies aan huis.

 

Hoe ouder hoe beter bezet

In de regel zal een nestkastenkolonie in de loop der jaren flink groeien. Hieronder het verloop van de bezettingsgraad van 18 wat grotere kolonies van particulieren aan eigen huis.  Voor de grafiek zijn ze allemaal in hetzelfde jaar gestart. Vier kolonies 'draaien' al 18 jaar en zijn voor bijna 100% bezet. Er zitten geen onbezet gebleven projecten bij (die bestaan ook, maar daar horen we minder van).

 

 

Verstoring

In de UK verzamelde Dick Newell van Action for swifts soortgelijke data. Ook deze grafiek laat duidelijk zien: hoe ouder de kolonie hoe hoger de bezetting. De enige uitzondering is de rood omcirkelde. Bestaat al sinds 2003 maar nog steeds maar voor 25% bezet. Daar werd het broedproces vaak ernstig verstoord door inkijkacties, vangen met netten en ringen van jongen en adulten en andere ingrepen waardoor gierzwaluwen zelfs het nest kunnen verlaten.

 

Kolonieouderdom en bezettingspercentage.

Bron: Dick Newell, Action for swifts.blogspot.com

 

 

Dakloze broeders

Voor dakloos geraakte broeders zijn er heel andere vereisten. Die zoeken (mogelijk al vanaf eind april) wekenlang tevergeefs naar een gaatje  om het verloren gegane nest te bereiken. Dat is niet om aan te zien ! Nestplaatstrouw heeft in mensensteden heel nare consequenties. Hoe ze aan een nieuwe broedplaats komen weten we eigenlijk niet. Gaat het paartje samen een nieuw nest zoeken of wordt het scheiding en moet ieder apart een nieuwe plek en een nieuwe partner vinden? We weten wel dat 'compenserende' nestkasten meestal pas na jaren (door andere vogels) bezet raken.

Wil je dakloos geraakten helpen dan moet de kast in alle opzichten erg veel lijken op het oude nest en pal naast de gesloopte broedplaats komen. Een nestkast of neststeen ter compensatie op meer dan 50 meter afstand van een gesloopt nest, of zelfs minder, zal in de regel niet worden gevonden.

 

Een fundamenteel gemis in alle verleende ontheffingen Wet natuurbescherming die ik heb gezien is dat er bij de voorgeschreven maatregelen geen onderscheid wordt gemaakt tussen de reactie op broedplaatsverlies van broedvogels (jaarrond beschermd nest) en begeleidende niet-broeders. Gemakshalve wordt aangenomen dat 'compenserende' nesten  door de verdreven broedvogels in gebruik worden genomen. Maar dat gebeurt vermoedelijk slechts in zeer uitzonderlijke gevallen en onderzoek ontbreekt.

 

Genoeg onzekerheden en problemen dus om de pagina kunstnesten voor gierzwaluwen goed door te nemen.

 

Engelse gierzwaluwpetitie in parlement

 

13 april 2023

De gierzwaluwgekte in het Verenigd Koninkrijk (er zijn meer dan 100 lokale beschermingsgroepen en nergens werden zoveel nestkasten geplaatst) bereikte vorige week een absoluut hoogtepunt. Op 8 april werd de 100.000-e handtekening gezet onder een petitie die pleit voor verplichte plaatsing van neststenen voor gierzwaluwen in alle nieuwbouw. Vooral de laatste weken nam het aantal snel toe, nadat de bekende vogelactivist Chris Packam een aantal oproepen deed.

 

De petitie startte in oktober vorig jaar door schrijfster Hannah Bourne-Taylor. Zeer schaars gekleed hield zij in Hyde Park een hartstochtelijk pleidooi in een zogenaamde "Feather Speech". Na een spectaculaire optocht met rookbommen naar Downingstreet 10, werd een brief aan premier Sunak voorgelezen.

 

Voor behandeling in het parlement waren uiterlijk eind april 100.000 handtekeningen nodig. Dat zal nu plaatsvinden. De regering reageerde met de stelling dat de kwestie een zaak is van lokaal bestuur.

Behandeling zou van groot belang kunnen blijken. Net als hier zullen ook in de UK alle 'natuurlijke' nestruimtes snel verdwijnen door sloop, renovatie en na-isolatie van vooral gebouwen in slechte conditie waar nu juist de gierzwaluwen geconcentreerd zijn. En ondanks al die nestkasten van enthousiaste particulieren (alleen John Stimpson bouwde er al meer dan 30.000 !) gaat het volgens landelijke tellingen van rondvliegende vogels spectaculair slecht.  De populatie nam in de UK van 1995 - 2017 af met 57 %  en de soort staat sinds 2022 op de rode lijst.

 

Ook in Nederland verplichte nestkasten in nieuwbouw ?

De Tweede kamer heeft vanaf 2020 al aangedrongen op regelgeving voor verplichting tot inbouw van nest- en verblijfplaatsen voor vogels en vleermuizen in nieuwbouw, zie Minister de Jonge reageert op Kamermotie.

 

Op 25 januari 2022 werd door een grote groep marktpartijen met een petitie opgeroepen om 'natuurinlusief bouwen' verplicht te stellen voor alle nieuwbouw. Hier tekenen kan nog steeds. Zie het bericht van 31-1-22 op Stadszaken.

 

Hier meer over initiatieven voor meer en verplichte kunstnesten in een aantal Nederlandse gemeenten (stand 2021): Gierzwaluwvoorzieningen in elk nieuw gebouw?

 

- Meer over gierzwaluwen in UK

- Hier staat de petitie

- Hannah op Twitter

 

 

Kastinhoudcontrole met een camera

 

12 april 2023

Controle van kunstnesten op bezetting door gierzwaluwen wordt gedaan door invliegers te spotten.  (N.B. Het gaat hier niet over monitoring van kasten aan eigen huis. Dat kan beter met een vaste camera in de kast, zie: camerabewaking.)

Bezettingscontrole is erg tijdrovend. Ook 's avond, met de meeste kans op invliegers, als ze boven de kolonie zijn, komen ze niet vaak naar binnen. En is een kast echt niet bezet als je na drie avonden van een half uur met strakke blik op de kast geen vogel naar binnen hebt zien gaan of heb je ze toch gemist? Een camera geeft zicht op de kastinhoud (wel of geen nest, dode eieren of jongen, toch een spreeuw of huismus?, achtergebleven poepjes zijn bewijs voor jongen) en extra informatie over de aard van de bezetting en het broedsucces.

 

Ik ben op zoek gegaan naar een endoscopische camera die je op een glazenwasserstok naar binnen kunt steken. Uiteraard alleen buiten het broedseizoen verantwoord te doen (niet tussen 1 mei en 15 augustus) want gierzwaluwen reageren panisch vluchtend op nestrovers en alles wat daar op lijkt en komen dan soms niet meer terug.

 

Beeld op het display van de endoscopische camera. Het gele deksel van een pot appelstroop in deze Zeistkast is ongeveer de maat van een gierzwaluwnest (diameter 8-9 cm.).

 

 

 

Praktijktesten

Op 8 en 9 april is er testgegluurd op zes van de 19 locaties met elk vijf neststenen in de Rivierenwijk. Zie foto's en details van de bevindingen bij de projecten in de Rivierenwijk. Op 12 april werden de 11 onderste kasten van project Idenburgstraat met 70 kasten gecontroleerd. En op 29 april de vier kasten aan de Lange Hagelstraat, zie notities bij Lange Hagelstraat.

