Gierzwaluwnieuws 2023 Oud nieuws: 2022 2021 2020 2019 2018 2017 2016 2015 2014 2013
Twee jonkies, Woudsend, 28 juli 2015.
Overige gierzwaluwpagina's
Contact: jaaplangenbach@ziggo.nl 06 -3849 7474. Willemstraat 38, 3511 RK, Utrecht. Twitter: @ApusapusNL
|
Gierzwaluwtillen bieden geen soelaas
23 mei 2023
In 2022 waren er 22 gierzwaluwtillen en 7
faunatorens met totaal 1.029 nestkasten voor de gierzwaluw beschikbaar. In zeven
deels bezette tillen/torens waren totaal ca. 19 kasten bezet.
Het ziet er niet naar uit dat dit type voorziening een efficiënte oplossing zal
zijn voor het verlies van 'natuurlijke' broedplaatsen door sloop, renovatie of
na-isolatie. De
kosten zijn hoog, er vindt zelden bezetting plaats en het percentage bezette
kasten per bezette til blijft waarschijnlijk erg laag.
Bezetting gierzwaluwtillen en faunatorens 2013
- 2022
Er waren in 2022 17 tillen "in bedrijf" in het
kader van wet- en regelgeving, zoals voor compensatie van verlies van
broedplaatsen door sloop en renovatie. Daarvan waren twee tillen deels bezet met
7 bezette kasten, van de 659.
Er
zijn 10 tillen
Dit was de laatste maal dat we hebben geprobeerd
de cijfers bij elkaar te sprokkelen. Dat was weer een hele klus. Inmiddels is
wat mij betreft de trend wel duidelijk. Op de tillenpagina zijn de paragrafen
met tips voor succes maar weggelaten. En ook voor de wet- en regelgever lijkt
het wel duidelijk want de gierzwaluwtil zal niet voorkomen in de
'maatregelencatalogus' van de aanstaande Kennisdocumenten (Gierzwaluw en
Na-isolatie).
Alle details
op de tillenpagina.
Nestkastpetitie 10-7 in UK parlement
18 mei 2023
Het is gelukt ! De Engelse petitie met bijna
110.000 handtekeningen voor het verplicht stellen van gierzwaluwnestkasten in
alle nieuw- en verbouw zal op 10 juli in het Engelse Parlement behandeld worden.
Dat zal de rode lijst status van de gierzwaluw in de UK en wat daar aan gedaan
kan worden, goed op de kaart zetten.
Meer bij
petities voor verplichte
nestkasten UK en NL.
Enorm gierzwaluwcentrum in Tel Aviv
17 mei 2023
In Tel Aviv is onlangs een gigantisch nestkast- en
opvangcentrum voor gierzwaluwen gereed gekomen. Er werd al sinds 2018 aan
gewerkt en is gevestigd in een kinderopvang. Rondom het gebouw zijn in de rand
van de balkonoverkapping 222 nestkasten ingebouwd. In 2019 werd er voor het eerst
gebroed en inmiddels zijn minstens 15 kasten bezet. Een aantal kan live gevolgd
worden via webcams.
De kasten worden ook gebruikt om wezen, die elders
uit het nest raakten, op te vangen. Die worden bij nesten met 1 of 2 jongen
geplaatst en worden dan ook 'natuurlijk' grootgebracht door de ouders.
- Invliegers, beeld uit nestkast
en droneopname rondom (Youtube)
Nestcontrole met gierzwaluwgeluid
15 mei 2023
Je kunt uren besteden aan het wachten op
invliegers bij bekende nesten om de bezetting te controleren. Maar met een
gierzwaluwschreeuw op je telefoon kun je veel uurtjes besparen. Als je bij het te
controleren nest dat gierzwaluwgeluid laat horen zal de bewoner gevaar door
indringers en nestovername vrezen en terugschreeuwen:
Henk Schreuders in Hattem kon zo in een paar dagen
al tientallen nesten die hij van eerdere zoektochten kende, opnieuw "bezet
verklaren". Maar je kunt er ook nieuwe nesten mee vinden als je met het geluid
langs de gevels loopt waar kans op nesten is. Verder natuurlijk zeer geschikt
voor de controle van nestkast- en neststeenprojecten. Hiermee zou er veel meer
aan broodnodige monitoring van kunstnestprojecten gedaan kunnen worden.
Er zijn ook beperkingen: bij heel hoog hangende
kasten en als ze dicht bij elkaar hangen hoor je de reactie niet of niet
uit welke kast het geluid komt
Ik heb er een (voorlopige) paragraaf met wat tips
en suggesties over gemaakt op de pagina "nesten zoeken", zie
nestcontrole met 'uitlokgeluid'.
Je kunt daar ook de geluiden downloaden.
Het is er nu van 6 - 7 ' s morgens in ieder geval
een goede tijd voor. De vogels zitten dan nog op het nest, er is nog weinig
verkeerslawaai en er zijn ook nog geen storende 'bangers'. Maar het hele jaar
zijn er wel mogelijkheden voor deze methode. Ik hoor graag over je ervaringen,
er is nog veel over te ontdekken.
Rommelige aankomst nog niet voltooid
Laatste update 25 mei 2023
Er worden al veel giervluchten en nestkastbezettingen bij de kolonies gemeld
en de eerste paartjes broeden al. Ik schat dat nu wel 90% van de broedvogels ia
aangekomen maar de bangers (niet- broeders) laten nog op zich wachten en zijn
aan de late kant. Het begin van broeden (dus de helft van de paartjes vliegt
niet rond) en het uitblijven van bangers betekent dat er nog relatief weinig
vogels boven de kolonies vliegen. En het ontbreken van de "lawaaimakers" maakt
dat het nog wat "stilletjes" aanvoelt.
Ad van Uchelen in Mijdrecht zag in zijn
camerabewaakte kolonie met nu 9
paartjes het eerste ei al op 4 mei. De koekeloerders bij het
gierzwaluwnest van Beleef de Lente
keken gespannen uit naar het 2e ei, dat op 14 mei kwam. Er is begonnen met
broeden maar op 18 mei werd onverwacht
Over de kolonie met 24 camera bewaakte kasten in
Oisterwijk meldt Hannie Nilsen een erg rommelige aankomst. Het verloop wordt zeer
nauwkeurig bijgehouden. De eerste was erg vroeg (22-4), maar verder een zeer
gespreide aankomst.
Gierzwaluw verwijderd eieren uit kast 21 van kolonie
Oisterwijk.
Foto van Hannie Nilsen (gierzwaluwwerkgroep Oisterwijk)
Opmerkelijk: het nest is niet in de voorgevormde nestkom
gemaakt (te dicht bij de ingang?)
Harm Peters in Arcen heeft een zeer grote kolonie
aan huis met wel 25 broedparen en meldt op 25 mei dat alles er wel zo'n beetje
is. Maar nog geen bangers aangekomen. Nogal wat nesten zijn ingepikt door
huismussen en daar is dan wel veel strijd gaande als de gierzwaluwen terug
komen. Veel kasten zijn niet bereikbaar om tijdelijk, tot eind april, proppen in
de ingangen te stoppen.
O
Maar er lijkt nog steeds wat stagnatie in de aankomst
te zitten. Er zijn nog flink minder waarnemingen dan in 2020 en
2021. Henk Schreuders in Hattem loopt 's morgens tussen 6 en 7 uur en ook 's
middags met lokgeluidjes op z'n telefoon door de straten waar hij van weet dat
er bezette nesten zitten en schat dat er rond 15 mei ongeveer bij 50 % gereageerd wordt.
Bekijk hier zijn
vele vondsten op waarneming.nl.
Op
de webcampagina
is
van de 50 online nesten nu (23 mei) ruim 85% bezet met minstens 1 vogel.
Het leek er aanvankelijk op dat ze dit jaar
op tijd terug waren,
vergelijkbaar met 2021, maar de aantallen volgens waarneming.nl begonnen rond 23
april flink achterop te raken. In het weekend van 30 april waren er weer erg
veel meldingen en het niveau lag tot 6/7 mei ongeveer gelijk aan 2021. Maar in
de 2e week van mei zakte het toch weer in. Regenachtige dagen (minder
waarnemers/waarnemingen) verklaren een deel van
de lagere aantallen maar ook in diverse kolonies lieten broeders nog op zich
wachten. Op trektellen steeg het niveau dankzij een enorm piek van ruim 16.000
op 4 mei maar daarna werd er niet veel meer gemeld.
De intocht van broedvogels kan erg variëren met
tijdelijke stagnatie en plotselinge pieken. In de 4e week
van mei komen dan vervolgens de niet-broeders weer het bekende spektakel maken.
Die aankomst is zichtbaar in de trektellengrafiek maar niet bij waarneming.nl .
(omdat de meesten de eerste dan al wel hebben gemeld?).
Totaal van alle Nederlandse trektelposten
-
Alle
gierzwaluwwaarnemingen
2023
- Aantallen per dag / per jaar
op trektelposten
Pieken op K-dagen
Op K-dag werden zoals gebruikelijk weer veel
gierzwaluwwaarnemingen gemeld. Voor veel
liefhebbers is het de dag om de eerste van het jaar te scoren. Het was mooi weer
en het aantal was aan de hoge kant, maar toch niet zoveel als in de coronajaren
2020 en 2021, toen er tijd was omhoog te kijken in plaats van naar de
rommel op straat. Gemiddeld over de laatste 13 jaar werden op K-dag 45% meer
waarnemingen gemeld dan op de dag ervoor en op de dag erna. De dag van de week
en het weer speelt natuurlijk een rol. En het aantal waarnemers neemt nog steeds
flink toe. Waarom moeten we dit weten, zul je vragen? Klopt, het gaat eigenlijk
nergens over maar het zijn wel cijfers over gierzwaluwen.
De eerste meldingen
Op 17 april werd uit Frankrijk een flinke doortrek gemeld met 15.512 vogels op telpost
Falaise de Leucate aan
de westkant van de Pyreneeën . Op 24 april werden er daar 4.900 geteld. De post
is 2.000 km van hier en dat doen ze in 2-3 dagen. Op 19
april hoorde ik van de eerste aankomst bij een nestkast in Noord-Ierland en op
20/21 april werden er in Nederland ruim 250 gemeld op waarneming.nl .
Eric Elzinga meldde op waarneming.nl dat hij op 1
april zijn eerste gierzwaluw van het jaar heeft gezien. Dat zou ook de eerste
voor Nederland zijn. HIj is niet scheutig met details en de administratie vraagt
zich af of het niet de alpengierzwaluw was die hier een paar dagen rondzwierf
(zie hieronder). Maar het is een ervaren vogelaar, hij heeft de alpengierzwaluw
ook gezien en ik geloof hem wel. Zie de
melding op waarneming.nl
.
De tweede melding op
3 april in Beuningen
leek correct want er zat een duidelijke
foto van de vogel bij, maar de controle denkt dat een vale gierzwaluw niet is
uitgesloten. Even later was de melding op "onbekend" gezet.
Maar er diende zich een nieuwe aan van Marga
in Heelsum (Gld.)
met de toelichting "vanuit het zuiden. Overvliegend. Naar noord". Maar
het was haar eerste gierzwaluw ooit op het platform, dus ook hier twijfels.
Op 7 april werden er 5 gezien langs
de Waal bij Neerijnen, vlakbij de kolonie met 100+ paartjes van kasteel
Waardenburg, waar ook het nest van Beleef de Lente met de camera zit (zie
bericht hieronder).
Op 9 april werd de eerste op een trektelpost,
noordwaarts trekkend gezien, post Berkheide bij Wassenaar. En op 10 april (2e
paasdag) passeerde er eentje op trektelpost Breskens en werden ze ook op diverse
andere locaties gezien.
Vorig jaar waren ze erg laat (zie
verslag) maar Diet
Groothuis werd alsnog helemaal gelukkig toen ze, na vruchteloos zoeken vanaf 27
april, de eersten eindelijk zag op 15 mei. Ze deed er melding van op de
fenollijn van Vroege Vogels en won er de Frater Willibrordusprijs 2023 mee.
Beluister
de melding van Diet en zie het bericht
erover op Nature Today.
Welkomstlied
Gierzwaluwkenner Evert Pellenkoft uit Amsterdam
ontdekte een erg mooi welkomstlied. Claudia de Breij zou er vast een mooie
NL-variant van kunnen maken.
"Spin
world spin, swifts are here again"
, Rachel Newton.
(Youtube)
Zolang ze er niet zijn:
"het dak is stil, de lucht onbewogen
de wachter wacht, het geschenk niet gegeven"
Mooi verhaal van Karel Knip over later
5 mei 2023
Karel Knip noteert al sinds 1973 de
datum van de eerste aankomst van de gierzwaluw en vraagt zich af of ze steeds vroeger of
later komen.
En inderdaad, ze komen niet een week later aan,
zoals zijn statistiek lijkt aan te geven, maar sinds 1997 een paar dagen eerder,
zoals blijkt uit de statistiek van de datum van eerste eileg.
"Nog maar een handjevol", Karel
Knip in NRC,
3-5-2023.
Hier
meer over vroeger of later
Hulde voor de pioniers
30 april 2023
Wim de Bock in het Belgische Essen en Marjos
Mourmans, nu in Roosendaal, horen bij de nog steeds actieve pioniers van de
gierzwaluwbescherming. Het Belgische Noordernieuws maakte er een leuk artikel
over. Zie
De Bock en Mourmans.
Kolonie Maarssen voor 2e maal overhoop
30 april 2023, update 12 mei. (sorry, ik had weer geen tijd
om het kort te houden).
In 2019 was er een plan van woningcorporatie
Portaal voor de renovatie van 48 woningen in de Dichterswijk in Maarssen naar
een NOM-project (Nul op de Meter). Er zit een grote kolonie
van 30+ gierzwaluwpaartjes.
Om nestelen te voorkomen waren de nestingangen al
dichtgemaakt in de ene helft van de wijk (de andere helft zou een jaar later aan
de beurt komen). Maar de bewoners verwierpen het plan en half juni 2019 werden
de dichtgepurde openingen weer opengekrabd.
Hier meer over deze 1e renovatiepoging.
Portaal heeft een nieuw ontwerp gemaakt (zonder in
de tuin geplaatste warmtepompen) dat wel werd geaccepteerd. Voor de tweede keer
moesten er compenserende broedplaatsen gerealiseerd
worden. In het faunaonderzoek werden 30 gierzwaluwbroedplaatsen gevonden. (In mei 2020 had ik er 33 in mijn overzicht
staan, zie
lijst broedplaatsen in
Maarssen.)
In februari 2022 werden 60 nestkasten als
"gewenningsperiode" onder dakgoten opgehangen maar die zijn natuurlijk niet of
nauwelijks in dat jaar benut omdat de oude, vertrouwde nesten nog beschikbaar
waren. Hoogstens zal er een nestzoekende puber in terecht zijn gekomen. Maar ook
die kans is niet groot want ze zoeken bijna uitsluitend nabij bezette nesten naar een
plek en die zaten op de kopgevels. De renovatie startte in
januari 2022, de dakrenovatie met de gierzwaluwnesten na het broedseizoen. Er
zijn 60 nestkasten opgehangen, in de 24 kopgevels zijn openingen vrijgehouden
voor broeden op de spouwmuur, er is een optie voor nestelen op het dakbeschot
boven de dakgoten en onder de kantpannen. Geen van de vier opties deugt.
Geen neststenen mogelijk ?
Bijna alle nesten zitten aan de kopse kanten van
de woonblokken, en dan vooral bij het einde van de dakgoot, hier en daar
ook langs de kantpannen en verder een paar onder lood naast uitlaten en dakkapellen. De beste
oplossing is dus neststenen inmetselen op de geschikte kopgevels, in ieder geval
nabij de nesten bij de dakgootuiteinden. Maar omdat de
spouw smal is konden (volgens de ontheffing) geen neststenen worden ingemetseld. Het is nu 41 jaar geleden
dat de eerste neststeen voor gierzwaluwen beschikbaar kwam. Het is toch wel erg treurig
dat er kennelijk nog steeds niet een iets minder diep model beschikbaar is voor de
oudere, wat smallere spouwmuur.
Vier neststenen M.H. Trompstraat 20. Ingemetseld bij
renovatie 2019.
Soms gaat het net maar dan steken ze aan de
voorkant wat uit, zie foto.
Deze neststeen b.v. is
maar 16,5 cm diep en zou hier maar krap 2 cm uitsteken, zie tekening
verderop. Het zal toch niet zo zijn dat de bepaling in het
Kennisdocument (minimaal 15 cm binnenmaatdiepte) hier een fantastische oplossing
om zeep heeft geholpen? In het binnenkort ? te publiceren nieuwe Kennisdocument
wordt dit overigens minimaal 13 cm. binnenmaat. Niet dat het ideaal is voor het
opgroeien van jongen, maar gierzwaluwen broeden maar al te vaak in nog veel
nauwere ruimtes. Portaal wilde geen uitleg geven en zegt het ecologisch advies
te hebben gevolgd.
Broeden op de spouw ?
Er is een alternatief bedacht met een ruimte van 30 mm achter
de afdekplank onder de kantpannen, waarachter de vogels
via gaten in de bevestigingslat de bovenkant van de buitenmuur zouden kunnen bereiken om een nest op
te bouwen.
Uit de ontheffing Wnb, p.15.: spouw met gaten in lat
achter afdekplank. Klik voor vergroting.
De
constructie is mij nog niet helemaal duidelijk maar uit onderstaande moge duidelijk
worden dat ze zeker niet behoort tot de groep "bewezen effectief" in de in
ontwerp zijnde 'maatregelencatalogus'.
De constructie geeft op 24 kopgevels
volgens de ontheffing Wnb vier ruimtes per kopgevel en totaal 96 potentiële
broedplaatsen.
P.C. Hoofstraat 34. Verdwenen ? nestingang zat in ronde
cirkel achter onderste kantpan. Nieuwe ingangen via latgaten achter de plank bij
de pijlen.
In de lat achter de plank is per kopgevel op
minstens vier, maar ook wel op zes plaatsen een gat gemaakt waardoor ze achter
de plank kunnen komen. (Bij zes gevels is dat bij de kop mogelijk gemaakt voor
de laatvlieger, een vleermuissoort). Als ik het goed zie moeten ze dan ca. 18 cm omhoog kruipen om op
de spouwmuur te kunnen komen. Voor een vleermuis misschien te doen maar voor een
gierzwaluw erg lastig en 30 mm is krap. Per gevel zijn vier 'plateaus'
op de spouw gemaakt. Het is niet duidelijk of die keurig ter hoogte van de invlieggaten
zitten en zijn het er zes bij zes gaten? Bij het einde van de dakgoot zat wel
een ruimte/horizontaal stuk waarop genesteld kon worden.
Het is zeer de vraag of er na de isolatie /
renovatie op de spouw voldoende ventilatie voor afkoeling zal zijn. Zes
kopgevels zijn zelfs op het zuidwesten georiënteerd. Maar ook bij vier gevels op
het noordwesten kan dat een probleem zijn en zelfs bij vier gevels op het
zuidoosten tijdens een aantal hete dagen.
Een probleem is waarschijnlijk ook dat er in het
echt geen pijlen bij de openingen staan. De invliegopeningen, zwarte lat, donker
gat, zijn ook van dichtbij nauwelijks te zien. Zullen ze in staat zijn zoveel
ervaring op te bouwen met het invliegen dat ze de juiste locatie nauwkeurig
genoeg weten in te schatten? Ze vliegen altijd het liefst met grote snelheid in
een keer de invliegopening in.
Als kleine jongen uit het nest raken en op de
'gatenlat' belanden kunnen ze niet meer terug en sterven want jongen worden
buiten het nest niet gevoerd. Ook voor grotere jongen, die kort voor het
uitvliegen "aan de wandel" gaan, lijkt de weg terug lastig.
Bij de invliegopeningen voor de laatvlieger is de
spouw aan de bovenkant open gehouden. Daar zullen dan eieren in vallen.
En hoe zal het gaan met het uitvliegen van de
jongen? Ze kunnen niet naar buiten koekeloeren om de route te verkennen. Komen
ze klem te zitten?
Op de foto is ook te zien dat de nestkast nogal in
de weg zit om achter de plank te kunnen kruipen. De ingang naar het verdwenen
nest zat in de zwarte cirkel. Daar zullen ze naar de verdwenen broedplaats
zoeken. Kunnen ze daar niet meer naar binnen en (bij toeval) de nestkast vinden?
Er hangen maar vijf kasten op de kopgevels bij het einde van de dakgoot, dus
deze variant biedt ook weinig soelaas.
Als het werkt op de spouw zouden er nog vele jaren veel te weinig
vogels zijn om alle broedruimtes te benutten en zijn de 60 nestkasten overbodig. Maar huismussen en spreeuwen weten daar wel raad mee. Er
zijn al heel wat mussenpaartjes aan het nestelen, ook in de voor gierzwaluw
bedoelde kasten. Die lopen dus groot gevaar als de gierzwaluwen ze in de gaten
krijgen. Onder de dakgoten hadden uitsluitend mussenkasten gehangen moeten
worden met kleine ronde openingen. (De spreeuwen zitten vooral in
de gierzwaluwkasten in het al eerder gerenoveerde en naburige Schilderskwartier, zie
Maarssen, project
Schilderskwartier.
Daar zijn ze op 4 van de 5 gevels de baas).
Maar de achtergrond van deze zeer twijfelachtige
voorziening achter de kopgevelplank is om het
gewenste totaal van 30 (verdwenen nesten) x 5 (opschaalfactor) = 150
voorzieningen te kunnen
halen. Want 60 tijdelijke kasten hingen er al sinds februari '22. Zie
hieronder. Maar 1 : 5 is een overdreven verhouding die nergens wordt voorgeschreven
en komt voort uit de veel voorkomende, onjuiste aanname, ook in deze ontheffing, dat "hoe meer
alternatieven worden aangeboden, hoe groter de kans op succes". Wie heeft
het onderzoek dat dit aantoont? Als gierzwaluwen
geen trek hebben in vijf foute / onbekende kasten hebben ze ook geen trek in 25 foute
/ onbekende
kasten.
Tweede optie niet beschikbaar
De ontheffing voorziet een tweede broedplaatsoptie
op het dakbeschot onder de onderste pannen boven de dakgoten.
Derde optie met ondeugdelijke nestkasten op
foute locaties
In februari 2022 zijn 60 nestkasten bijna allemaal
in rijen onder
In de ontheffing Wnb, staat "zo dicht mogelijk bij de oorspronkelijke locatie (van
de verdwenen nesten)", maar dat wordt gespecificeerd als binnen 200 meter!
De ontheffingverlener begrijpt kennelijk de schaal en het belang van "zo dicht
mogelijk bij" niet. "Zo dicht mogelijk bij..." is op de
kopgevels waar de broedplaatsen waren. Er wordt niet aangegeven waarom hier
vanaf wordt geweken.