 

Totaal werden 45 kasten gecontroleerd. Vergelijking van de bezetting op basis van waarneming van invliegers in 2022 en de camerabeelden van april 2023 geeft het volgende verschil:

 

- Wel invlieger, geen nest: 2

- Geen invlieger, wel nest: 6

- Wel invlieger, wel nest: 5

- Geen invlieger, geen nest: 32

 

Dus totaal 37 van de 45 (82%) waren goed op basis van waargenomen invlieggedrag.

 

Maar er zijn wel wat onzekerheden. Sommige nesten zijn onzeker door mos / stro van mezen/mussen die er overwinterden of al begonnen zijn met broedseizoen 2023. Zit er een gierzwaluwnest onder? Het is beter om vanaf half augustus te controleren, dan zijn de benutte gierzwaluwnesten en achtergebleven poepjes vers en beter herkenbaar, zonder mezenmos of mussentroep er bovenop.

 

Hier staat info over de gebruikte apparatuur.

 

 

 

Provincies Utrecht en Overijssel faciliteren na-isolatie van particuliere woningen met 'Wnb-light'.

 

30 januari 2023, update 30 maart

Er gebeuren bij de na-isolatie van vooral particuliere woningen al geruime tijd veel ongelukken (dode vleermuizen door spouwmuurisolatie, jonge gierzwaluwen op straat en nesten in de container).

 

"Na 9 maand dag en nacht doorvliegen en 10.000 km vanaf zuidelijk Afrika voor een dichte deur in Nederland aankomen".

 

Vleermuisonderzoekers (Sevon) stellen zelfs dat de populatie van sommige soorten daardoor achteruitgaat! "De isolatiebranche heeft tien, vijftien jaar als cowboys tekeer kunnen gaan en is daar nooit voor gepakt. Eigenlijk zouden alle uitvoeringsdiensten het ene na het andere isolatiebedrijf moeten aanklagen", zegt Sevon in een bericht 25-1-2023 op NU.nl .

De provincie Utrecht (als eerste provincie) heeft vorig jaar regelgeving ontwikkeld in een poging het verantwoord isoleren van particuliere huizen te bevorderen tijdens een maximaal twee jaar durende "pre-SMP-periode". Ook andere provincies tonen belangstelling voor deze aanpak. In Overijssel is sinds 31-1-2023 ook een Pre-SMP van kracht. Het Ministerie van Volkshuisvesting heeft totaal 6,9 miljoen Euro beschikbaar gesteld om de provincies bij de versnelde aanpak van na-isolatie en bescherming van soorten te steunen, zie: steun voor natuurinclusief isoleren. In een stuk of zes gemeenten in Utrecht is inmiddels een ontheffing volgens deze provinciale regelgeving voor particulier woningbezit van kracht.

 

Hier staat een aardig verslagje over de provinciale inspanning "om een werkbare oplossing te vinden die bevredigend is voor de ecologen, de juristen, maar ook voor de isolatiebranche".  Ook de belangenbehartigers van vleermuizen hebben zich er mee bemoeid en hebben o.a. een onderzoek opgezet naar de effectiviteit van compenserende voorzieningen .

 

Het Pre-SMP voor provincie Utrecht en Overijssel is een gebiedsgerichte ontheffing van verbodsbepalingen in de Wet Natuurbescherming (Wnb) voor particuliere grondgebonden woningen van voor 1992 en met een energielabel C t/m G. De voorschriften betreffen de isolatie van spouw, binnen- en buitenmuren, borstwering en dak en het plaatsen van zonnepanelen. Het loopt vooruit op door gemeentes op te stellen volwaardige SMP's (soortenmanagementplan) en heeft een looptijd van maximaal 2 jaar. Voor een SMP is dat meestal 10 jaar.

 

Het Pre-SMP is vooral bedoeld om sneller (SMP-ontwikkeling duurt minstens twee jaar) de voor klimaatdoelen broodnodige tempoverhoging van isolatie van particuliere woningen te kunnen realiseren en toch ook meer bescherming te bieden aan vleermuissoorten, huismus en gierzwaluw. Na-isolatie bij particulieren gebeurt nu vaak "illegaal" (zonder te voldoen aan Wnb-regelgeving). De RUD van Utrecht heeft, omdat het al te bont werd met overtredingen, in het kader van handhaving zelfs een dwangsom opgelegd aan een na-isolatiebedrijf wegens onvoldoende onderzoek naar de aanwezigheid van vleermuizen. Even met een endoscoop in de spouw loeren is volstrekt onvoldoende verklaard, ook door de rechter. Op 18 april is er een 2e zitting over deze kwestie bij de Raad van State, over het beroep van het isolatiebedrijf, zie RvS over opsporing vleermuizen in spouwmuren.

 

Voor het werken volgens een pre-SMP geldt o.a. dat het isolatiebedrijf de "handreiking natuurvriendelijk isoleren (zie isoleerbedrijven met "natuurvriendelijk" certificaat per provincie). De particulier wordt gevrijwaard  van het doen van (duur) onderzoek en de gemeente zorgt voor compensatie van verliezen op populatieniveau voor vleermuizen, maar niet voor huismus en gierzwaluw.

Een van de voorschriften is dat als een dak door isolatie aan de buitenkant niet meer toegankelijk is voor vogels, er op de woning minstens vier nestkasten voor huismus/gierzwaluw (een type dat voor beide soorten geschikt is) "aan de schaduwzijde, en zo veel mogelijk beschut tegen zon en regen" geplaatst moeten worden.

Het is jammer dat er voor de praktische uitvoering niet verwezen wordt naar de voorschriften in het landelijk functionerende Kennisdocument Gierzwaluw. Daarin staan door vele experts beoordeelde voorschriften. Een update verschijnt binnenkort. Op deze manier ontstaan er nog meer verwarrende en regionale variaties. Onbegrijpelijk is dat het gebruik van gierzwaluwdakpannen expliciet wordt toegestaan  om van buiten geïsoleerde daken toegankelijk te maken (zou expliciet verboden moeten worden).

 

Onzichtbare inbouw van neststeen voor gierzwaluw/huiszwaluw in nieuwbouw.

 

 

Als de spouw dieper is dan 8 cm en  toegankelijk  voor vogels, maar na de isolatie niet meer, moeten er twee vogelvoorzieningen per woning geplaatst worden, tenzij de bovenste 10 cm van de spouw vrij van isolatie en toegankelijk blijft.

Zonnepanelen op hellende daken mogen alleen buiten het broedseizoen (1 april - 1 augustus) geplaatst worden. (maar flink wat paartjes gierzwaluw hebben in augustus nog jongen op het nest !).

 

De regels gelden per CBS-buurt waarin tijdens de twee jaar looptijd niet meer dan 30% van de woningen aan de regeling mag meedoen, anders zouden de populaties teveel schade ondervinden.  Zie meer spelregels in "natuurvriendelijk isoleren onder een pre-SMP".