Het Kennisdocument Gierzwaluw geeft
overigens ook alle ruimte met "bij voorkeur binnen 100 à
200 meter". De praktijk is echter dat bij verder dan 10 meter de vindkans al aanzienlijk kleiner wordt. Op de Dr. Ariënslaan
werkte het wel, op minder dan een meter van de verdwenen nesten, maar zelfs daar
duurde het weken voordat ze de kasten in de gaten hadden. Bewoners vertelden dat de locaties zijn bepaald
door de dienstdoende timmerman en bewoners die ze wel of niet wilden hebben.
Bijna alle kasten hangen overigens ook nog
eens zonder extra bescherming tegen de zon op het noordwesten en zuidoosten
(teveel kans op hittestress) terwijl noord of noordoost het voorschrift is. Dit
(afstand en zonbelasting) is strijdig met de voorschriften in de ontheffing. Daarom heb ik op 10
mei een handhavingsverzoek ingediend bij
RUD Utrecht .
De kwaliteit van de nestkasten (type
GZT1 van Unitura ) is twijfelachtig en wordt ook door de leverancier
als "tijdelijke kast" aangeduid. Hij is niet van duurzaam hout-beton maar van
multiplex (watervast verlijmd?) en het dak is niet schuin genoeg. Dat geeft
andere vogels kans er op te zitten en sommigen zullen er zelfs op kunnen gaan
nestelen, en dat vindt de gierzwaluw niet prettig. (Model Voordorp van
hout-beton, zoals b.v.
deze NKGZ08 van Vivara, wordt alom erkend als een universeel toe te passen goed ontwerp voor
permanente toepassing).
Opmerkelijk is dat in de ontheffing de zin "de kasten gelden tevens als
permanente mitigatie" is doorgestreept. De verklaring staat op p. 9 punt
13: "de kasten worden meegenomen in het onderhoudsplan van de woningen en worden
vervangen door duurzame kasten als de maximale levensduur bereikt is". Er
wordt niet bij vermeld na hoeveel jaar er vervangen moet worden en mag Portaal
dat bepalen? En is er een nieuwe ontheffing nodig als de kasten bezet blijken te
zijn?
Het is een raadsel waarom
er niet direct definitieve , duurzame kasten (als neststenen echt niet mogelijk
waren) op de kopgevels zijn geplaatst. Leveringsprobleem?
Gokje van
adviserend ecoloog Regelink en Portaal op goedkeuring
voor de gootkasten door de provincie? Ze
werden zeven maand voor het verlenen van de
ontheffing opgehangen. Maar de provincie vond de kasten op zich onvoldoende.
Acht kasten per acht kopgevels op het noordoosten zou al voldoende zijn voor een ruime
verdubbeling (op termijn) van de kolonie. Eventueel zouden ook nog de vier
kopgevels op het zuidoosten benut kunnen worden, als deze extra beschermd
worden tegen de zon, met een dubbel dak b.v. Zie foto.
Houtbetonnen kast met dubbel dak voor zonniger locaties,
maar niet op zuid of zuidwest!
Details op:
Model
Maastricht.pdf .
(Variant op Voordorp).
Kan besteld worden bij
marjosmourmans@zwaluwen.info en 0165- 535 810.
Vervanging (van bezette kasten) betekent in feite nogmaals een flinke verstoring van de kolonie.
Provincie zet streep door "tijdelijk".
De provincie Utrecht gaf op onze vragen aan dat
zij inmiddels heeft besloten geen tijdelijke voorzieningen meer te accepteren !
Dat is hele mooie winst en verdient navolging elders. Ze komen in heel veel ontheffingen voor.
Tijdelijke voorzieningen zijn de gierzwaluw al vele jaren een gruwel. Ze zijn
eeuwige rotsen gewend.
Ook de provincie heeft zo haar twijfels over de
effectiviteit van het project en heeft daarom vanaf 2023 drie jaar monitoring
voorgeschreven en kan nadere maatregelen voorschrijven als er onvoldoende
bezetting is. We mogen hopen, en ik zal er op aandringen, dat dat niet alleen
het noteren van invliegers zal betreffen en het daarmee "bezet" verklaren van
voorzieningen, maar dat er ook zal worden gespeurd naar tekenen van broedsucces,
zoals het controleren op
Veel broedparen zullen een jaar, of misschien wel
twee moeten overslaan omdat ze niet tijdig een nieuwe plek weten te vinden.
Gaan ze voor de kasten ?
Een aantal zal hier en daar op den duur wel een
gaatje weten te vinden. Er was al een mooie illustratie van het vereiste
dat nieuwe broedplaatsen dicht bij de oude moeten zitten en ook een aanwijzing
voor enige flexibiliteit maar de 'keuze' voor de kasten lijkt gemaakt. Yvonne aan de Jacob Catsstraat kreeg
naast haar eigen, al sinds 2018 bezette kast, ook een nieuwe van Portaal en die raakte vorig jaar al
bezet. Maar ze weet niet zeker of er ook gebroed werd. Haar eigen kast (type
Voordorp) liet ze vervangen door een kast van Portaal (die wilde wat "eenheid in
het beeld") en raakte ook bezet. Dat
was op zich een bijzonder experiment. Sommige 'kolonie-exploitanten' zijn al
bang dat ze niet meer terugkomen als een ronde opening door een ovale wordt
vervangen.
Op 5 mei waren er bij de buren ook al invliegers
gezien, dus totaal al vier bezette kasten. Maar er is flinke
concurrentie met huismussen (vorig jaar werden huismusjongen er door de
later aankomende rechthebbende gierzwaluwen uitgegooid) en ook met andere gierzwaluwen. Bedenk
dat nu 30+ paartjes dakloos rondzwerven die geleidelijk allemaal de bezette
kasten in de peiling krijgen. Bij buurman Willem op nr. 7 leidde dit ' s morgens
tot een gevecht. Dat eindigde ermee dat een gierzwaluw nog vastzittend aan de
ander uit de kast hing. Willem pakte de ladder
en was er snel, maar net te laat bij om hem los te maken. De vogel raakte al los, Willem
ving hem op en liet hem vanaf zijn hand wegvliegen.
Zie de door de provincie verleende
ontheffing Wet natuurbescherming,
22-9-2022
met o.a. voorschriften voor de uitvoering.
Gierzwaluwen weer in beeld
27 april 2023
De allereerste gierzwaluwen zijn weer op het
vertrouwde nest teruggekeerd. Vogelbescherming heeft haar
camera op
Beleef de Lente - weer
aangezet bij nest nr. 100 in de grote kolonie van kasteel Waardenburg, dat ook
vorig jaar werd gevolgd.
Hier
alles over kolonie Waardenburg.
De 1e broedvogel arriveerde op K-dag op nest-100.
Als er niets te zien is is deze fraaie compilatie van
broedseizoen
2022 de moeite
waard.Commentaar bij de gebeurtenissen wordt weer geleverd door
Jochem Kühnen,
die zelf ook 11 paartjes in nestkasten aan huis heeft.
Al geruime tijd jongen in Israël
Er worden nog veel meer gierzwaluwnesten met
camera' in de gaten gehouden, zie mijn pagina met
ruim 40 webcams in Europa.
Daarvan zijn er nu ca. 16 on-line maar op nog maar een stuk of 5-6 nesten
zijn de broedvogels terug.
In Milaan, nr. 23 met erg fraai beeld, liggen twee
eitjes in het nest.
In Israël kun je vier
webcams
in Givatayim bekijken bij bezette nesten die al een paar weken
jongen of eieren hebben. Op 8 februari, nota bene
tijdens de zware storm Barbara met hagel en 100 km/u., werden de eerste
gierzwaluwen boven Tel Aviv waargenomen. Een week later werd de aankomst bij
de nestkastkolonie van Amnonn Hahn op film
vastgelegd.
Zie
filmpje van het invliegen
en de aankomst op het nest. Op 31 maart waren er drie jongen in
kast A6. Op 2 april kwam in kast A6 een indringer naar binnen die snel werd
verjaagd,
zie filmpje op Yutube.
In kast B6 was een vreselijk gevecht met een
indringer dat 13,5 uur duurde en niet goed afliep. De indringer lag een tijdje dood rechts onder in beeld
maar is inmiddels
verwijderd.
Het komt ook voor dat de indringer het wint en een
nieuw legsel begint, nadat eventueel eerder gelegde eieren eruit zijn gegooid.
Gedragscode voor Aedes goedgekeurd
25 april 2023
Voor het soepeler kunnen renoveren en na-isoleren
van haar woningvoorraad kreeg de koepel van woningbouwcorporaties Aedes
goedkeuring voor een gedragscode soortenbescherming. Wie zich aan de
voorschriften van de code houdt (de lid-corporaties van Aedes en hun
uitvoerders) wordt vrijgesteld van het vragen van ontheffing van verboden in de Wet
natuurbescherming, zoals het vernielen van gierzwaluwnesten. De code geldt
alleen voor "kleinschalige ingrepen met een voorzienbaar effect" zoals
renovatie, verduurzaming en onderhoud. De code is van toepassing bij een
klein aantal nesten maar niet voor een gierzwaluwkolonie (5 of meer nesten
binnen een straal van 50 meter vanaf het centrum van de kolonie, p.14 en 42).
Compensatie van broedplaatsverlies
De voorschriften voor compensatie van
gierzwaluwnesten die verloren gaan bij renovatie, verduurzaming en isolatie, met
name aan daken, is niet erg helder (p. 35). "De ecoloog bepaalt het aantal te
plaatsen alternatieve voorzieningen" en "bij elke voor de gierzwaluw geschikte
woning of wooneenheid moet minimaal 1 alternatieve voorziening worden
teruggebracht". Ongeacht het aantal verdwenen nesten ? Per CBS-buurt dienen
minimaal twee typen voorzieningen beschikbaar te zijn. Hoeveel van elk?
En wat is daar het bedoelde effect van?
Broedplaatsvereisten
Op o.a. pagina 84 staan vereisten voor de aan te
brengen nieuwe broedplaatsen of te handhaven oude broedplaatsen. Die staan op p.
67-200 van de maatregelencatalogus (welke ook deel III gaat vormen van het nog
te verschijnen "Kennisdocument na-isolatie en renovatie van woningen en
gebouwen") die al wel bij deze gedragscode van Aedis gehanteerd moet worden.
Diverse typen voorzieningen worden als "bewezen effectief" aangemerkt. Dit moet
mijns inziens (ongeveer) gelezen worden als "ooit of soms of regelmatig door gierzwaluwen benut" maar niet dat ze dat
ook op elke locatie / bij elk project zullen doen, verre van dat. Hier staat een interessant
artikel over de problematiek van
"bewezen effectief" (16. p.)
Het lijkt erop dat de minimale hoogte van de
invliegopening is verhoogd van 3 meter (Kennisdocument) naar 5 meter. Maar
helemaal duidelijk is het niet want er moet 3 meter ruimte boven obstakels zijn.
"Op voor de gierzwaluw onbekende locaties kan
het afspelen van gierzwaluwgeluiden leiden tot versnelde vestiging". Dat is
onvoldoende aanmoediging voor het toepassen ervan en zal leiden tot onnodig lange leegstand van veel
projecten.
"Nestkasten mogen dicht naast elkaar worden
geplaatst omdat de soort een koloniebroeder is" is een misleidend voorschrift
want het argument klopt niet. Ze houden juist van enige afstand, blijkt uit
onderzoek in verband met o.a. "burenruzie" en "invliegvergissingen". De afstand
tussen de invliegopeningen zou meer dan 75 cm moeten zijn om de meeste problemen
te voorkomen.
Hier
wat nuances over dit probleem.
"De afstand tussen invliegopening en
verblijfplaats < 5 cm". Het werkwoord ontbreekt in de zin. Waarschijnlijk wordt broedplaats bedoeld i.p.v.
verblijfplaats en groter i.p.v kleiner dan. En van 5 cm zou dan 15-20 cm
gemaakt moeten worden. Ze broeden graag in het donker, op afstand van de
invliegopening.
De voorschriften voor de afmetingen van
kasten verschillen met het Kennnisdocument. Voor de
invliegopening worden twee maten genoemd, resp. 70/65 mm breed en 35/30 mm hoog.
Mogen we kiezen?
Op p. 162 verschijnt toch nog de (in feite allang
verboden)
gierzwaluwpan als optie
om onder de loodslab bij een schoorsteen te plaatsen. Onduidelijk is of dit
wordt aanbevolen / geadviseerd. Er staat alleen een onderschrift bij een
tekening uit 2005.
Detailchaos
Een probleem voor de adviserende ecoloog lijkt me
ook hier weer dat er een gigantische brei van details wordt voorgeschreven voor
de uitvoering van allerlei maatregelen. Die staan ook, maar dan weer
net iets anders, in soortenmanagementplannen, in andere gedragscodes, in de
Pre-SMP's en in het Kennisdocument. Ik kan er geen wijs meer uit. Is het nou
echt niet mogelijk dat overal wordt verwezen naar eenzelfde standaard? Er wordt
aan gewerkt begrijp ik. Er staat een nieuw Kennisdocument (al heel lang) op punt
van verschijnen en bovengenoemd nieuwe "Kennisdocument na-isolatie ....." gaat
hopelijk snel wat meer eenheid geven.
Gaat het slechter?
Over de staat van instandhouding staat op p. 16
een verontrustende passage: "de huidige totale staat van instandhouding zal
vanwege de zeer ongunstige populatietrend naar verwachting op ongunstig
uitkomen". Ik kon geen bron voor deze mededeling vinden.
Het is ook daarom erg jammer dat er nog steeds
geen landelijk onderzoek is gestart naar de effectiviteit van kunstnesten voor
gierzwaluwen, zoals dat wel gebeurt voor huismus en vleermuizen.
De goedkeuring is geldig tot 1 juni 2023. Dan
worden alle gedragscodes mogelijk aangepast in het kader van het project
"gedragscodes, hoe verder?" en vervolgens worden ze in de omgevingswet van
1-1-2024 ingepast. Daarna zijn alle gedragscodes uit de Wnb vijf jaar van kracht
binnen de Omgevingswet.
Eenieder kan nog tot in de eerste week van juni
bezwaar maken tegen de goedkeuring.
- Gedragscode en
goedkeuringsbesluit soortenbescherming
Woningcorporaties
- Zienswijze van Netwerk Groene Bureaus op
de ontwerp gedragscode
Tijd voor nestkasten !?
15 april 2023
De allereerste gierzwaluwen zijn weer in het land
maar u hoeft nog niet echt haast te maken met de installatie van kunstnesten,
maar wel met de voorbereidingen. De hoofdmacht van de broedvogels komt pas begin
mei. De meesten hebben al een nest, als het niet door sloop of na-isolatie is
verdwenen, en zullen niet naar een nestkast zoeken. Ze hebben er geen behoefte
aan zolang het oude nest beschikbaar is.
De jonge vogels die nog niet gebroed hebben komen
later in de tweede helft van mei, soms pas eind mei. Ze kunnen nog tot begin
juli een nieuwe broedplaats in gebruik nemen. Als dat niet voor half juni lukt
komen ze volgend jaar terug om er het eerste broedsel te maken. Er is dus nog alle
tijd om een nestkast beschikbaar te stellen.
Jan Tinholt in Dedemsvaart startte in 1993 met
4 kasten. Alle
32 kasten zijn nu bezet en hij is gestopt met het bijplaatsen van nog meer
kasten.
Maar mijn pagina over kunstnesten heeft niet voor
niets te titel "goede bedoelingen zijn niet genoeg". Als je echt de gierzwaluw
wilt helpen met een kunstnest is een goede voorbereiding nodig, want succes is
niet verzekerd en hangt af van details. In Utrecht waren in 2022 van de 221
nestkasten aan woonhuizen, die min of meer willekeurig werden opgehangen,
slechts 22 bezet. Daarvan hangen er 18 (in de loop van 16 jaar bezet geraakt) in
een deskundig begeleid wijkproject. (Zie
kunstnestbezetting '18 - '22)
. Maar het kan wel als je alles goed doet. Er zijn vele florerende kolonies aan
huis.
Hoe ouder hoe beter bezet
In de regel zal een nestkastenkolonie in de loop
der jaren flink groeien. Hieronder het verloop van de bezettingsgraad van 18 wat
grotere kolonies van particulieren aan eigen huis. Voor de grafiek zijn ze allemaal in hetzelfde jaar
gestart. Vier kolonies 'draaien' al 18 jaar en zijn voor bijna 100% bezet. Er
zitten geen onbezet gebleven projecten bij (die bestaan ook, maar daar
horen we minder van).
Verstoring
In de UK verzamelde Dick Newell van Action for
swifts soortgelijke data. Ook deze grafiek laat duidelijk zien: hoe ouder de
kolonie hoe hoger de bezetting. De enige uitzondering is de rood omcirkelde.
Bestaat al sinds 2003 maar nog steeds maar voor 25% bezet. Daar werd het
broedproces vaak ernstig verstoord door inkijkacties, vangen met netten en
ringen van jongen en adulten en andere ingrepen waardoor gierzwaluwen zelfs het
nest kunnen verlaten.
Kolonieouderdom en bezettingspercentage.
Bron: Dick Newell,
Action for swifts.blogspot.com
Dakloze broeders
Voor dakloos geraakte broeders zijn er heel andere
vereisten. Die zoeken (mogelijk al vanaf eind april) wekenlang tevergeefs naar
een gaatje om het verloren gegane nest te bereiken. Dat is niet om aan te
zien ! Nestplaatstrouw heeft in mensensteden heel nare consequenties. Hoe ze aan
een nieuwe broedplaats komen weten we eigenlijk niet. Gaat het paartje samen een
nieuw nest zoeken of wordt het scheiding en moet ieder apart een nieuwe plek en
een nieuwe partner vinden? We weten wel dat 'compenserende'
nestkasten meestal pas na jaren (door andere vogels) bezet raken.
Wil je dakloos
geraakten helpen dan moet de kast in alle opzichten erg veel lijken op het oude
nest en pal naast de gesloopte broedplaats komen. Een nestkast of neststeen ter
compensatie op meer dan 50 meter afstand van een gesloopt nest, of zelfs minder, zal in de regel niet
worden gevonden.
Een fundamenteel gemis in alle verleende
ontheffingen Wet natuurbescherming die ik heb gezien is dat er bij de
voorgeschreven maatregelen geen onderscheid wordt gemaakt tussen de reactie op
broedplaatsverlies van broedvogels (jaarrond beschermd nest) en begeleidende
niet-broeders. Gemakshalve wordt aangenomen dat 'compenserende' nesten
door de verdreven broedvogels in gebruik worden genomen. Maar dat gebeurt
vermoedelijk slechts in zeer uitzonderlijke gevallen en onderzoek
ontbreekt.
Genoeg onzekerheden en problemen dus om de pagina
kunstnesten voor gierzwaluwen
goed door te nemen.
Engelse gierzwaluwpetitie in parlement
13 april 2023
De gierzwaluwgekte in het Verenigd Koninkrijk (er
zijn meer dan 100 lokale beschermingsgroepen en nergens werden zoveel nestkasten
geplaatst) bereikte vorige week een absoluut hoogtepunt. Op 8 april werd de
100.000-e handtekening gezet onder een petitie die pleit voor verplichte
plaatsing van neststenen voor gierzwaluwen in alle nieuwbouw. Vooral de laatste
weken nam het aantal snel toe, nadat de bekende vogelactivist Chris Packam een
aantal oproepen deed.
Voor behandeling in het parlement waren uiterlijk
eind april 100.000 handtekeningen nodig. Dat zal nu plaatsvinden. De regering
reageerde met de stelling dat de kwestie een zaak is van lokaal bestuur.
Behandeling zou van groot belang kunnen blijken.
Net als hier zullen ook in de UK alle 'natuurlijke' nestruimtes snel verdwijnen
door sloop, renovatie en na-isolatie van vooral gebouwen in slechte conditie
waar nu juist de gierzwaluwen geconcentreerd zijn. En ondanks al die nestkasten
van enthousiaste particulieren (alleen John Stimpson bouwde er al meer dan
30.000 !) gaat het volgens landelijke tellingen van
rondvliegende vogels spectaculair slecht. De populatie nam in de UK van 1995 - 2017
af met 57 % en de soort staat sinds 2022 op de rode lijst.
Ook in Nederland verplichte nestkasten in
nieuwbouw ?
De Tweede kamer heeft vanaf 2020 al aangedrongen
op regelgeving voor verplichting tot inbouw van nest- en verblijfplaatsen voor
vogels en vleermuizen in nieuwbouw, zie
Minister de Jonge reageert op
Kamermotie.
Op 25 januari 2022 werd door een grote groep
marktpartijen met een petitie opgeroepen om 'natuurinlusief bouwen'
verplicht te stellen voor alle nieuwbouw.
Hier tekenen kan nog steeds.
Zie het bericht van 31-1-22 op
Stadszaken.
Hier meer over initiatieven voor meer en verplichte kunstnesten in een
aantal Nederlandse gemeenten (stand 2021):
Gierzwaluwvoorzieningen
in elk nieuw gebouw?
- Meer over gierzwaluwen in UK
Kastinhoudcontrole met een camera
12 april 2023
Controle van kunstnesten op bezetting door
gierzwaluwen wordt gedaan door invliegers te spotten.
(N.B. Het gaat hier niet over monitoring van kasten
aan eigen huis. Dat kan beter met een vaste camera in de kast, zie:
camerabewaking.)
Bezettingscontrole is erg tijdrovend. Ook
's avond, met de meeste kans op invliegers, als ze boven de kolonie zijn, komen
ze niet vaak naar binnen. En is een kast echt niet bezet als je na drie
avonden van een half uur met strakke blik op de kast geen vogel naar binnen hebt
zien gaan of heb je ze toch gemist? Een camera geeft zicht op de kastinhoud (wel of geen nest, dode eieren
of jongen, toch een spreeuw of huismus?, achtergebleven poepjes zijn bewijs voor jongen)
en extra
informatie over de aard van de bezetting en het broedsucces.
Ik ben op zoek gegaan naar een endoscopische camera die je op een glazenwasserstok naar binnen kunt steken.
Uiteraard alleen buiten het broedseizoen
verantwoord te doen (niet tussen 1 mei en 15 augustus) want gierzwaluwen
reageren panisch vluchtend op nestrovers en alles wat daar op lijkt en komen
dan soms niet meer terug.
Beeld op het display van de endoscopische camera. Het
gele deksel van een pot appelstroop in deze Zeistkast is ongeveer de maat van
een gierzwaluwnest (diameter 8-9 cm.).
Praktijktesten
Op 8 en 9 april is er testgegluurd op zes van de
19 locaties met elk vijf neststenen in de Rivierenwijk.
Totaal werden 45 kasten gecontroleerd.
- Wel invlieger, geen nest: 2
- Geen invlieger, wel nest: 6
- Wel invlieger, wel nest: 5
- Geen invlieger, geen nest: 32
Dus totaal 37
Maar er zijn wel wat onzekerheden. Sommige nesten
zijn onzeker door mos / stro van mezen/mussen die er overwinterden of al
begonnen zijn met broedseizoen 2023. Zit er een gierzwaluwnest onder? Het is
beter om vanaf half augustus te controleren, dan zijn de benutte
gierzwaluwnesten en achtergebleven poepjes vers en beter
herkenbaar, zonder mezenmos of mussentroep er bovenop.