 

In de provinciale Pre-SMP's is goed te merken dat er veel kennis en ervaring van de vleermuisbescherming (zoogdiervereniging en Sevon) is ingebracht. 95% van de soortteksten gaat over vleermuizen. Voor huiszwaluw en gierzwaluw wordt gemakshalve aangenomen dat de compenserende voorzieningen volgens de regels der kunst worden uitgevoerd en dat ze effectief zijn. Er wordt geen monitoring van bezetting voorgeschreven.

 

Mij is nog onduidelijk hoe de particulieren in aanraking komen met het PRE-SMP. Zal het afhangen van de gemeentelijke publiciteit? Voor isolatie is meestal geen vergunning nodig. Men wordt echter volledig ontzorgd als gekozen wordt voor een isolatiebedrijf dat de cursus "Natuurvriendelijke isoleren" met succes heeft afgerond. Het isolatiebedrijf regelt dan alles. Maar hoe groot is de kans dat de particulier bij zo'n bedrijf terecht komt en dat dat bedrijf dan ook wordt ingeschakeld ? Zie een korte samenvatting van de gang van zaken bij Natuur- en Milieufederatie Utrecht.

 

Pre-SMP voor gemeente De Ronde Venen

Op 23 januari werd ontheffing verleend aan de gemeente Ronde Venen voor de woonkernen van Abcoude, Baambrugge, Waverveen, Amstelhoek, Vinkeveen, Mijdrecht en Wilnis, zie beschikking 23-1-2023. De regeling geld voor twee jaar, tot 1 maart 2025.

De broedpopulatie van de gemeente wordt theoretisch geschat op 433 paartjes. Bij 30% renovatie van particuliere woningen gaan er (theoretisch en worst case) daarvan 85 verloren (en 342 van de huismus).

Ook voor deze gemeente gaat de provincie ervan uit dat de compenserende nestkasten of -stenen effectief zullen zijn: "Deze vogelvoorzieningen zijn effectief voor het compenseren van verloren nestplaatsen. De kans op ingebruikname van deze nesten is erg hoog". Er wordt geen monitoring van het gebruik van de gierzwaluwvoorzieningen voorgeschreven. Zie bericht van de gemeente met aankondiging van gemeentebreed onderzoek voor definitief SMP. En hier staan de regels  voor particulieren die van de Pre-SMP ontheffing gebruik willen maken.

 

Ontheffing voor Utrechtse Heuvelrug

Op 26 januari werd een ontheffing verleend aan de gemeente Utrechtse Heuvelrug voor  isolatie van particulier woningbezit in de woonkernen Amerongen, Overberg, Doorn en Boswijk, Driebergen-Rijssenburg, Leersum, Maarn, Maarsbergen en Valkenheide, zie ontheffing 26-1-2023 Wnb Utrechtse Heuvelrug. De ontheffing betreft artikelen 3.1 en 3.5 Wnb voor de huismus, de gierzwaluw en zeven soorten vleermuis.

Modelmatig is berekend dat er bij 30% verduurzaming van de particuliere woningen maximaal 89 gierzwaluwnesten (en 353 huismusnesten) verloren gaan in de acht woonkernen.

 

Ontheffing voor gemeente Woudenberg

De gemeente Woudenberg heeft een SMP opgestart en kreeg van de Provincie op 16-2-2023 ontheffing voor het hele stedelijk gebied van de gemeente, zie ontheffing Wnb - Pre-SMP gemeente Woudenberg. Modelmatig is vastgesteld dat er in Woudenberg 111 broedparen gierzwaluw zijn (en 443 huismus), waarvan 55 in particuliere woningen. Bij 30% renovatie per CBS-buurt zouden er dus 17 broedplaatsen verloren gaan bij de maximaal 692 te isoleren woningen. De particuliere compensatie (vier nestkasten per woning waarbij het dak niet meer geschikt is voor de gierzwaluw) zal vele malen grotere aantallen alternatieve nestplekken opleveren. De ontheffing stelt dat de "kans op ingebruikname van deze nesten hoog is". De gemeente hoeft daarom geen extra vervangende voorzieningen te treffen. Bezwaren kunnen bij de provincie tot ca. 31 maart worden ingediend.

 

Ontheffing voor gemeente Oudewater

Een week later, op 23 februari 2023 kreeg de gemeente Oudewater een nagenoeg gelijke ontheffing (1 pagina meer) voor haar particuliere woningbestand (woonkernen Oudewater, Papekop en Hekendorp), zie Ontheffing Wnb - Pre-SMP gemeente Oudewater. Het gierzwaluwbroedbestand wordt in het gebied geschat op 95 (en 397 paar huismus), waarvan 62 in particuliere woningen (grondgebonden en e-label C t/m G). Het gaat om isolatie van potentieel 517 particuliere, grondgebonden woningen (max 30% van het totaal van 1.624) waarbij theoretisch 19 (30% van 62) gierzwaluwnesten verloren gaan. In de praktijk wordt verwacht dat ca. 10% daadwerkelijk geïsoleerd zal worden. Als al die 52 woningen zodanig gerenoveerd worden (buitendakisolatie en volle spouwmuur) dat er 4 kunstnesten geplaatst moeten worden levert dat dus 208 nestkasten voor gierzwaluw en huismus op (maar in de praktijk dus veel minder omdat buitendakrenovatie veel minder voorkomt).

 

De provincie schetst een (uiteindelijke) extreme overcompensatie met potentieel 4 * 1.624 = 6.896 nestkasten. Er zijn geen verwachtingen over de te verwachten leegstand van kasten of de bezettingsverdeling gierzwaluw/huismus, maar de "kans op ingebruikname van deze kasten is hoog". Bezwaren kunnen bij de provincie worden ingediend tot ca. 5 april.

 

In de gemeente Leusden heeft een pilot voor het project gefunctioneerd.

 

De gemeente Utrecht werkt eraan om de Pre-SMP-regeling in het huidige SMP van 2016 in te passen.

 

 

 

Zichtbare inbouw neststeen gierzwaluw  / huismus in bestaande bouw. Rivierenbuurt Utrecht. Na renovatie goed bezet door dakloos geraakte gierzwaluwen: minstens 29 van de 95 in 2022, zie projecten nr. 60 t/m 69 in de kunstnestentabel.

 

 

 

Is de gierzwaluw er mee geholpen ?

 

Of de gierzwaluwen er iets mee kunnen valt nog te bezien. Er ligt veel nadruk op de kwantiteit. In het document wordt de grote hoeveelheid aan  "overcompenserende" nestkasten benadrukt, maar de mate waarin ze benut gaan worden is afhankelijk van veel aspecten, waaronder details in de uitvoering.

In de gemeente Utrecht zijn de gierzwaluwen op de meeste locaties tot nu toe niet geneigd om nestkasten in gebruik te nemen. De bezetting was in 2022 gemiddeld ruim 9%. De lage bezetting van kasten aan particuliere woonhuizen valt op, slechts 22 (10%) van de 216 in 2022, waarvan 18 in een wijk met deskundige begeleiding en pas na 16 jaar. En dat is nou net het patroon van plaatsing in het Pre-SMP-model: hier en daar een woning met 2 of 4 kasten. Daar zijn de door het "natuurvrij maken' verdreven broedvogels niet mee geholpen. Waar de dakloos geraakten terecht komen is onbekend. Voor de meesten zal het einde voortplanting betekenen want een nieuwe plek vinden kost 1-2 jaar, het eerste legsel is er pas in het 2e of 3e levensjaar en de levensduur is maar een jaar of 6-7.

 

In feite komt het er op neer dat de vogels weliswaar niet gedood of beschadigd worden maar dat de jaarrond beschermde status van het gierzwaluwnest, omzeild wordt. In de reguliere wnb-ontheffingen wordt al het mogelijke gedaan om dat nest te behouden en, als dat niet kan, om een zo goed mogelijk alternatief beschikbaar te stellen. Bij de Pre-Smp regeling is daar geen sprake van. Het isoleerbedrijf kan naar inzicht verkregen op de cursus van een dagdeel standaard de nestkasten ophangen of neststenen inmetselen. Omdat hij niet weet waar de verloren nesten zaten zullen de locaties daar meestal ver vandaan liggen en niet gevonden worden.

 

In mitigatieprojecten volgens de reguliere Wnb-regelgeving is de bezetting (meestal pas na enkele tot vele jaren) in Utrecht met 16% wat hoger dan bij woningen maar er gaan meer nesten verloren dan er in kunstnesten bijkomen. Ik weet niet in welke mate Utrecht representatief is want er is nauwelijks onderzoek beschikbaar. Zie onderzoek kunstnestbezetting in Utrecht 2018-2022.

 

Ten slotte moet bedacht worden dat de door de provincies vastgestelde te handhaven theoretische broedbestanden per gemeente (2.283 broedparen in gemeente Utrecht) zijn gebaseerd op (ongeveer) de huidige stand van zaken (broedbestand 2013-2015 volgens Sovon atlasproject). Maar de gierzwaluwpopulatie is de laatste 50-60 jaar misschien wel meer dan gehalveerd. Waarom niet streven naar herstel van dat niveau? Shifting Baseline Syndrone wordt dat 'vergeten' van de vroegere (gezondere) situatie genoemd.

Een ding is zeker, er komt weer veel werkgelegenheid voor ecologen en ambtenaren bij. Als je in Google zoekt op "pre-SMP" krijg je nogal wat vacatures van wervingssbureaus in het resultaat.

 

Vroege Vogels-Radio had 5 februari een item van dik 8 minuten over de problematiek,  voor zover het vleermuizen betreft. Beluister hier vanaf minuut 32. Je hoort de provincie, de gemeente, een vleermuisonderzoeker en een isolatiebedrijf.

 

- Natuurvriendelijk isoleren volgens Pre-SMP

- Info en links over Pre-SMP in bericht van provincie Utrecht

- Particuliere woningisolatie onder pre-SMP, 22-2-2022

- Commentaar op Pre-SMP Zoogdiervereniging, juni 2021.

- "Handreiking natuurvriendelijk isoleren" van pre-SMP Utrecht

- Soortenmanagementplan 2016.pdf gemeente Utrecht (voor gemeentelijk vastgoed en bouwen op gemeentelijke grond)

- Hier meer over SMP's en andere gierzwaluwbescherming

- Zo werkt het voor particuliere woningeigenaren in Overijssel.

- Het vastgestelde PRE-SMP van Overijssel, 31-1-2023

- Bericht NOS, 28-2-2023

 

 

 

24 nestcamera's in kerk Oisterwijk

 

22 maart 2023, update 23-3.

Hannie Nilsen maakte toch weer een fantastisch verslag over het gierzwaluwwerk van de werkgroep in Oisterwijk. Het overlijden van collega gierzwaluwwerkpaard Gerard van der Kaa gaf extra inspiratie om nog eens veel aandacht te besteden aan alle ervaringen en opgedane kennis.

In de Joanneskerk waren vorig jaar alle 24 nestkasten bezet en voorzien van camera's met opnameapparatuur. De uitbreiding met camera's bij de laatste 8 kasten was het werk van Gerard die ook heel veel uurtjes besteedde aan kijken en noteren. Er passeerden vele vechtpartijen waarvan drie met dodelijke afloop, vooral na sloop van nesten in de buurt. En drie uit het nest geraakte jongen (per ongeluk maar zeker eenmaal ook doelbewust !) die vervolgens werden genegeerd (zoals gebruikelijk) maar ook een heel klein jong dat uit het nest was geraakt en door een ouder weer in het nest werd geslingerd. Ik geloof niet dat dit laatste ooit eerder is waargenomen.

 

Rampzalige hittegolf

In alle 24 kasten werd gebroed, er werden 74 eitjes gelegd en van de 68 jongen vlogen er 63 uit. Dat gemiddelde van 2,6 uitgevlogen jongen per nest is erg hoog. Maar de vraag is hoeveel van die uitgevlogen jongen volgroeid waren en Afrika zullen halen. Want ongeveer 2/3 vloog uit tijdens drie dagen hittegolf rond 18 juli met ca. 40 graden. Velen waren jonger dan de vereiste 41 dagen, sommigen slechts 33. En ze vlogen niet 's avonds uit zoals gebruikelijk, maar allemaal overdag tussen 12 en 15 uur. Dat wijst allemaal op voortijdig vluchten voor ondraaglijke hitte op het nest.

Ook in 2019 waren er veel slachtoffers van een hittegolf, "het was niet om aan te zien" stond in het jaarverslag. Zie nieuwsbericht van 8 maart 2020.

 

Verder viel op dat na een late aankomst (werd overal geconstateerd) er vrij snel eitjes werden gelegd waardoor tijd werd "ingehaald". Dat kon ook bij de broedsels in Mijdrecht vastgesteld worden, zie: broedseizoen kolonie Mijdrecht.

Ook bijzonder: na 13 jaar was er eindelijk een succesvol broedgeval in een van de 31 gierzwaluwnestkasten in de leerfabriek.

De huiszwaluwtil is een groot succes. Alle 19 kommetjes waren weer bezet en van de uitbreiding met 12 stuks dit jaar waren er al weer vier bezet.

- Jaarverslag Oisterwijk 2022

 

 

Alpengierzwaluw langs Breskens

 

23 maart 2023

Op 18 maart werd op de trektelpost Breskens (Zeeuwsch-Vlaanderen) de eerste alpengierzwaluw gezien. Twee dagen later zag men er een boven Almere en wat later daar als slachtoffer van een slechtvalk ! Breskens-Almere-Franeker, 18/24-3-2023. Van 21-24 maart werd er eentje veel gezien in Franeker.

De alpengierzwaluw is een zeldzame gast uit het zuiden, maar het broedgebied rond de Middellandse Zee schuift op naar het noorden. De noordelijkste broedplaatsen zijn nu in Straatsburg en Duitsland, Karlsruhe en Tuttlingen ( sinds 2000, zie webcam bij nest in kerkkolonie van ca. 40 paartjes). Op dit Yotube filmpje  zie je ze vliegen boven het dorp. Ze zijn duidelijk groter dan de gierzwaluw en het geluid is nog scheller !

In Ierland werden er vorige week ook een stuk of zes gesignaleerd. Op twitter staat een filmpje van twee vogels die een kerk in Dungarvan inspecteren. Om alleen te overnachten, of misschien te broeden? Zie twee alpengierzwaluwen bij Ierse kerk. Het werd een behoorlijke invasie. Op 19 maart waren er waarnemingen op 20 locaties in Ierland, van noord tot zuid en ook veel in Engeland.