Hier staat info over de gebruikte apparatuur.
Provincies Utrecht en Overijssel faciliteren na-isolatie van particuliere woningen met 'Wnb-light'.
30 januari 2023, update 30 maart Er gebeuren bij de na-isolatie van vooral particuliere woningen al geruime tijd veel ongelukken (dode vleermuizen door spouwmuurisolatie, jonge gierzwaluwen op straat en nesten in de container).
"Na 9 maand dag en nacht doorvliegen en 10.000 km vanaf zuidelijk Afrika voor een dichte deur in Nederland aankomen".
Vleermuisonderzoekers (Sevon) stellen zelfs dat de populatie van sommige soorten daardoor achteruitgaat! "De isolatiebranche heeft tien, vijftien jaar als cowboys tekeer kunnen gaan en is daar nooit voor gepakt. Eigenlijk zouden alle uitvoeringsdiensten het ene na het andere isolatiebedrijf moeten aanklagen", zegt Sevon in een bericht 25-1-2023 op NU.nl . De provincie Utrecht (als eerste provincie) heeft vorig jaar regelgeving ontwikkeld in een poging het verantwoord isoleren van particuliere huizen te bevorderen tijdens een maximaal twee jaar durende "pre-SMP-periode". Ook andere provincies tonen belangstelling voor deze aanpak. In Overijssel is sinds 31-1-2023 ook een Pre-SMP van kracht. Het Ministerie van Volkshuisvesting heeft totaal 6,9 miljoen Euro beschikbaar gesteld om de provincies bij de versnelde aanpak van na-isolatie en bescherming van soorten te steunen, zie: steun voor natuurinclusief isoleren. In een stuk of zes gemeenten in Utrecht is inmiddels een ontheffing volgens deze provinciale regelgeving voor particulier woningbezit van kracht.
Hier staat een aardig verslagje over de provinciale inspanning "om een werkbare oplossing te vinden die bevredigend is voor de ecologen, de juristen, maar ook voor de isolatiebranche". Ook de belangenbehartigers van vleermuizen hebben zich er mee bemoeid en hebben o.a. een onderzoek opgezet naar de effectiviteit van compenserende voorzieningen .
Het Pre-SMP voor provincie Utrecht en Overijssel is een gebiedsgerichte ontheffing van verbodsbepalingen in de Wet Natuurbescherming (Wnb) voor particuliere grondgebonden woningen van voor 1992 en met een energielabel C t/m G. De voorschriften betreffen de isolatie van spouw, binnen- en buitenmuren, borstwering en dak en het plaatsen van zonnepanelen. Het loopt vooruit op door gemeentes op te stellen volwaardige SMP's (soortenmanagementplan) en heeft een looptijd van maximaal 2 jaar. Voor een SMP is dat meestal 10 jaar.
Het Pre-SMP is vooral bedoeld om sneller (SMP-ontwikkeling duurt minstens twee jaar) de voor klimaatdoelen broodnodige tempoverhoging van isolatie van particuliere woningen te kunnen realiseren en toch ook meer bescherming te bieden aan vleermuissoorten, huismus en gierzwaluw. Na-isolatie bij particulieren gebeurt nu vaak "illegaal" (zonder te voldoen aan Wnb-regelgeving). De RUD van Utrecht heeft, omdat het al te bont werd met overtredingen, in het kader van handhaving zelfs een dwangsom opgelegd aan een na-isolatiebedrijf wegens onvoldoende onderzoek naar de aanwezigheid van vleermuizen. Even met een endoscoop in de spouw loeren is volstrekt onvoldoende verklaard, ook door de rechter. Op 18 april is er een 2e zitting over deze kwestie bij de Raad van State, over het beroep van het isolatiebedrijf, zie RvS over opsporing vleermuizen in spouwmuren.
Voor het werken volgens een pre-SMP geldt o.a. dat het isolatiebedrijf de "handreiking natuurvriendelijk isoleren (zie isoleerbedrijven met "natuurvriendelijk" certificaat per provincie). De particulier wordt gevrijwaard van het doen van (duur) onderzoek en de gemeente zorgt voor compensatie van verliezen op populatieniveau voor vleermuizen, maar niet voor huismus en gierzwaluw. Een van de voorschriften is dat als een dak door isolatie aan de buitenkant niet meer toegankelijk is voor vogels, er op de woning minstens vier nestkasten voor huismus/gierzwaluw (een type dat voor beide soorten geschikt is) "aan de schaduwzijde, en zo veel mogelijk beschut tegen zon en regen" geplaatst moeten worden. Het is jammer dat er voor de praktische uitvoering niet verwezen wordt naar de voorschriften in het landelijk functionerende Kennisdocument Gierzwaluw. Daarin staan door vele experts beoordeelde voorschriften. Een update verschijnt binnenkort. Op deze manier ontstaan er nog meer verwarrende en regionale variaties. Onbegrijpelijk is dat het gebruik van gierzwaluwdakpannen expliciet wordt toegestaan om van buiten geïsoleerde daken toegankelijk te maken (zou expliciet verboden moeten worden).
Als de spouw dieper is dan 8 cm en toegankelijk voor vogels, maar na de isolatie niet meer, moeten er twee vogelvoorzieningen per woning geplaatst worden, tenzij de bovenste 10 cm van de spouw vrij van isolatie en toegankelijk blijft. Zonnepanelen op hellende daken mogen alleen buiten het broedseizoen (1 april - 1 augustus) geplaatst worden. (maar flink wat paartjes gierzwaluw hebben in augustus nog jongen op het nest !).
De regels gelden per CBS-buurt waarin tijdens de twee jaar looptijd niet meer dan 30% van de woningen aan de regeling mag meedoen, anders zouden de populaties teveel schade ondervinden. Zie meer spelregels in "natuurvriendelijk isoleren onder een pre-SMP".
In de provinciale Pre-SMP's is goed te merken dat er veel kennis en ervaring van de vleermuisbescherming (zoogdiervereniging en Sevon) is ingebracht. 95% van de soortteksten gaat over vleermuizen. Voor huiszwaluw en gierzwaluw wordt gemakshalve aangenomen dat de compenserende voorzieningen volgens de regels der kunst worden uitgevoerd en dat ze effectief zijn. Er wordt geen monitoring van bezetting voorgeschreven.
Mij is nog onduidelijk hoe de particulieren in aanraking komen met het PRE-SMP. Zal het afhangen van de gemeentelijke publiciteit? Voor isolatie is meestal geen vergunning nodig. Men wordt echter volledig ontzorgd als gekozen wordt voor een isolatiebedrijf dat de cursus "Natuurvriendelijke isoleren" met succes heeft afgerond. Het isolatiebedrijf regelt dan alles. Maar hoe groot is de kans dat de particulier bij zo'n bedrijf terecht komt en dat dat bedrijf dan ook wordt ingeschakeld ? Zie een korte samenvatting van de gang van zaken bij Natuur- en Milieufederatie Utrecht.
Pre-SMP voor gemeente De Ronde Venen Op 23 januari werd ontheffing verleend aan de gemeente Ronde Venen voor de woonkernen van Abcoude, Baambrugge, Waverveen, Amstelhoek, Vinkeveen, Mijdrecht en Wilnis, zie beschikking 23-1-2023. De regeling geld voor twee jaar, tot 1 maart 2025. De broedpopulatie van de gemeente wordt theoretisch geschat op 433 paartjes. Bij 30% renovatie van particuliere woningen gaan er (theoretisch en worst case) daarvan 85 verloren (en 342 van de huismus). Ook voor deze gemeente gaat de provincie ervan uit dat de compenserende nestkasten of -stenen effectief zullen zijn: "Deze vogelvoorzieningen zijn effectief voor het compenseren van verloren nestplaatsen. De kans op ingebruikname van deze nesten is erg hoog". Er wordt geen monitoring van het gebruik van de gierzwaluwvoorzieningen voorgeschreven. Zie bericht van de gemeente met aankondiging van gemeentebreed onderzoek voor definitief SMP. En hier staan de regels voor particulieren die van de Pre-SMP ontheffing gebruik willen maken.
Ontheffing voor Utrechtse Heuvelrug Op 26 januari werd een ontheffing verleend aan de gemeente Utrechtse Heuvelrug voor isolatie van particulier woningbezit in de woonkernen Amerongen, Overberg, Doorn en Boswijk, Driebergen-Rijssenburg, Leersum, Maarn, Maarsbergen en Valkenheide, zie ontheffing 26-1-2023 Wnb Utrechtse Heuvelrug. De ontheffing betreft artikelen 3.1 en 3.5 Wnb voor de huismus, de gierzwaluw en zeven soorten vleermuis. Modelmatig is berekend dat er bij 30% verduurzaming van de particuliere woningen maximaal 89 gierzwaluwnesten (en 353 huismusnesten) verloren gaan in de acht woonkernen.
Ontheffing voor gemeente Woudenberg De gemeente Woudenberg heeft een SMP opgestart en kreeg van de Provincie op 16-2-2023 ontheffing voor het hele stedelijk gebied van de gemeente, zie ontheffing Wnb - Pre-SMP gemeente Woudenberg. Modelmatig is vastgesteld dat er in Woudenberg 111 broedparen gierzwaluw zijn (en 443 huismus), waarvan 55 in particuliere woningen. Bij 30% renovatie per CBS-buurt zouden er dus 17 broedplaatsen verloren gaan bij de maximaal 692 te isoleren woningen. De particuliere compensatie (vier nestkasten per woning waarbij het dak niet meer geschikt is voor de gierzwaluw) zal vele malen grotere aantallen alternatieve nestplekken opleveren. De ontheffing stelt dat de "kans op ingebruikname van deze nesten hoog is". De gemeente hoeft daarom geen extra vervangende voorzieningen te treffen. Bezwaren kunnen bij de provincie tot ca. 31 maart worden ingediend.
Ontheffing voor gemeente Oudewater Een week later, op 23 februari 2023 kreeg de gemeente Oudewater een nagenoeg gelijke ontheffing (1 pagina meer) voor haar particuliere woningbestand (woonkernen Oudewater, Papekop en Hekendorp), zie Ontheffing Wnb - Pre-SMP gemeente Oudewater. Het gierzwaluwbroedbestand wordt in het gebied geschat op 95 (en 397 paar huismus), waarvan 62 in particuliere woningen (grondgebonden en e-label C t/m G). Het gaat om isolatie van potentieel 517 particuliere, grondgebonden woningen (max 30% van het totaal van 1.624) waarbij theoretisch 19 (30% van 62) gierzwaluwnesten verloren gaan. In de praktijk wordt verwacht dat ca. 10% daadwerkelijk geïsoleerd zal worden. Als al die 52 woningen zodanig gerenoveerd worden (buitendakisolatie en volle spouwmuur) dat er 4 kunstnesten geplaatst moeten worden levert dat dus 208 nestkasten voor gierzwaluw en huismus op (maar in de praktijk dus veel minder omdat buitendakrenovatie veel minder voorkomt).
De provincie schetst een (uiteindelijke) extreme overcompensatie met potentieel 4 * 1.624 = 6.896 nestkasten. Er zijn geen verwachtingen over de te verwachten leegstand van kasten of de bezettingsverdeling gierzwaluw/huismus, maar de "kans op ingebruikname van deze kasten is hoog". Bezwaren kunnen bij de provincie worden ingediend tot ca. 5 april.
In de gemeente Leusden heeft een pilot voor het project gefunctioneerd.