 

In Nederland worden ze in het voorjaar steeds vaker gezien, hier meer info.

 

 

Veel leegstand in Utrechtse nestkasten

 

10 mei 2023 (update van 15-5-'23)

In 2022 zijn voor het vijfde jaar nestkasten in Utrecht op bezetting gecontroleerd. Van 1.350 kasten waren er 127 bezet (9,4%).

 

Nog steeds worden er nieuwe projecten gevonden op mijn fietstochten door de straten van Utrecht. De teller staat nu op 158 "projecten" en 1.878 kunstnesten (voor 75% nestkasten en neststenen, 24% sleuven in dakgoot/dakkapel).

 

In 2022 raakten vijf projecten voor het eerst bezet met (netto) totaal 29 nieuw bezette kasten.

 

De 21 kasten aan het stadhuis (zes op de foto) zijn na drie jaar nog niet bezet.

 

Maar veel bleef dus bij het (onbezette) oude. In Leidsche Rijn was nog steeds geen gierzwaluw te vinden in een van de 13 projecten met totaal 285 neststenen. En ook niet in de 90 neststenen  op het voormalige Veemarktterrein of in de 62 neststenen in Overvecht.

 

 

 

Maar liefst 107 (87%) van de 123 bezette kasten bevindt zich in slechts vier redelijk tot goed bezette projecten. Dat zijn Hartingstraat / Arthur van Schendelstraat (compensatie van een kolonie in het gesloopte AZU-ziekenhuis met 38 bezet, 100%) , project Voordorp (74 kasten verspreid over 40 woningen, na 16 jaar 18 kasten bezet, 24%), de Lutherse kerk uit 1412 aan de Hamburgerstraat (21 bezet, 81%, mogelijk de oudste bewoonde nestkastkolonie van Europa !) en project Rivierenwijk met 33 van de 95, dus 35% bezette kasten (compensatie van 19 door renovatie verloren nesten). Slechts 22 van de 210 kasten aan 118 woningen waren in 2022 bezet.

 

Op de pagina Kunstnestbezetting Utrecht staan in een tabel alle 164 projecten met de bezettingsgeschiedenis 2018-2022 en links naar foto of achtergrondinfo. Alle projectlocaties staan met de basisgegevens ook op Google Maps. Je kunt kiezen voor een kaartlaag met alle projecten en/of voor een laag met alleen de (deels) bezette projecten, met huisjesymbool.

 

7e gierzwaluwconferentie in Italië

 

21 februari 2023

De tweejaarlijkse internationale gierzwaluwconferentie wordt volgend jaar eind mei gehouden in het Italiaanse Triëst.

Hier de voorlopige website van de organisatie.

 

 

Woningnood in Dussen

 

27 januari 2023

Dussen ligt vlakbij de Biesbosch aan de Bergsche Maas. Ideaal voor gierzwaluwen dus met zo'n groot foerageergebeid naast de deur. Het dorp staat bekend als "gierzwaluwdorp" met alleen al in de van Gendtstraat, met 24 "2-onder-1 kap"  huizen, een stuk of veertig nesten.

 

Nestkast onder dakgoot van Gendtstraat.

(Google, 2009)

 

Daar konden in 2006, door ingrijpen van een bewonersgroep bij renovatie tijdens het broedseizoen !!, de nesten achter de kantpannen toch nog gespaard blijven door uitstel van het werk. Bij de bekende nesten zijn per kopgevel 6 gaten in de afdekplank gemaakt. Ook werden een vijftal nestkasten opgehangen. In 2007 al werden de eerste nieuwe ingangen en kasten, in gebruik genomen.

Maar er is nu woningnood; niet vanwege opnieuw  renovatie (de spouwmuurisolatie lukte onlangs ook zonder de nesten te verstoren) maar door toename van het aantal vogels. Er vliegen grote zwermen broed- en dus ook zoekvogels boven het dorp. Zie filmpje van de van Gendtstraat met giervluchten, 2022. De vogelgroep o.l.v. Len Bruining heeft een nieuwe actie op touw gezet en gaat in maart flink wat door leerlingen gemaakte nestkasten voor mezen en huismussen ophangen. En voor de basisschool de Dussenaar en het Slovakhuis worden een stuk of 20 kasten voor de gierzwaluw gekocht. Zie ook bericht in Het Kontact Altena, 23-1-2023.

 

Ornithologieprijs voor Lyndon Kearsley

 

24 januari 2023, update 10 februari.

Lyndon ontving van de universiteit van Antwerpen de twee-jaarlijkse ornithologieprijs "Prijs Wim Dings" voor zijn werk aan de klimaat- en weersinvloeden op het trekgedrag van de vale gierzwaluw. Lyndon doet daarvoor al tien jaar onderzoek aan de trekroutes van een kolonie in een grot aan de Portugese kust onder Lissabon. Hij concludeert o.a. dat de gierzwaluwen zich vooral oriënteren op de scheiding van verschillende weerssystemen, waar veel insecten zijn. Zie bericht in Groene Ruimte.nl van-6-2-2023.

 

Zie ook bericht Nieuwsblad.be . En hier  de .pdf  van zijn publicatie in Researchgate van april 2022.

 

De gierzwaluw in Het Vogeljaar

 

25 januari 2023

Vorig jaar verscheen "Het Laatste Vogeljaar". Het was de 70e en laatste jaargang van tijdschrift Het Vogeljaar in de vorm van een herdenkingsboek met hoogtepunten uit 70 jaar vogelen in Nederland en daarbuiten. Zie KNVV, voor 20 Euro. Ik wilde wel eens weten hoe hierin vooral in de eerste jaren over de gierzwaluw werd bericht.

 

Het tweede nummer, 1988 nr. 3, met een (jonge) gierzwaluw op de voorpagina. Tekening van Marius Kolvoort.

 

De jaargangen 5 (1957) t/m 65 (2019) zijn digitaal beschikbaar op natuurtijdschriften.nl . Zoekwoord "gierzwaluw" levert 340 resultaten op. Bijna alle artikelen staan op een aparte .pdf. Maar dan mis je de wat kleinere berichten die samen met anderen op een .pdf staan. En bij heel veel resultaten wordt de gierzwaluw slechts terloops genoemd, w.o. veel bij "veldwaarnemingen". Maar thuis heb ik de jaargangen 9 (1961) t/m 36 (1988) nog in de kast staan. Die ben ik gaan doorbladeren en jaargangen 5 t/m 8 heb ik digitaal doorgesnuffeld. Hieronder de gevonden gierzwaluwartikelen en korte berichten met de link naar de .pdf op natuurtijdschriften.nl . Afgezien van de niet vermelde meldingen in de rubriek "veldwaarnemingen" met wat latertjes en eerstelingen, vond ik t/m 1988 totaal 23 artikelen in de 186 afleveringen (zes per jaargang).

 

1958-Nestkasten

Het eerste gierzwaluwartikel geeft wat informatie over de nestkasten van de Zwitserse kolonieonderzoeker Emile Weitnauer. Die ging o.a. in 1951  met een vliegtuig achter de gierzwaluwen aan (zie artikel over ontdekking 'nachtelijk klimvliegen') om te ontdekken waar ze ' s nachts bleven. Het Vogeljaar jrg. 6-nr. 1-1958 p. 3-5.