De gemeente Utrecht werkt eraan om de Pre-SMP-regeling in het huidige SMP van 2016 in te passen.
Zichtbare inbouw neststeen gierzwaluw / huismus in bestaande bouw. Rivierenbuurt Utrecht. Na renovatie goed bezet door dakloos geraakte gierzwaluwen: minstens 29 van de 95 in 2022, zie projecten nr. 60 t/m 69 in de kunstnestentabel.
Is de gierzwaluw er mee geholpen ?
Of de gierzwaluwen er iets mee kunnen valt nog te bezien. Er ligt veel nadruk op de kwantiteit. In het document wordt de grote hoeveelheid aan "overcompenserende" nestkasten benadrukt, maar de mate waarin ze benut gaan worden is afhankelijk van veel aspecten, waaronder details in de uitvoering. In de gemeente Utrecht zijn de gierzwaluwen op de meeste locaties tot nu toe niet geneigd om nestkasten in gebruik te nemen. De bezetting was in 2022 gemiddeld ruim 9%. De lage bezetting van kasten aan particuliere woonhuizen valt op, slechts 22 (10%) van de 216 in 2022, waarvan 18 in een wijk met deskundige begeleiding en pas na 16 jaar. En dat is nou net het patroon van plaatsing in het Pre-SMP-model: hier en daar een woning met 2 of 4 kasten. Daar zijn de door het "natuurvrij maken' verdreven broedvogels niet mee geholpen. Waar de dakloos geraakten terecht komen is onbekend. Voor de meesten zal het einde voortplanting betekenen want een nieuwe plek vinden kost 1-2 jaar, het eerste legsel is er pas in het 2e of 3e levensjaar en de levensduur is maar een jaar of 6-7.
In feite komt het er op neer dat de vogels weliswaar niet gedood of beschadigd worden maar dat de jaarrond beschermde status van het gierzwaluwnest, omzeild wordt. In de reguliere wnb-ontheffingen wordt al het mogelijke gedaan om dat nest te behouden en, als dat niet kan, om een zo goed mogelijk alternatief beschikbaar te stellen. Bij de Pre-Smp regeling is daar geen sprake van. Het isoleerbedrijf kan naar inzicht verkregen op de cursus van een dagdeel standaard de nestkasten ophangen of neststenen inmetselen. Omdat hij niet weet waar de verloren nesten zaten zullen de locaties daar meestal ver vandaan liggen en niet gevonden worden.
In mitigatieprojecten volgens de reguliere Wnb-regelgeving is de bezetting (meestal pas na enkele tot vele jaren) in Utrecht met 16% wat hoger dan bij woningen maar er gaan meer nesten verloren dan er in kunstnesten bijkomen. Ik weet niet in welke mate Utrecht representatief is want er is nauwelijks onderzoek beschikbaar. Zie onderzoek kunstnestbezetting in Utrecht 2018-2022.
Ten slotte moet bedacht worden dat de door de provincies vastgestelde te handhaven theoretische broedbestanden per gemeente (2.283 broedparen in gemeente Utrecht) zijn gebaseerd op (ongeveer) de huidige stand van zaken (broedbestand 2013-2015 volgens Sovon atlasproject). Maar de gierzwaluwpopulatie is de laatste 50-60 jaar misschien wel meer dan gehalveerd. Waarom niet streven naar herstel van dat niveau? Shifting Baseline Syndrone wordt dat 'vergeten' van de vroegere (gezondere) situatie genoemd. Een ding is zeker, er komt weer veel werkgelegenheid voor ecologen en ambtenaren bij. Als je in Google zoekt op "pre-SMP" krijg je nogal wat vacatures van wervingssbureaus in het resultaat.
Vroege Vogels-Radio had 5 februari een item van dik 8 minuten over de problematiek, voor zover het vleermuizen betreft. Beluister hier vanaf minuut 32. Je hoort de provincie, de gemeente, een vleermuisonderzoeker en een isolatiebedrijf.
- Natuurvriendelijk isoleren volgens Pre-SMP - Info en links over Pre-SMP in bericht van provincie Utrecht - Particuliere woningisolatie onder pre-SMP, 22-2-2022 - Commentaar op Pre-SMP Zoogdiervereniging, juni 2021. - "Handreiking natuurvriendelijk isoleren" van pre-SMP Utrecht - Soortenmanagementplan 2016.pdf gemeente Utrecht (voor gemeentelijk vastgoed en bouwen op gemeentelijke grond) - Hier meer over SMP's en andere gierzwaluwbescherming - Zo werkt het voor particuliere woningeigenaren in Overijssel. - Het vastgestelde PRE-SMP van Overijssel, 31-1-2023
24 nestcamera's in kerk Oisterwijk
22 maart 2023, update 23-3. Hannie Nilsen maakte toch weer een fantastisch verslag over het gierzwaluwwerk van de werkgroep in Oisterwijk. Het overlijden van collega gierzwaluwwerkpaard Gerard van der Kaa gaf extra inspiratie om nog eens veel aandacht te besteden aan alle ervaringen en opgedane kennis. In de Joanneskerk waren vorig jaar alle 24 nestkasten bezet en voorzien van camera's met opnameapparatuur. De uitbreiding met camera's bij de laatste 8 kasten was het werk van Gerard die ook heel veel uurtjes besteedde aan kijken en noteren. Er passeerden vele vechtpartijen waarvan drie met dodelijke afloop, vooral na sloop van nesten in de buurt. En drie uit het nest geraakte jongen (per ongeluk maar zeker eenmaal ook doelbewust !) die vervolgens werden genegeerd (zoals gebruikelijk) maar ook een heel klein jong dat uit het nest was geraakt en door een ouder weer in het nest werd geslingerd. Ik geloof niet dat dit laatste ooit eerder is waargenomen.
Rampzalige hittegolf In alle 24 kasten werd gebroed, er werden 74 eitjes gelegd en van de 68 jongen vlogen er 63 uit. Dat gemiddelde van 2,6 uitgevlogen jongen per nest is erg hoog. Maar de vraag is hoeveel van die uitgevlogen jongen volgroeid waren en Afrika zullen halen. Want ongeveer 2/3 vloog uit tijdens drie dagen hittegolf rond 18 juli met ca. 40 graden. Velen waren jonger dan de vereiste 41 dagen, sommigen slechts 33. En ze vlogen niet 's avonds uit zoals gebruikelijk, maar allemaal overdag tussen 12 en 15 uur. Dat wijst allemaal op voortijdig vluchten voor ondraaglijke hitte op het nest. Ook in 2019 waren er veel slachtoffers van een hittegolf, "het was niet om aan te zien" stond in het jaarverslag. Zie nieuwsbericht van 8 maart 2020.
Verder viel op dat na een late aankomst (werd overal geconstateerd) er vrij snel eitjes werden gelegd waardoor tijd werd "ingehaald". Dat kon ook bij de broedsels in Mijdrecht vastgesteld worden, zie: broedseizoen kolonie Mijdrecht. Ook bijzonder: na 13 jaar was er eindelijk een succesvol broedgeval in een van de 31 gierzwaluwnestkasten in de leerfabriek. De huiszwaluwtil is een groot succes. Alle 19 kommetjes waren weer bezet en van de uitbreiding met 12 stuks dit jaar waren er al weer vier bezet.
Alpengierzwaluw langs Breskens
23 maart 2023 Op 18 maart werd op de trektelpost Breskens (Zeeuwsch-Vlaanderen) de eerste alpengierzwaluw gezien. Twee dagen later zag men er een boven Almere en wat later daar als slachtoffer van een slechtvalk ! Breskens-Almere-Franeker, 18/24-3-2023. Van 21-24 maart werd er eentje veel gezien in Franeker. De alpengierzwaluw is een zeldzame gast uit het zuiden, maar het broedgebied rond de Middellandse Zee schuift op naar het noorden. De noordelijkste broedplaatsen zijn nu in Straatsburg en Duitsland, Karlsruhe en Tuttlingen ( sinds 2000, zie webcam bij nest in kerkkolonie van ca. 40 paartjes). Op dit Yotube filmpje zie je ze vliegen boven het dorp. Ze zijn duidelijk groter dan de gierzwaluw en het geluid is nog scheller ! In Ierland werden er vorige week ook een stuk of zes gesignaleerd. Op twitter staat een filmpje van twee vogels die een kerk in Dungarvan inspecteren. Om alleen te overnachten, of misschien te broeden? Zie twee alpengierzwaluwen bij Ierse kerk. Het werd een behoorlijke invasie. Op 19 maart waren er waarnemingen op 20 locaties in Ierland, van noord tot zuid en ook veel in Engeland.
In Nederland worden ze in het voorjaar steeds vaker gezien, hier meer info.
Veel leegstand in Utrechtse nestkasten
10 mei 2023 (update van 15-5-'23) In 2022 zijn voor het vijfde jaar nestkasten in Utrecht op bezetting gecontroleerd. Van 1.350 kasten waren er 127 bezet (9,4%).
Nog steeds worden er nieuwe projecten gevonden op mijn fietstochten door de straten van Utrecht. De teller staat nu op 158 "projecten" en 1.878 kunstnesten (voor 75% nestkasten en neststenen, 24% sleuven in dakgoot/dakkapel).
In 2022 raakten vijf projecten voor het eerst bezet met (netto) totaal 29 nieuw bezette kasten.
De 21 kasten aan het stadhuis (zes op de foto) zijn na drie jaar nog niet bezet.
Maar veel bleef dus bij het (onbezette) oude. In Leidsche Rijn was nog steeds geen gierzwaluw te vinden in een van de 13 projecten met totaal 285 neststenen. En ook niet in de 90 neststenen op het voormalige Veemarktterrein of in de 62 neststenen in Overvecht.
Maar liefst 107 (87%) van de 123 bezette kasten bevindt zich in slechts vier redelijk tot goed bezette projecten. Dat zijn Hartingstraat / Arthur van Schendelstraat (compensatie van een kolonie in het gesloopte AZU-ziekenhuis met 38 bezet, 100%) , project Voordorp (74 kasten verspreid over 40 woningen, na 16 jaar 18 kasten bezet, 24%), de Lutherse kerk uit 1412 aan de Hamburgerstraat (21 bezet, 81%, mogelijk de oudste bewoonde nestkastkolonie van Europa !) en project Rivierenwijk met 33 van de 95, dus 35% bezette kasten (compensatie van 19 door renovatie verloren nesten). Slechts 22 van de 210 kasten aan 118 woningen waren in 2022 bezet.
Op de pagina Kunstnestbezetting Utrecht staan in een tabel alle 164 projecten met de bezettingsgeschiedenis 2018-2022 en links naar foto of achtergrondinfo. Alle projectlocaties staan met de basisgegevens ook op Google Maps. Je kunt kiezen voor een kaartlaag met alle projecten en/of voor een laag met alleen de (deels) bezette projecten, met huisjesymbool.
7e gierzwaluwconferentie in Italië
21 februari 2023 De tweejaarlijkse internationale gierzwaluwconferentie wordt volgend jaar eind mei gehouden in het Italiaanse Triëst. Hier de voorlopige website van de organisatie.
Woningnood in Dussen
27 januari 2023
Dussen ligt vlakbij de Biesbosch aan de
Bergsche Maas. Ideaal voor gierzwaluwen dus met zo'n groot foerageergebeid naast de deur.