 

1960- Kenmerken

In een artikel over de fenologie van een aantal vogelsoorten beperkt Jaap Taapken zich m.b.t. de gierzwaluw tot een oproep aan lezers om gegevens te verzamelen, vooral fenologie en kenmerken van de broedplaats. Er zijn formuliertjes beschikbaar om de gegevens te noteren en in te leveren. Het Vogeljaar jr. 6 - nr. 2 - 1960 p. 23-24.

 

1963-Trekgedrag

Jaap Taapken deed verslag van 'opvallend veel late najaarstrek' in 1963. Het ging om enkele tientallen, vooral op Vlieland in de eerste week van september. Met toen nog erg weinig waarnemers is dat al gauw "opvallend veel". Zie verslag in Het Vogeljaar jrg. 14 nr. 6 1963 p.381-382.

 

1968 - De eerste Nederlandse gierzwaluwtelling ?

In 1967 organiseerde A.F. Ferbeek in Drachten een "inventarisatie van de gierzwaluw". 81 mensen telden in 200 steden en dorpen ! De eerste werd op 21 april gezien. Geen uitleg over de methode maar als resultaat wordt gemeld dat  "er in deze plaatsen 4.380 broedvogels en/of eenjarige vogels werden geteld". Men neemt zich voor de tellingen in 1968 en 1969 te herhalen. Kennelijk is er een kink in de kabel genomen want in de volgende jaargangen wordt er niets meer over vernomen. Het Vogeljaar jrg. 16 nr. 2 - 1968 p.520-522.

 

1968 - Opvang

Berichtje over e en gierzwaluw met gebroken vleugel die twee jaar gevoerd wordt met 80 meelwormen per dag maar geen water wil drinken. Het Vogeljaar jrg. 16 nr. 3- 1968 p. 563.

 

1973 - Mitigatie

In 1972 werden aan de gereformeerde kerk in Nunspeet 12 nestkasten opgehangen nadat een jaar eerder de kolonie met 30 gierzwaluwnesten (volgens de bouwer) door dakrenovatie waren verdwenen. In 1972 en 1973 was een van de kasten bezet. Verslag met foto in Het Vogeljaar, jrg 21 nr. 5-1973 p. 483-484.

 

1974 - Broedvogelbestand

Voor het eerst staat de gierzwaluw op de voorpagina n.a.v. een flink artikel van  Wouter J. v.d. Weyden over bedreigingen voor de Amsterdamse gierzwaluwen. E r wordt o.a. een "rampzalige achteruitgang" voorzien door afname van favoriete Mansardedaken. Gedegen onderzoek naar omvang broedbestand en analyse van bedreigingen en oproep aan alle vogelaars in binnensteden om in actie te komen.. Het Vogeljaar jrg. 22 nr. 3 - 1974 p. 765-777.

In 1980 doet v.d. Weyden een inspirerende oproep aan Amsterdammers om broedplaatsen te zoeken en de gemeente te bestoken als er illegale nestvernieling plaatsvindt. Zie Mededelingenblad VWG Amsterdam 1980-nr. 1 p. 10-14 .Hier de actuele Gierzwaluwatlas Amsterdam.

En hier nog wat recenter info over Amsterdams broedbestand.

 

1975 - Nestkasten

Pleidooi tegen de aangekondigde proef van de Plantsoendienst met nestkasten in Amsterdam. Is volgens v.d. Weyden te duur (10.000 kasten nodig, kost tonnen), gaan niet lang genoeg mee, kosten onderhoud en behoud van dakpannen is beter. Het Vogeljaar, jrg. 23 nr. 1 - 1975, p. 33.

 

1975 - Literatuur

Jaap Taapken vermeldt in een klein berichtje de verschijning van de  derde druk van de klassieker "Swifts in a Tower" van David Lack. Het Vogeljaar jrg. 23 nr. 3 - 1975 p. 135.

 

1975 - Nestkasten

Hoofd Beplantingen van Amsterdam reageert op de bezwaren tegen nestkasten van van der Weyden en stelt dat deze voldoende duurzaam zijn, vooral ingemetselde stenen, wijst op successen in Duitsland en vindt het een mooie oplossing voor nieuwbouw zonder pannendaken. Het Vogeljaar jrg. 23 nr. 6 - 1976 p. 282

 

1979 - Mitigatie

Sloop van "een der oudste en grootste broedplaatsen" in een KRO-gebouw in Hilversum, voorjaar 1979. In het najaar werden 20 houten nestkasten in de buurt opgehangen, voor de helft door Het Vogeljaar gefinancierd. In 1981 nog geen bezetting. Oproep tot landelijke inventarisatie van broedplaatsen. Het Vogeljaar jrg. 27 nr. 6 -1979 p. 306.

 

1979 - Predatie

Kort berichtje met waarnemingen van jacht van boomvalken op gierzwaluwen in Koudum en Kimswerd. (Fr.). Het Vogeljaar, jrg. 27 nr. 6 -1979 p. 316.

 

1980 - Mitigatie

In Wageningen verdwijnen veel nesten door renovatie van een woonwijk. Werkgroep klaagt over gebrek aan informatie over (en ervaringen met) nestkasten en gaat proef doen met vier verschillende types. Montoring van resultaten. Het Vogeljaar, jrg 28 nr. 1 - 1980 p. 47-48.

 

1980 - Trek

Artikel van 4,5 pagina's over "opvallend late" najaarstrek in september-oktober 1978. Er werden, na oproepen, "maar liefst" 230 waarnemingen verzameld van 15-8 t/m 14-10, waaronder 47 in oktober. Met veel minder waarnemers dan nu zal dat wellicht veel zijn of lijken, maar het aantal van gemiddeld 16 oktoberwaarnemingen in de Avifauna van Nederland, 1970 is de enige aangehaalde bron die daar op wijst. Momenteel zitten er in waarneming.nl 600 - 800 waarnemingen (1x1 km-hokken) in de betreffende periode, met een uitschieter van 1.750 in 2021. Maar 47 in oktober is wel vrij veel. Momenteel met veel meer waarnemers, werden er gemiddeld over 2017 - 2022 op waarneming.nl gemiddelde 54 waarnemingen in oktober gemeld (variërend van 8 - 137).

Veel speculaties en pogingen tot onderzoek naar de oorzaken van het "ongewone" verschijnsel". Alleen een slechte zomer met daardoor verlate broedsels wordt als waarschijnlijke verklaring geopperd. De dagelijks sterk variërende aantallen konden niet verklaard worden met variaties in temperatuur, windrichting, regen of onweer. Het Vogeljaar jrg. 28 nr. 2 - 1980 p. 57-61.

 

198 - Broedvogelbestand

Kort verslagje van 13 pagina's verslag over broedvogeltellingen 1977 en 1978 in Apeldoorn e.o. In Apeldoorn werd het aantal broedparen in 1977 geschat op 277. Het Vogeljaar benadrukt met klem de noodzaak van meer inventarisaties waardoor "nog veel broedplaatsen behouden zouden kunnen worden, voordat het te laat is". Het Vogeljaar jrg. 29 nr. 2 - 1981 p. 92.

(Apeldoorn doet al enige jaren goed werk met een soortenmanagementplan en al meer dan 900 geplaatste nestkasten, zie Nestkastenplicht Apeldoorn).

 

1982 - Nestkasten

Jaap Taapken kaart opnieuw de woningnood aan en maakt melding van nestkastprojecten in  Amstelveen (met 56 neststenen vlgs hem het grootste project van Europa!), Apeldoorn (700 gulden subsidie van de gemeente), Schiedam (6 neststenen in kademuur geplaatst) en Hilversum (de 20 nestkasten, na koloniesloop in 1979 geplaatst aan KRO-gebouwen, waren in 1981 nog niet bezet).

Neststeen Amstelveen, 1982

(Ze zijn nog steeds deels bezet zie Bezetting t/m 2022),

 

Hij besluit met: "het begin van de acties voor gierzwaluwen is er en wij hopen dat meer werkgroepen zullen gaan inventariseren en nestkasten plaatsen". Het Vogeljaar, jrg 30 nr. 1 -1982 p. 45-46.

 

1982 - Nestkasten

In een nieuwe rubriek "Nieuws van Gierzwaluwprojecten" meldt Jaap Taapken updates van de projecten in Amstelveen, Apeldoorn (50 neststenen geplaatst), Heerenveen (neststenen in uitbreiding raadhuis) en Groningen (info verstrekt aan Stadsvernieuwing, zie ook tijdschrift Grauwe Gors van Avifauna Groningen-1982-nr. 2 p. 27-28).

Het Vogeljaar, jrg. 30 nr. 4 - 1982 p. 216.

 

1983 - Nestkasten

Jaap Taapken ontdekte een bijzonder broedgeval in een spreeuwenkast, aan de rand van het bos aan de Boslaan in Hilversum. Binnen 1 km geen andere broedplaatsen. Later werd het aantal kasten uitgebreid en in 2001 broedden er vijf paartjes, zie Gierzwaluwenbulletin mei 2002-nr. 0 p. 9.

Taapken meende overigens dat broeden in een boomholte in de buurt maar een kleine stap verder zou zijn en niet uitgesloten lijkt. En inderdaad, in 2020 wordt in Hilversum het eerste en tot nu toe enige gierzwaluwboomnest van Nederland, in een spechtennest ontdekt, zie w aarneming.nl 15-8-2020 en een verslagje van de waarnemers in een nieuwsbericht bij Sovon. Maar de Boslaan is aan de uiterste NW-rand van Hilversum en het boomnest zit aan de ZO-rand, daar ca. 6 km vandaan. Zou er een verband kunnen zijn?  Het Vogeljaar jrg. 31 nr. 1-1983- p. 40-41.

 

1984 - Literatuur

Vermelding van het verschijnen van het boek "Mein Vögel" van Emile Weitnauer over zijn  koloniestudie en het Engelse boek "Devil Birds" van Derek Bromhall. Het Vogeljaar jrg 32 nr. 1  - 1984 p. 49.

 

1985 - Broedvogelbestand

Bericht over de activiteiten van de drie jaar eerder door Jan Doevendans opgerichte Gierzwaluwwerkgroep Groningen. Ze plaatsten 10 neststenen in een nieuwbouwwijk en 40 vrijwilligers berekenden op basis van getelde vliegende vogels in 1984 600 broedplaatsen in de stad. Resultaten van o.a. onderzoek naar de beste telmethoden en kenmerken van broedplaatsen werden in een verslag van 45 p. met 18 bijlagen vastgelegd. Het Vogeljaar jrg 33 nr. 3 - 1985 p. 140Zie voor het huidige gierzwaluwwerk de Stadsvogelwerkgroep van Avifauna Groningen.

 

1986 - Gierzwaluwdakpannen

Berichtje over diverse typen gierzwaluwdakpan, in cement of keramiek en voor vele typen dakpannen. De eersten werden in 1983 gelanceerd en in Huizen werd er in 1985 voor het eerst achter zo'n pan gebroed.

Het Vogeljaar jrg. 34 nr. 2 - 1986 p. 92-93. Waarom deze dakpanhuifjes nu uit den boze zijn staat op de kunstnestenpagina.

 

1986 - Gierzwaluwdakpannen

Kort bericht over de plaatsing van 40 gierzwaluwdakpannen (inclusief nestbakje!) op de daken van nieuwbouw in Amstelveense wijk Middenhoven en een oproep om ervaringen en broedresultaten te melden. Het Vogeljaar, jrg. 34 nr. 6 -1986 p. 286.

 

1988 - Gierzwaluwdakpannen

In Oost-Souburg werden begin april 1987 20 gierzwaluwdakpannen (zonder broedbakjes) geplaatst en nog datzelfde jaar bleek dat er minstens 11  bezet waren. Men vermoedt dat het er zelfs meer zouden kunnen zijn omdat de vogels zich door het ontbreken van broedbakjes verder onder het dak kunnen verplaatsen, dus mogelijk meerdere broedparen per huiffjesingang.

Het Vogeljaar jrg. 36 - nr. 4 - 1988 p. 163.

 

1988 - Trek

Twee flinke artikelen over ringonderzoek door Herman. N Leys, werkzaam bij Rijksinstituut voor Natuurbeheer. (In Friesland nog steeds actief als gierzwaluwringer, nu met mistnetten bij Pingjum).

Het eerste is een bewerking en uitbreiding van een eerder artikel over het ringwerk van pionier Kees van den Anker in 1954-1969 in Wageningen, Veenendaal, Elst, Loenen en Valburg. De vogels (3.460 adulten en 828 jongen) werden op het nest bemachtigd door medio juli de pannen bij de nestingangen te lichten en zo nu en dan ook met mistnetten maar "dat leverde weinig op". Dergelijk verstorend werk zou in 2002 in de statuten voor leden van GBN verboden worden.

Aan het slot van het artikel wordt droevig vastgesteld dat er door renovaties van de eens zo grote kolonies in 1988 weinig meer over is en dat kunstnesten geen soelaas hebben geboden. Ook wordt vastgesteld dat er nog wel gierzwaluwen rondvliegen maar met veel meer verspreide nesten, een proces dat sindsdien bijna overal wordt vastgesteld.

In het tweede artikel worden de resultaten van alle ringwerk tussen 1911 en 1987 samengevat, 13.097 stuks. Er werden 179 terugmeldingen geanalyseerd. 80% daarvan werd dood gevonden.

 

Het Vogeljaar jrg 36 nr. 5 - 1988 p.185-196

Het Vogeljaar jrg. 36 nr. 5 -1988 p. 197-203

 

Uit bovenstaande kan opgemaakt worden dat de bedreiging voor gierzwaluwnestplaatsen in de 70-er jaren bij een klein aantal mensen bekend raakte. Vooral het artikel van van der Weyden over Amsterdam in 1974 zal diverse personen aan het denken (en doen?) hebben gezet.  Maar de actie komt erg langzaam op gang. Wel neemt het aantal inventarisaties geleidelijk wat toe en ontstaan hier en daar de eerste nestkastprojecten. In 1983 wordt de eerste "gierzwaluwdakpan" gelegd en in 1984 start Waveka met de verkoop van neststenen. Pas eind jaren '80 wordt het probleem op wat groter schaal lokaal opgepakt.