Nestkast onder dakgoot van Gendtstraat. (Google, 2009)
Daar konden in 2006, door ingrijpen van een bewonersgroep bij renovatie tijdens het broedseizoen !!, de nesten achter de kantpannen toch nog gespaard blijven door uitstel van het werk. Bij de bekende nesten zijn per kopgevel 6 gaten in de afdekplank gemaakt. Ook werden een vijftal nestkasten opgehangen. In 2007 al werden de eerste nieuwe ingangen en kasten, in gebruik genomen. Maar er is nu woningnood; niet vanwege opnieuw renovatie (de spouwmuurisolatie lukte onlangs ook zonder de nesten te verstoren) maar door toename van het aantal vogels. Er vliegen grote zwermen broed- en dus ook zoekvogels boven het dorp. Zie filmpje van de van Gendtstraat met giervluchten, 2022. De vogelgroep o.l.v. Len Bruining heeft een nieuwe actie op touw gezet en gaat in maart flink wat door leerlingen gemaakte nestkasten voor mezen en huismussen ophangen. En voor de basisschool de Dussenaar en het Slovakhuis worden een stuk of 20 kasten voor de gierzwaluw gekocht. Zie ook bericht in Het Kontact Altena, 23-1-2023.
Ornithologieprijs voor Lyndon Kearsley
24 januari 2023, update 10 februari. Lyndon ontving van de universiteit van Antwerpen de twee-jaarlijkse ornithologieprijs "Prijs Wim Dings" voor zijn werk aan de klimaat- en weersinvloeden op het trekgedrag van de vale gierzwaluw. Lyndon doet daarvoor al tien jaar onderzoek aan de trekroutes van een kolonie in een grot aan de Portugese kust onder Lissabon. Hij concludeert o.a. dat de gierzwaluwen zich vooral oriënteren op de scheiding van verschillende weerssystemen, waar veel insecten zijn. Zie bericht in Groene Ruimte.nl van-6-2-2023.
Zie ook bericht Nieuwsblad.be . En hier de .pdf van zijn publicatie in Researchgate van april 2022.
De gierzwaluw in Het Vogeljaar
25 januari 2023 Vorig jaar verscheen "Het Laatste Vogeljaar". Het was de 70e en laatste jaargang van tijdschrift Het Vogeljaar in de vorm van een herdenkingsboek met hoogtepunten uit 70 jaar vogelen in Nederland en daarbuiten. Zie KNVV, voor 20 Euro. Ik wilde wel eens weten hoe hierin vooral in de eerste jaren over de gierzwaluw werd bericht.
Het tweede nummer, 1988 nr. 3, met een (jonge) gierzwaluw op de voorpagina. Tekening van Marius Kolvoort.
De jaargangen 5 (1957) t/m 65 (2019) zijn digitaal beschikbaar op natuurtijdschriften.nl . Zoekwoord "gierzwaluw" levert 340 resultaten op. Bijna alle artikelen staan op een aparte .pdf. Maar dan mis je de wat kleinere berichten die samen met anderen op een .pdf staan. En bij heel veel resultaten wordt de gierzwaluw slechts terloops genoemd, w.o. veel bij "veldwaarnemingen". Maar thuis heb ik de jaargangen 9 (1961) t/m 36 (1988) nog in de kast staan. Die ben ik gaan doorbladeren en jaargangen 5 t/m 8 heb ik digitaal doorgesnuffeld. Hieronder de gevonden gierzwaluwartikelen en korte berichten met de link naar de .pdf op natuurtijdschriften.nl . Afgezien van de niet vermelde meldingen in de rubriek "veldwaarnemingen" met wat latertjes en eerstelingen, vond ik t/m 1988 totaal 23 artikelen in de 186 afleveringen (zes per jaargang).
1958-Nestkasten Het eerste gierzwaluwartikel geeft wat informatie over de nestkasten van de Zwitserse kolonieonderzoeker Emile Weitnauer. Die ging o.a. in 1951 met een vliegtuig achter de gierzwaluwen aan (zie artikel over ontdekking 'nachtelijk klimvliegen') om te ontdekken waar ze ' s nachts bleven. Het Vogeljaar jrg. 6-nr. 1-1958 p. 3-5.
1960- Kenmerken In een artikel over de fenologie van een aantal vogelsoorten beperkt Jaap Taapken zich m.b.t. de gierzwaluw tot een oproep aan lezers om gegevens te verzamelen, vooral fenologie en kenmerken van de broedplaats. Er zijn formuliertjes beschikbaar om de gegevens te noteren en in te leveren. Het Vogeljaar jr. 6 - nr. 2 - 1960 p. 23-24.
1963-Trekgedrag Jaap Taapken deed verslag van 'opvallend veel late najaarstrek' in 1963. Het ging om enkele tientallen, vooral op Vlieland in de eerste week van september. Met toen nog erg weinig waarnemers is dat al gauw "opvallend veel". Zie verslag in Het Vogeljaar jrg. 14 nr. 6 1963 p.381-382.
1968 - De eerste Nederlandse gierzwaluwtelling ? In 1967 organiseerde A.F. Ferbeek in Drachten een "inventarisatie van de gierzwaluw". 81 mensen telden in 200 steden en dorpen ! De eerste werd op 21 april gezien. Geen uitleg over de methode maar als resultaat wordt gemeld dat "er in deze plaatsen 4.380 broedvogels en/of eenjarige vogels werden geteld". Men neemt zich voor de tellingen in 1968 en 1969 te herhalen. Kennelijk is er een kink in de kabel genomen want in de volgende jaargangen wordt er niets meer over vernomen. Het Vogeljaar jrg. 16 nr. 2 - 1968 p.520-522.
1968 - Opvang Berichtje over e en gierzwaluw met gebroken vleugel die twee jaar gevoerd wordt met 80 meelwormen per dag maar geen water wil drinken. Het Vogeljaar jrg. 16 nr. 3- 1968 p. 563.
1973 - Mitigatie In 1972 werden aan de gereformeerde kerk in Nunspeet 12 nestkasten opgehangen nadat een jaar eerder de kolonie met 30 gierzwaluwnesten (volgens de bouwer) door dakrenovatie waren verdwenen. In 1972 en 1973 was een van de kasten bezet. Verslag met foto in Het Vogeljaar, jrg 21 nr. 5-1973 p. 483-484.
1974 - Broedvogelbestand
Voor het eerst staat de gierzwaluw op de voorpagina n.a.v.
een flink artikel
In 1980 doet v.d. Weyden een inspirerende oproep aan Amsterdammers om broedplaatsen te zoeken en de gemeente te bestoken als er illegale nestvernieling plaatsvindt. Zie Mededelingenblad VWG Amsterdam 1980-nr. 1 p. 10-14 .Hier de actuele Gierzwaluwatlas Amsterdam. En hier nog wat recenter info over Amsterdams broedbestand.
1975 - Nestkasten Pleidooi tegen de aangekondigde proef van de Plantsoendienst met nestkasten in Amsterdam. Is volgens v.d. Weyden te duur (10.000 kasten nodig, kost tonnen), gaan niet lang genoeg mee, kosten onderhoud en behoud van dakpannen is beter. Het Vogeljaar, jrg. 23 nr. 1 - 1975, p. 33.
1975 - Literatuur Jaap Taapken vermeldt in een klein berichtje de verschijning van de derde druk van de klassieker "Swifts in a Tower" van David Lack. Het Vogeljaar jrg. 23 nr. 3 - 1975 p. 135.
1975 - Nestkasten Hoofd Beplantingen van Amsterdam reageert op de bezwaren tegen nestkasten van van der Weyden en stelt dat deze voldoende duurzaam zijn, vooral ingemetselde stenen, wijst op successen in Duitsland en vindt het een mooie oplossing voor nieuwbouw zonder pannendaken. Het Vogeljaar jrg. 23 nr. 6 - 1976 p. 282
1979 - Mitigatie Sloop van "een der oudste en grootste broedplaatsen" in een KRO-gebouw in Hilversum, voorjaar 1979. In het najaar werden 20 houten nestkasten in de buurt opgehangen, voor de helft door Het Vogeljaar gefinancierd. In 1981 nog geen bezetting. Oproep tot landelijke inventarisatie van broedplaatsen. Het Vogeljaar jrg. 27 nr. 6 -1979 p. 306.
1979 - Predatie Kort berichtje met waarnemingen van jacht van boomvalken op gierzwaluwen in Koudum en Kimswerd. (Fr.). Het Vogeljaar, jrg. 27 nr. 6 -1979 p. 316.
1980 - Mitigatie In Wageningen verdwijnen veel nesten door renovatie van een woonwijk. Werkgroep klaagt over gebrek aan informatie over (en ervaringen met) nestkasten en gaat proef doen met vier verschillende types. Montoring van resultaten. Het Vogeljaar, jrg 28 nr. 1 - 1980 p. 47-48.
1980 - Trek Artikel van 4,5 pagina's over "opvallend late" najaarstrek in september-oktober 1978. Er werden, na oproepen, "maar liefst" 230 waarnemingen verzameld van 15-8 t/m 14-10, waaronder 47 in oktober. Met veel minder waarnemers dan nu zal dat wellicht veel zijn of lijken, maar het aantal van gemiddeld 16 oktoberwaarnemingen in de Avifauna van Nederland, 1970 is de enige aangehaalde bron die daar op wijst. Momenteel zitten er in waarneming.nl 600 - 800 waarnemingen (1x1 km-hokken) in de betreffende periode, met een uitschieter van 1.750 in 2021. Maar 47 in oktober is wel vrij veel. Momenteel met veel meer waarnemers, werden er gemiddeld over 2017 - 2022 op waarneming.nl gemiddelde 54 waarnemingen in oktober gemeld (variërend van 8 - 137). Veel speculaties en pogingen tot onderzoek naar de oorzaken van het "ongewone" verschijnsel". Alleen een slechte zomer met daardoor verlate broedsels wordt als waarschijnlijke verklaring geopperd. De dagelijks sterk variërende aantallen konden niet verklaard worden met variaties in temperatuur, windrichting, regen of onweer. Het Vogeljaar jrg. 28 nr. 2 - 1980 p. 57-61.
198 - Broedvogelbestand Kort verslagje van 13 pagina's verslag over broedvogeltellingen 1977 en 1978 in Apeldoorn e.o. In Apeldoorn werd het aantal broedparen in 1977 geschat op 277. Het Vogeljaar benadrukt met klem de noodzaak van meer inventarisaties waardoor "nog veel broedplaatsen behouden zouden kunnen worden, voordat het te laat is". Het Vogeljaar jrg. 29 nr. 2 - 1981 p. 92. (Apeldoorn doet al enige jaren goed werk met een soortenmanagementplan en al meer dan 900 geplaatste nestkasten, zie Nestkastenplicht Apeldoorn).
1982 - Nestkasten Jaap Taapken kaart opnieuw de woningnood aan en maakt melding van nestkastprojecten in Amstelveen (met 56 neststenen vlgs hem het grootste project van Europa!), Apeldoorn (700 gulden subsidie van de gemeente), Schiedam (6 neststenen in kademuur geplaatst) en Hilversum (de 20 nestkasten, na koloniesloop in 1979 geplaatst aan KRO-gebouwen, waren in 1981 nog niet bezet).
Neststeen Amstelveen, 1982 (Ze zijn nog steeds deels bezet zie Bezetting t/m 2022),
Hij besluit met: "het begin van de acties voor gierzwaluwen is er en wij hopen dat meer werkgroepen zullen gaan inventariseren en nestkasten plaatsen". Het Vogeljaar, jrg 30 nr. 1 -1982 p. 45-46.
1982 - Nestkasten In een nieuwe rubriek "Nieuws van Gierzwaluwprojecten" meldt Jaap Taapken updates van de projecten in Amstelveen, Apeldoorn (50 neststenen geplaatst), Heerenveen (neststenen in uitbreiding raadhuis) en Groningen (info verstrekt aan Stadsvernieuwing, zie ook tijdschrift Grauwe Gors van Avifauna Groningen-1982-nr. 2 p. 27-28). Het Vogeljaar, jrg. 30 nr. 4 - 1982 p. 216.