 

Het broedplaatsenverlies werd vooral regelmatig onder de aandacht gebracht door berichtjes van redacteur Jaap Taapken die bleef aandringen op actie en onderzoek. Hij was het ook die in 1993 met o.a. Marjos Mourmans (een andere belangrijke pionier en nog steeds actief) zorgde voor de oprichting van de Stichting Gierzwaluwenwerkgroep Nederland. Die zou voor het eerst de landelijk bundeling van kennis en bescherming op gang helpen, met o.a. de twee-jaarlijkse nieuwsbrief Apus.

 

 

 

 

Vanaf 2002 werd dit overgenomen en sterk uitgebreid door vereniging Gierzwaluwbescherming Nederland (GBN), met o.a. een nieuwsbrief en het tweejaarlijkse Gierzwaluwenbulletin. B ekijk het nulnummer van mei 2002.

 

 

 

 

Broedbestand Nederland licht dalend?

 

1 januari 2023, update 3-2

De MUS-telling (Meetnet Urbane Soorten) van Sovon is sinds 2007 de enige jaarlijkse gestandaardiseerde landelijke telling van gierzwaluwen.  Het is een vijf minuten punttelling van alle vogelsoorten, drie tellingen per seizoen in stedelijk gebied (vooral de 3e, de avondtelling, is van belang voor de gierzwaluw). De telling wordt in ca. 800 (2021) postcodegebieden met elk twaalf telpunten uitgevoerd. Op ieder punt moet gedurende 5 minuten van elke soort het hoogste aantal tegelijk waargenomen vogels worden genoteerd.

UIt Sovon Vogelbalans 2022.

 

De aangegeven percentages betreffen volgens de toelichtende tekst de gemiddelde toe- of afname per jaar sinds 1990.

 

De MUS-tellingen zijn verwerkt in deze jaarlijkse Vogelbalans van Sovon. Maar die hoort er eigenlijk niet in thuis omdat van de gierzwaluw alleen het verloop bekend is uit de MUS-tellingen sinds 2007. De grafiek suggereert een afname van totaal -15% sinds 1990. (er is ca -0,5% gemiddeld per jaar af te lezen).

 

 

 

 

 

 

 

MUS-telling gierzwaluw per jaar

(t.o.v. 2007=100) en trendlijn.

De jaarlijkse fluctuaties zijn tamelijk groot.

 

Op de gierzwaluwpagina van Sovon wordt aangenomen dat de MUS-trend van getelde rondvliegende vogels een maat is voor het broedvogelbestand.

 

 

 

 

 

 

 

 

- Sovon vogelbalansen t/m 2022

- Meer over MUS en ontwikkeling broedbestand

- Project MUS van Sovon

- Nieuwsbrieven MUS

 

 

Unieke gierzwaluwkalender

 

13 december 2022

Minami Hirayama, een Japanse die nu in Kopenhagen studeert, verkoopt al enige jaren een unieke handgemaakte gierzwaluwkalender. De illustraties zijn in inkt en o.a. gemaakt naar foto's van Jan Sereth Larsen in Denemarken (hier op Instagram).

 

Op de voorplaat kun je de gierzwaluw elke maand een stukje rond een cirkel met de trekroute Europa-Zuid-Afrika draaien. Drukt je dus in september heel hard met de neus op het feit dat ze pas over acht maand weer terug zijn ! Maar elke maand gaat er een maand vanaf. Onder de maandencirkel staan de maanden met o.a. informatie over de regio waar de vogels dan zijn. Handgemaakt van karton op bestelling na betaling van 236 Deense Kronen (31 Euro), incl. 36 kronen porto (credit card). Alle info op de webpagina.

 

 

Cursus gierzwaluw en huismus in de ruimtelijke ordening voor profs

 

1 december 2022

Ook dit jaar organiseert Sovon i.s.m. Vogelbescherming Nederland weer een aantal dagcursussen gierzwaluw en huismus. De eerstvolgende is op 16 februari 2023.

Kunstnestprojecten voor met name de gierzwaluw mislukken nog veel te vaak door o.a. onvoldoende kennis van zaken. Het gaat o.a. over de wetgeving (Wet Natuurbescherming, Soortenmanagementplan, Kennisdocument), hoe gaan we daar mee om en wat zijn goede aanpakken en voorzieningen voor compensatie van nestverlies door sloop en verbouw ? De volgende cursussen zijn op 16 februari en 7 maart in Nijmegen, Sovon-locatie. Kosten € 429,- excl. btw. Alle info hier bij Sovon.

 

 

Kasten niet bezet ? Installeer lokgeluiden !

 

15 december 2022

De gierzwaluwen zijn vertrokken en hebben uw nestkastenproject nog steeds niet gevonden ? Volgend jaar kan dat opgelost zijn. Lokgeluiden kunnen (vooral in buurten waar gierzwaluwen verblijven, broeden of dakloos zijn geworden) snel de weg wijzen. Bij wettelijk geregelde mitigatieprojecten (sloop, renovatie) wordt lokgeluid bij vervangende nestgelegenheden bijna nooit voorgeschreven (omdat het niet hoeft) en wordt daarom zelden toegepast. Met als gevolg erg veel en onnodig lang leegstaande projecten. Professionele organisaties, zoals bouwers, slopers, renoveerders en woningbouwverenigingen die serieus werk willen maken van het behoud van gierzwaluwbroedplaatsen (en de broodnodige uitbreiding daarvan), zouden lokgeluiden standaard bij de te treffen voorzieningen aan moeten brengen.

Er is door particulieren al heel wat afgeprutst met allerlei techniekjes maar er zijn nu ook professionele installaties kant en klaar te koop.  Multi-inzetbaar voor meerdere projecten want met een beetje geluk, op een kansrijke locatie, is de eerste kast na een jaartje bezet. De rest weten ze dan wel te vinden en de installatie kan naar het volgende project. Hier alles over lokgeluid.

 

 

 

Filmpjes om de winter door te komen

 

Nestkasten in Bakoe

In de hoofdstad Bakoe van Azerbeidzjan is een bijzonder groot nestkastenproject, met wel 400 kasten gerealiseerd. Er zijn al kasten bezet. Dat wordt gecontroleerd met een mini-camera aan een snoertje.

Filmpje op Youtube .

 

30.000 schoorsteengierzwaluwen

In Portland, Oregon, VS komen in de schemering de schoorsteengierzwaluwen (Vaux's swift) als spreeuwenzwermen aangevlogen voor overnachting in de schoorsteen van een basisschool.

 

Italiaanse bioscoopfilm, trailer

Er draaide een Italiaanse bioscoopfilm over de gierzwaluw . Met schitterende vliegbeelden van het winterverblijf in zuidelijk Afrika t/m de broedplaatsen in Rome. Eentje wordt gegrepen door een torenvalk. Hier de veelbelovende trailer van 4 minuten : Il Rondoni: eten en slapen in de lucht .

 

Geheim gedrag in de lucht

Vertraagde beelden onthullen wat ze in de lucht doen: buikje krabben, vliegje pakken, vrij worstelen, kop schudden, paren, verenonderhoud, poten poetsen, luizenjacht..... Sterk vertraagde filmpjes van Jean Francois Cornuet, voorzien van die heerlijke zomergeluiden.

 

Filmpjes uit kunstnesten

Nog meer filmpjes

 

 

jaaplangenbach@ziggo.nl , Willemstraat 38, 3511 RK, Utrecht

06 - 3849 7474

 

  Begin pagina