1983 - Nestkasten Jaap Taapken ontdekte een bijzonder broedgeval in een spreeuwenkast, aan de rand van het bos aan de Boslaan in Hilversum. Binnen 1 km geen andere broedplaatsen. Later werd het aantal kasten uitgebreid en in 2001 broedden er vijf paartjes, zie Gierzwaluwenbulletin mei 2002-nr. 0 p. 9. Taapken meende overigens dat broeden in een boomholte in de buurt maar een kleine stap verder zou zijn en niet uitgesloten lijkt. En inderdaad, in 2020 wordt in Hilversum het eerste en tot nu toe enige gierzwaluwboomnest van Nederland, in een spechtennest ontdekt, zie w aarneming.nl 15-8-2020 en een verslagje van de waarnemers in een nieuwsbericht bij Sovon. Maar de Boslaan is aan de uiterste NW-rand van Hilversum en het boomnest zit aan de ZO-rand, daar ca. 6 km vandaan. Zou er een verband kunnen zijn? Het Vogeljaar jrg. 31 nr. 1-1983- p. 40-41.
1984 - Literatuur Vermelding van het verschijnen van het boek "Mein Vögel" van Emile Weitnauer over zijn koloniestudie en het Engelse boek "Devil Birds" van Derek Bromhall. Het Vogeljaar jrg 32 nr. 1 - 1984 p. 49.
1985 - Broedvogelbestand Bericht over de activiteiten van de drie jaar eerder door Jan Doevendans opgerichte Gierzwaluwwerkgroep Groningen. Ze plaatsten 10 neststenen in een nieuwbouwwijk en 40 vrijwilligers berekenden op basis van getelde vliegende vogels in 1984 600 broedplaatsen in de stad. Resultaten van o.a. onderzoek naar de beste telmethoden en kenmerken van broedplaatsen werden in een verslag van 45 p. met 18 bijlagen vastgelegd. Het Vogeljaar jrg 33 nr. 3 - 1985 p. 140. Zie voor het huidige gierzwaluwwerk de Stadsvogelwerkgroep van Avifauna Groningen.
1986 - Gierzwaluwdakpannen Berichtje over diverse typen gierzwaluwdakpan, in cement of keramiek en voor vele typen dakpannen. De eersten werden in 1983 gelanceerd en in Huizen werd er in 1985 voor het eerst achter zo'n pan gebroed. Het Vogeljaar jrg. 34 nr. 2 - 1986 p. 92-93. Waarom deze dakpanhuifjes nu uit den boze zijn staat op de kunstnestenpagina.
1986 - Gierzwaluwdakpannen Kort bericht over de plaatsing van 40 gierzwaluwdakpannen (inclusief nestbakje!) op de daken van nieuwbouw in Amstelveense wijk Middenhoven en een oproep om ervaringen en broedresultaten te melden. Het Vogeljaar, jrg. 34 nr. 6 -1986 p. 286.
1988 - Gierzwaluwdakpannen In Oost-Souburg werden begin april 1987 20 gierzwaluwdakpannen (zonder broedbakjes) geplaatst en nog datzelfde jaar bleek dat er minstens 11 bezet waren. Men vermoedt dat het er zelfs meer zouden kunnen zijn omdat de vogels zich door het ontbreken van broedbakjes verder onder het dak kunnen verplaatsen, dus mogelijk meerdere broedparen per huiffjesingang. Het Vogeljaar jrg. 36 - nr. 4 - 1988 p. 163.
1988 - Trek Twee flinke artikelen over ringonderzoek door Herman. N Leys, werkzaam bij Rijksinstituut voor Natuurbeheer. (In Friesland nog steeds actief als gierzwaluwringer, nu met mistnetten bij Pingjum). Het eerste is een bewerking en uitbreiding van een eerder artikel over het ringwerk van pionier Kees van den Anker in 1954-1969 in Wageningen, Veenendaal, Elst, Loenen en Valburg. De vogels (3.460 adulten en 828 jongen) werden op het nest bemachtigd door medio juli de pannen bij de nestingangen te lichten en zo nu en dan ook met mistnetten maar "dat leverde weinig op". Dergelijk verstorend werk zou in 2002 in de statuten voor leden van GBN verboden worden. Aan het slot van het artikel wordt droevig vastgesteld dat er door renovaties van de eens zo grote kolonies in 1988 weinig meer over is en dat kunstnesten geen soelaas hebben geboden. Ook wordt vastgesteld dat er nog wel gierzwaluwen rondvliegen maar met veel meer verspreide nesten, een proces dat sindsdien bijna overal wordt vastgesteld. In het tweede artikel worden de resultaten van alle ringwerk tussen 1911 en 1987 samengevat, 13.097 stuks. Er werden 179 terugmeldingen geanalyseerd. 80% daarvan werd dood gevonden.
Het Vogeljaar jrg 36 nr. 5 - 1988 p.185-196 Het Vogeljaar jrg. 36 nr. 5 -1988 p. 197-203
Uit bovenstaande kan opgemaakt worden dat de bedreiging voor gierzwaluwnestplaatsen in de 70-er jaren bij een klein aantal mensen bekend raakte. Vooral het artikel van van der Weyden over Amsterdam in 1974 zal diverse personen aan het denken (en doen?) hebben gezet. Maar de actie komt erg langzaam op gang. Wel neemt het aantal inventarisaties geleidelijk wat toe en ontstaan hier en daar de eerste nestkastprojecten. In 1983 wordt de eerste "gierzwaluwdakpan" gelegd en in 1984 start Waveka met de verkoop van neststenen. Pas eind jaren '80 wordt het probleem op wat groter schaal lokaal opgepakt.
Het broedplaatsenverlies werd vooral regelmatig
onder de aandacht gebracht door berichtjes van redacteur Jaap Taapken
die bleef aandringen op actie en onderzoek.
Broedbestand Nederland licht dalend?
1 januari 2023, update 3-2 De MUS-telling (Meetnet Urbane Soorten) van Sovon is sinds 2007 de enige jaarlijkse gestandaardiseerde landelijke telling van gierzwaluwen. Het is een vijf minuten punttelling van alle vogelsoorten, drie tellingen per seizoen in stedelijk gebied (vooral de 3e, de avondtelling, is van belang voor de gierzwaluw). De telling wordt in ca. 800 (2021) postcodegebieden met elk twaalf telpunten uitgevoerd. Op ieder punt moet gedurende 5 minuten van elke soort het hoogste aantal tegelijk waargenomen vogels worden genoteerd.
UIt Sovon Vogelbalans 2022.
De aangegeven percentages betreffen volgens de toelichtende tekst de gemiddelde toe- of afname per jaar sinds 1990.
De MUS-tellingen zijn verwerkt in deze jaarlijkse Vogelbalans van Sovon. Maar die hoort er eigenlijk niet in thuis omdat van de gierzwaluw alleen het verloop bekend is uit de MUS-tellingen sinds 2007. De grafiek suggereert een afname van totaal -15% sinds 1990. (er is ca -0,5% gemiddeld per jaar af te lezen).
MUS-telling gierzwaluw per jaar (t.o.v. 2007=100) en trendlijn. De jaarlijkse fluctuaties zijn tamelijk groot.
Op de gierzwaluwpagina van Sovon wordt aangenomen dat de MUS-trend van getelde rondvliegende vogels een maat is voor het broedvogelbestand.
- Sovon vogelbalansen t/m 2022 - Meer over MUS en ontwikkeling broedbestand
Unieke gierzwaluwkalender
13 december 2022 Minami Hirayama, een Japanse die nu in Kopenhagen studeert, verkoopt al enige jaren een unieke handgemaakte gierzwaluwkalender. De illustraties zijn in inkt en o.a. gemaakt naar foto's van Jan Sereth Larsen in Denemarken (hier op Instagram).
Cursus gierzwaluw en huismus in de ruimtelijke ordening voor profs
1 december 2022 Ook dit jaar organiseert Sovon i.s.m. Vogelbescherming Nederland weer een aantal dagcursussen gierzwaluw en huismus. De eerstvolgende is op 16 februari 2023. Kunstnestprojecten voor met name de gierzwaluw mislukken nog veel te vaak door o.a. onvoldoende kennis van zaken. Het gaat o.a. over de wetgeving (Wet Natuurbescherming, Soortenmanagementplan, Kennisdocument), hoe gaan we daar mee om en wat zijn goede aanpakken en voorzieningen voor compensatie van nestverlies door sloop en verbouw ? De volgende cursussen zijn op 16 februari en 7 maart in Nijmegen, Sovon-locatie. Kosten € 429,- excl. btw. Alle info hier bij Sovon.
Kasten niet bezet ? Installeer lokgeluiden !
15 december 2022
De gierzwaluwen zijn vertrokken en hebben uw
nestkastenproject nog steeds niet gevonden ? Volgend jaar kan dat opgelost
zijn. Lokgeluiden kunnen (vooral in buurten waar gierzwaluwen verblijven,
broeden of dakloos zijn geworden) snel de weg wijzen. Bij wettelijk
geregelde mitigatieprojecten (sloop, renovatie) wordt lokgeluid bij
vervangende nestgelegenheden bijna nooit voorgeschreven (omdat het niet
hoeft) en wordt daarom zelden toegepast. Met als gevolg erg veel en
onnodig lang leegstaande projecten. Professionele organisaties, zoals
bouwers, slopers, renoveerders en woningbouwverenigingen die serieus werk
willen maken van het behoud van gierzwaluwbroedplaatsen (en de broodnodige
uitbreiding daarvan), zouden lokgeluiden standaard bij de te treffen
voorzieningen aan moeten brengen.
Er is door particulieren al heel wat
afgeprutst met allerlei techniekjes maar er zijn nu ook professionele
installaties kant en klaar te koop. Multi-inzetbaar voor meerdere
projecten want met een beetje geluk, op een kansrijke locatie, is de eerste
kast na een jaartje bezet. De rest weten ze dan wel te vinden en de
installatie kan naar het volgende project. Hier alles over
lokgeluid.
Filmpjes
om de winter door te komen
Nestkasten in Bakoe
In de hoofdstad Bakoe van Azerbeidzjan
is een bijzonder groot nestkastenproject, met wel 400 kasten gerealiseerd.
Er zijn al kasten bezet. Dat wordt gecontroleerd met een mini-camera aan een
snoertje.
30.000 schoorsteengierzwaluwen
In Portland, Oregon, VS komen in de schemering de schoorsteengierzwaluwen (Vaux's
swift) als spreeuwenzwermen aangevlogen voor
Italiaanse bioscoopfilm, trailer
Er draaide een Italiaanse bioscoopfilm
over de gierzwaluw . Met schitterende vliegbeelden van het winterverblijf
in zuidelijk Afrika t/m de broedplaatsen in Rome. Eentje wordt gegrepen door
een torenvalk. Hier de veelbelovende trailer van 4 minuten :
Il Rondoni: eten en slapen in
de lucht .
Geheim gedrag in de lucht
Vertraagde beelden onthullen wat ze in
de lucht doen: buikje krabben, vliegje pakken, vrij worstelen, kop schudden,
paren, verenonderhoud, poten poetsen, luizenjacht..... Sterk vertraagde
filmpjes van
Jean Francois Cornuet,
voorzien van die heerlijke
zomergeluiden.
jaaplangenbach@ziggo.nl
,
Willemstraat 38,
3511 RK, Utrecht
06 - 3849 7474
|